Direct naar artikelinhoud
AchtergrondKerncentrales

Hoe kritisch mag Hoge Gezondheidsraad zijn voor kernenergie? Rapport stuit op verzet

De kerncentrales in Doel.Beeld BELGA

In een nieuw rapport plaatst de Hoge Gezondheidsraad vraagtekens bij de veiligheid en duurzaamheid van kernenergie. Critici vragen zich af of dit wel tot de kerntaken van de Hoge Gezondheidsraad behoort. ‘Dit is tendentieuze stemmingmakerij die niets nieuws bijbrengt.’

Met zijn rapport over kernenergie dropte de Hoge Gezondheidsraad (HGR) een (kern)bommetje in het debat over onze energievoorziening. De HGR besluit onder meer dat “het risico op een ernstig ongeval niet kan worden uitgesloten” en dat België in dat opzicht bijzonder kwetsbaar is, aangezien onze kerncentrales in dichtbevolkt gebied liggen. “De voortzetting van dit risico gedurende nog eens tien of twintig jaar roept milieu-, gezondheids- en ethische vragen op”, oordeelt de HGR.

De raad verwijst verder naar het probleem met het langlevende kernafval. Daarvoor is vooralsnog geen ander alternatief dan diepe geologische berging. Omdat we toekomstige generaties opzadelen met de bewaring en bewaking van dat afval, is die oplossing volgens de HGR “ethisch moeilijk aanvaardbaar”.

Om deze redenen, en wegens het met kernenergie gelinkte gevaar van kernwapens en terrorisme, besluiten de experts dat kernenergie zoals deze nu wordt gebruikt “niet voldoet aan de principes van duurzame ontwikkeling”.

Geologische berging

Kerncentrales splijten niet alleen atomen maar ook de geesten. Zo ook dit rapport. Groene politici en de milieubeweging zien er de bevestiging in van wat ze al lang zeggen. Volgens nucleofielen kan het rapport zelf niet snel genoeg geologisch geborgen worden. 

“Dit rapport brengt niets nieuws”, vindt kernfysicus Nathal Severijns (KU Leuven). “Het is tendentieuze stemmingmakerij die de gekende argumenten tegen kernenergie herhaalt.” Manuel Sintubin, geoloog aan de KU Leuven en bekend voorstander van kernenergie, wijst op “inconsequenties” in de passages over geologische berging. “Enerzijds wijst het rapport - terecht - op het belang van zogenoemde passieve veiligheidsmechanismen, die impliceren dat toekomstige generaties het afval niet moeten controleren en bewaken. Anderzijds halen ze net dat probleem aan. Dit rapport is een politiek pamflet dat niet het ‘keurmerk’ van de HGR verdient.” 

'Dit rapport is een politiek pamflet dat niet het ‘keurmerk’ van de HGR verdient', vindt Manuel Sintubin, geoloog aan de KU Leuven. Beeld Wouter Van Vooren

“Experts hebben recht op hun mening”, zegt radiobioloog Hans Van Marcke, voormalig voorzitter van UNSCEAR, de VN-organisatie die stralingsrisico evalueert. “Maar dit rapport is geen afspiegeling van de huidige stand van de wetenschappelijke kennis.”

Distantiëren

Drie wetenschappers van het nucleaire onderzoekscentrum SCK die aanvankelijk bij het rapport betrokken waren, distantieerden zich ervan. “Dit gaat veel verder dan een analyse van nucleaire veiligheid, die bovendien niet op een grondige, objectieve manier werd geanalyseerd”, zegt Johan Camps (SCK), expert stralingsbescherming en noodplanning. “Het rapport wijst op risico’s, maar gaat er niet in detail op in.”

Eerder dit jaar publiceerde het Joint Research Centre (JRC), de studiedienst van de Europese Commissie, een rapport over de duurzaamheid van kernenergie. Het besluit dat er “geen wetenschappelijk bewijs is dat kernenergie schadelijker is voor de gezondheid of het milieu dan andere vormen van duurzame elektriciteitsproductie”. Op basis van hun trackrecord maken de huidige kernreactoren volgens het rapport vijf dodelijke slachtoffers per opgewekte 10 miljoen gigawattuur en zijn ze daarmee ongeveer even dodelijk als waterkracht en windmolens. Anders gesteld: een zeer ernstig ongeval waarbij tot 30.000 mensen kunnen sterven, kan zich eens per 10 miljard jaar dat een reactor draait voordoen. Om het wat in perspectief te plaatsen, voegen de experts eraan toe dat er in Europa jaarlijks bijna 23.000 mensen sterven in het verkeer, en 400.000 mensen voortijdig overlijden als gevolg van luchtvervuiling.

‘Dit rapport is een politiek pamflet dat niet het ‘keurmerk’ van de HGR verdient’
Manuel SintubinGeoloog (KU Leuven)

Op basis van de huidige kennis is er volgens het JRC “een wetenschappelijke consensus dat geologische berging een goede en veilige manier is om nucleair afval voor lange tijd te isoleren”.

Voorzorgsprincipe

“Dat het risico op een ernstig ongeval klein is, maar niet uitgesloten, is bekend”, zegt Gilbert Eggermont, voormalig hoogleraar stralingsbescherming aan de VUB en coauteur van het HGR-rapport. “Ons doel was net om de discussie in breder perspectief te plaatsen, en verder te kijken dan de framing door de nucleaire sector.”

Stralingsexpert en auteur Patrick Smeesters wijst erop dat de experts ethische aspecten en voorzorg zwaarder hebben laten doorwegen. Smeesters verwijst onder meer naar het ongeval in Fukushima. “Daarbij vielen relatief weinig slachtoffers, maar als de wind een groot deel van de radioactiviteit niet over zee had geblazen, had het veel erger kunnen zijn. En hoe zeker kan je zijn dat er gedurende duizenden jaren niets met het geborgen afval zal gebeuren? Ook groeiende inzichten in de gezondheidseffecten van lage stralingsdosissen doen ons voor voorzichtigheid pleiten. Het voorzorgsprincipe is een rode draad door de werking heen van de Hoge Gezondheidsraad.”

Is het wel de taak van de Hoge Gezondheidsraad om zich over de duurzaamheid van deze of gene energiebron uit te laten? “Natuurlijk, want dit gaat ook over gezondheid”, vindt Smeesters. “Wij zeggen niet dat we met kernenergie moeten stoppen, enkel dat de huidige technologie niet voldoet aan internationaal aanvaarde duurzaamheidscriteria. Dat is een filosofische benadering, maar daarom geen ideologische.”