Direct naar artikelinhoud
InterviewVéronique Bockstal

‘Niks mis met een vrouw die kiest voor het gezin. Maar het moet een bewuste keuze zijn, geen automatisme’

Véronique Bockstal: 'Ik heb dit boek geschreven omdat ikzelf heb ervaren dat je soms blijft steken in een bepaalde omvang en je merkt dat je daar niet door kan breken.’Beeld Aurélie Geurts

Vrouwelijke ondernemers zijn nog steeds in de minderheid. Hoe komt dat? En wat kunnen we eraan doen? In haar boek ‘De vrouw van 1 miljoen’ legt docent Véronique Bockstal de drempels bloot die onderneemsters op hun pad ervaren. 

Vrouwen zijn vooral verzorgend of emotioneel. Mannen zijn juist krachtig en ambitieus. Zo’n (onterecht generaliserende) stereotypen blijven diep doorsijpelen in ons leven. En ook in onze economie. Met tastbare gevolgen: want terwijl de helft van de planeet vrouwelijk is, is amper een derde van de ondernemers vrouwelijk. De feiten zijn wat ze zijn: vrouwen starten minder snel een bedrijf op, blijven langer zonder personeel werken, of vragen minder snel om financiële steun. 

Is ondernemen dan toch niet genderneutraal? “Nergens staat bewezen dat geslacht een bepalende factor is voor ondernemerstalent”, zegt Véronique Bockstal (58). Zelf is ze onderneemster, docent én auteur. In De vrouw van 1 miljoen (Lannoo Campus) legt ze haar eigen ervaringen naast deze van andere onderneemsters. En trekt ze lessen. Het idee ontstond na de verkoop van haar start-up Wheatless & More, een online groothandel in allergeenvrije voeding. “Ik raakte gefascineerd door hoe anders vrouwelijke ondernemers zich eigenlijk bij de uitbouw van hun bedrijf gedroegen. Vrouwelijke ondernemers gaan vaker gebukt onder zelftwijfel. Ook ik twijfelde vaak aan mezelf.”

Voelde u zich dan mislukt? 

“Ik heb daar heel lang mee geworsteld, ja. Onmiddellijk na de verkoop van mijn start-up  had ik het gevoel dat ik gefaald had. Ik ben ermee begonnen op een leeftijd waarbij de meesten niet meer iets opstarten. Ik was 50. Ik had de intentie om iets succesvols te doen, met de overtuiging dat ik veel ervaring had, expertise, het kon niet foutlopen. En wat bleek? We hebben alle klassieke fouten gemaakt die andere start-ups ook maken. Omdat je altijd door de chaos en de mallemolen gaat van wat ondernemen is. Je doet veel zaken voor het eerst, je hebt geen idee. Ik heb dat idee van falen van mij moeten afzetten.”

Weet u intussen waar dat idee vandaan kwam?

“Mijn frustratie ontstond omdat ik besefte dat ik er graag vroeger mee was begonnen. Als je als jongere een onderneming start en je gaat op je bek, no worries. Je staat op, veegt het stof van je kleren en begint opnieuw. Met een veel rijkere ervaring en een smak leergeld. Ik ben intussen 58, met een dochter van 13, dan ga je niet zo makkelijk opnieuw from scratch iets beginnen. Ja, mijn leeftijd houdt me tegen. Als ik in scholen ga praten met jongeren zeg ik hen dat altijd: gebruik je naïviteit. Je denkt misschien dat je nog niks weet, maar voor geen geld kan je kennis en ervaring verzamelen. In mijn jonge jaren bestond zo’n start-upcommunity niet.”

U schrijft dat u alles kapot redeneerde? 

“Het is moeilijk om er de vinger op te leggen. Er wordt vaak gezegd dat vrouwen meer risico-avers zouden zijn. Ik zou dat zo niet durven noemen. Als je als man enige kostwinner bent in een gezin met kinderen en je hebt een goede job, dan ga je ook niet makkelijk springen. Maar ik geloof wel dat we van jongs af aan zaken meekrijgen die ons vormen. Ik kom uit een ondernemersnest en mijn moeder heeft me bijna gebrainwasht om vooral van dat onzekere bestaan als ondernemer weg te blijven.”

Zijn vrouwen betere of andere ondernemers dan mannen?

“Dat is een zeer moeilijke vraag. Ondernemen of talent is niet gendergebonden, punt. Vrouwen zijn dus niet per definitie beter of slechter dan mannen in ondernemen. Vergeet niet dat ondernemen ook een teamsport is. Ik ben pro diversiteit, dat is de wereld waarin we leven. We mogen niet te eenzijdig naar de zaken kijken.”

