Direct naar artikelinhoud
NieuwsKoningshuis

Mag u voortaan ‘Fuck de koning’ roepen?

Koning Filip beledigen? Binnenkort zou het zomaar eens ongestraft kunnen.Beeld Photo News

Het Grondwettelijk Hof spreekt zich vandaag uit over het verbod op majesteitsschennis. Allicht maakt het een einde aan straffen voor ‘beleedigingen aan den Koning’. ‘Het is beter dat het verbod verdwijnt.’ 

Een Catalaanse rapper heeft in ons land de wet uit 1847 ter discussie gesteld die ‘beleedigingen aan den Koning’ verbiedt. Niet dat hij koning Filip, zijn echtgenote of zijn kinderen op de korrel heeft genomen, maar in zijn teksten beledigde hij wel de Spaanse koning. Die kunnen ze voor zijn part ophangen. 

Omdat de Spaanse autoriteiten daar zwaar aan tillen, vluchtte de rapper in 2018 naar ons land. Sindsdien twijfelt het Belgische gerecht over zijn uitlevering. België kan hem enkel terugsturen als hij feiten heeft gepleegd die in ons land ook strafbaar zijn. Majesteitsschennis is dat dus. 

Maar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) heeft in verschillende uitspraken al laten blijken dat het principe op de schop moet. Een rechtbank stelde daarom een prejudiciële vraag aan het Grondwettelijk Hof, dat zich er vandaag over uitspreekt. Allicht verwijst het Grondwettelijk Hof majesteitsschennis naar het verleden.

Koning van de lach 

In België zijn de veroordelingen op basis van de oude wet ook op één hand te tellen. In 2007 kreeg een complotdenker uit Lommel wel nog een boete en een celstraf omdat hij majesteitsschennis had gepleegd: in tientallen mails aan de premier en ministers beschuldigde hij de koning van corruptie en pedofilie.

Maar dan moeten we al terug naar de negentiende eeuw voor een notoir voorbeeld. In 1886 veroordeelde een assisenjury de socialistische leider Edward Anseele voor majesteitsschennis en omdat hij Leopold II ‘volksmoordenaar nummer één’ had genoemd. 

Vandaag kan Geert Hoste een volledige carrière uitbouwen op het beledigen van de monarchie. Dat valt nu onder de noemer ‘comedy’. En zouden we de uithaal van Anseele misschien eerder als een politieke mening beschouwen. Anseele gaf namelijk kritiek op de beslissing van de koning om het leger op stakers te laten schieten. 

Dat is ook de lijn waar het EHRM volgens mensenrechtenprof Koen Lemmens (KU Leuven) op zit. “Aan de ene kant wil het hof hate speech zo veel mogelijk aanpakken”, zegt hij. “Maar aan de andere kant wil het political speech zoveel mogelijk beschermen.”

Ook andere Europese landen vinden het verbod niet meer van deze tijd. Nederland liet het verbod vorig jaar al varen. Nochtans waren er bij onze noorderburen wel geregeld veroordelingen. Enkel de recente voorbeelden leveren er zelfs een smakelijke bloemlezing op.

De zelfverklaarde ‘koning van de lach’, Hans Teeuwen, ging voor het Nederlandse gerecht over de schreef toen hij in een zaalshow in geuren en kleuren uitbeeldde hoe hij koning Beatrix “keihard in d’r reet had geneukt”. “En toen we klaar waren zei ik: Hé majesteit, ga ‘s bier halen!”

In de voorbije twintig jaar waren er ook twee veroordelingen voor mensen die een voorwerp naar de Gouden Koets hadden gegooid. In 2010 knalde Erwin Lensink een waxinelichthouder tegen de koets en noemde hij de inzittenden “oplichters”, “dieven” en “nazi’s”. Hij kon bijna aan een straf ontsnappen omdat de rechtbank in eerste aanleg hem niet toerekeningsvatbaar achtte.

Toen de Nederlandse Tweede Kamer enkele jaren geleden stemde om het verbod op majesteitsschennis af te schaffen, deed ze in een adem ook het verbod op beledigingen van andere staatshoofden in de ban. In Duitsland sneuvelde dat verbod nog nadat de komiek Jan Böhmermann Erdogan in een gedicht had beticht van bestialiteiten en het bekijken van kinderporno. De Turkse president zette toen behoorlijk wat druk op Angela Merkel om hem veroordeeld te krijgen. 

In ons land werd het verbod net ingevoerd om dat soort diplomatieke incidenten te vermijden. In de negentiende eeuw vluchtten auteurs zoals Victor Hugo naar België om hun verzet tegen keizer Napoleon III verder te zetten. Maar dat resulteerde dus in heel veel publicaties waarin hij door het slijk werd gehaald.

Aparte categorie

Door de Franse keizer nam ons land in 1852 het verbod aan, maar na Franse zaak bij het EHRM voerde ons land het in 2005 weer af. Bij ons moeten buitenlandse staatshoofden zich nu op dezelfde bepalingen beroepen als gewone burgers als ze in hun wiek zijn geschoten. Ook de koning op gelijke hoogte zetten, lijkt dan een logisch gevolg.  

Eigenlijk is het een simpele afweging: valt dat privilege voor de koning nog te verzoenen met de vrijheid van meningsuiting? En waarom zou je een speciale wet hebben voor de koning als er al wetten rond onder meer laster en eerroof bestaan? 

Volgens Lemmens is er wel één argument om majesteitsschennis te behouden als een aparte categorie. Van de grondwet mag de vorst niet zomaar in het openbaar spreken. “Hij kan zich dus ook niet publiekelijk verdedigen zonder ministeriële dekking”, zegt Lemmens. “Maar om iemand aan te klagen is er geen majesteitsschennis nodig, daarom houdt het Europees Hof ook geen rekening met het argument.”

Omdat majesteitsschennis in de geschiedenis van ons land zo weinig is ingeroepen, is het niet veel meer dan een juridisch symbool. Een relikwie uit vervlogen tijden. “Maar zolang het in de wet staat, kan er wel iemand voor vervolgd worden”, zegt Lemmens. “Ik wil hier niet oproepen om de koning te beledigen, maar het is beter dat het verdwijnt.”