'Vrouwen zijn meer vertegenwoordigd in softere sectoren. Heel vaak ook omdat ze meer affiniteit hebben daarmee. Denk aan mode, beauty of wellness. We mogen dat niet stigmatiseren of ontkennen. Er is ook niks mis mee. Je moet vooral iets doen waarin je bevlogen bent.'Beeld Aurélie Geurts

Statistieken geven u wel het voordeel van de twijfel: uit de cijfers blijkt dat vrouwen hun zaak minder risicovol beheren dan mannen, minder vaak failliet gaan en hun leningen beter terugbetalen?

“Ik denk dat het voor een stuk te maken heeft met het durven nemen van risico’s. Misschien zijn mannen daar iets stoutmoediger in. Lukt het, dan gaan ze door. Terwijl vrouwen misschien meer denken in kleinere stappen.”

Zijn vrouwen en mannen niet vooral elk in andere sectoren actief? 

“Ja, cijfers wijzen dat ook uit, vrouwen zijn meer vertegenwoordigd in softere sectoren. Heel vaak ook omdat ze meer affiniteit hebben daarmee. Denk aan mode, beauty of wellness. We mogen dat niet stigmatiseren of ontkennen. Er is ook niks mis mee. Je moet vooral iets doen waarin je bevlogen bent. Ook in bedrijven zie je vaak meer vrouwen in de afdelingen HR, communicatie of marketing.”

In uw boek zet u groei erg centraal. Wat is er verkeerd aan iets doen met passie, zonder het doel om een groot bedrijf uit te bouwen?

“Ik heb dit boek geschreven omdat ikzelf heb ervaren dat je soms blijft steken in een bepaalde omvang en je merkt dat je daar niet door kan breken. Maar er is absoluut niks mis mee met iemand die zegt: ‘Ik haal voldoening uit wat ik doe en ik hoef niet zo nodig te groeien.’ Het is altijd een persoonlijke keuze. 

“Toen ik mijn acceleratorprogramma startte, zeiden verscheidene onderneemsters mij dat ze wel wilden groeien, maar dan wel op hun manier en in hun eigen tempo. Ik wil dat ze in het begin van het programma een tijdslijn naar voor schuiven wanneer ze denken de kaap van de 1 miljoen euro omzet te bereiken. Die 1 miljoen is eerder symbolisch. Het komt erop neer het besef te doen indalen dat je het niet op je eentje kunt. Je hebt mensen nodig, en heel vaak zal je ook financiering nodig hebben om dat doel te bereiken. Het zijn die zaken die ik wil meegeven. De mindset bij jezelf onderzoeken.

“En dan voel je vaak bij onderneemsters: geen extra druk. De druk die ze zichzelf opleggen is meer dan genoeg. Ze huiveren van nog eens iemand die zegt hoe het moet. Dat is vaak ook vaak de reden waarom ze afkerig tegenover externe financiering staan. Ze willen geen pottenkijkers.”

Geld ophalen blijkt voor vrouwen moeilijker dan voor mannelijke ondernemers. Hoe komt dat? 

“Ik noem het een gedeelde verantwoordelijkheid. Als je langs de kant van de financiers kijkt, dan investeren zij nog te vaak in wat ze al kennen. Een mannelijke ondernemer gaat ook vaker wat agressiever pitchen. Iets mooier voorstellen, ambitieuzer en hoger mikken. Vrouwen zijn realistischer in het pitchen en vragen ook lagere investeringsbedragen. 

“Aan de kant van de onderneemsters leeft ook nog te vaak de misvatting dat ze hun bedrijf bij een externe financiering kwijt zijn. Dat klopt natuurlijk niet. Wat wel klopt, is dat een investeerder geld wil verdienen op zijn investering en dus op jou. Maar die wil alleen maar geld verdienen door jou groter te maken. Je wordt er idealiter dus beiden beter van. Dat aspect wordt vaak te eenzijdig bekeken. Het lijkt nog te vaak alsof je de autonomie uit handen geeft.”  

Een bedrijf uit handen geven is voor niemand makkelijk, noch voor vrouwen of mannen? 

“Dat is juist. Maar bij vrouwen merk ik wel vaak een nog grotere terughoudendheid. Ze redeneren vaak: ‘Ik ben iets voor mezelf begonnen, dat ga ik nu toch niet uit handen geven.’ Is dat gender? Ik weet het niet. Maar de statistieken zijn wat ze zijn: vrouwen vragen minder vaak financiering, dat is net zo voor subsidies of leningen. En als ze al financiële steun zoeken, dan blijven ze vaker hangen bij de drie F’en, friends, fools en family.”

Hoe belangrijk zijn rolmodellen?

“Ik vind rolmodellen superbelangrijk. You can’t be what you can’t see. Als je als jonge vrouw geen voorbeelden ziet, wordt het heel moeilijk om jezelf naar een dergelijke rol te projecteren. Maar wat ik ervaar, en dat frustreert me wel, is dat ik bijvoorbeeld heel weinig vrouwen kan aantrekken om voor mijn cursus leiderschapsvaardigheden bij de hogeschool UCLL te komen spreken. Mannen heb je meteen. Vrouwen vinden is altijd weer een strijd. Ze staan er wel achter, hoor, maar ze vinden ofwel geen tijd, of ze vinden van zichzelf dat ze te weinig expertise hebben. 

“Ik worstel er overigens zelf ook mee. Ik post de lancering van mijn boek op LinkedIn, krijg daarop 13.000 views en mijn eerste gedachte is: help, wat verwachten mensen nu van mij? Ben ik daar wel klaar voor, heb ik wel iets te vertellen, anderen weten hier vast meer over dan ik. Ja, dat zal wel, en so what?”

U richt zich met uw boek op vrouwelijke ondernemers, maar verschillende thema’s zijn genderoverschrijdend, denk maar aan financiering, aanwervingen, marketing of netwerken?

“Klopt, en ik ben blij dat u dat zegt. Ik vind ook niks uit. Het is geen wetenschap, maar ik wilde uit eigen ervaring zaken meegeven. Het is een boek over en voor ondernemers, ongeacht of ze nu vrouw zijn of man. Ik heb wel voor een stuk meegenomen hoe vrouwen naar zichzelf en naar hun ambities kijken, zaken die ik uit mijn programma heb gehaald.”

‘Discussies over diversiteit zouden we eigenlijk niet meer moeten voeren.’Beeld Aurélie Geurts

Bewijst het ook niet dat ondernemen vooral aangeboren is, eerder dan een genderkwestie?

“Er wordt volgens mij te weinig van uitgegaan dat meisjes ook als ondernemers aan de slag kunnen gaan. Toch minder in vergelijking met jongens. Zo geraak je al snel in een klassieke gezinssituatie: je gaat werken, koopt een huis, er komen kinderen. Dat zijn allemaal remmers om een eigen zaak te starten. En als er kinderen zijn, komt de zorg ervoor vaker bij de vrouwen terecht dan bij de mannen. Vrijwillig gekozen of niet, dat laat ik in het midden. Er is ook niks mis mee voor een vrouw die kiest voor de kinderen en het gezin. Maar het moet wel een bewuste keuze zijn, geen automatisme.”

Hoe kijkt u naar het debat over quota?

“Ik ben er voor en ik ben er tegen. Dat is altijd al mijn antwoord op die vraag geweest. Ik ben tegen, omdat we het anno 2021 écht niet meer daarover zouden mogen hebben. De samenleving moet gelijkwaardig zijn, discussies over diversiteit zouden we in een beschaafde wereld eigenlijk niet meer moeten voeren. Vrouwen komen van ver, dat begrijp ik, maar intussen is het wel 2021. 

“Tegelijk ben ik voor omdat het zonder quota véél te traag gaat. Ik wil niet positief discrimineren, maar vrouwen lopen toch iets te veel aan tegen de muur van ‘niet gevraagd’ of gemiste carrièrekansen omdat ze onvoldoende op de voorgrond treden. Maar dan moeten ze natuurlijk ook zelf uit hun schulp kruipen. Het is een tweesnijdend zwaard.” 

Uw boek, uw jeugddroom, ligt er. Wat hoopt u ermee te bereiken?

“Ik hoop om op zijn minst vrouwen te doen nadenken. Welke stappen kan ik zetten? Ik word gelukkig als mensen uit mijn programma zeggen dat ze inzichten hebben verworven en er iets mee hebben gedaan. Dat ze zichzelf beter hebben leren kennen. Ik kan hen heel wat aanreiken, maar ze moeten het wel zelf doen natuurlijk.” 

BIO

Véronique Bockstal (58) is onderneemster, docent en auteur. Ze startte in 2019 in samenwerking met hogeschool UCLL een acceleratorprogramma specifiek voor vrouwelijke onderneemsters. Daarnaast doceert ze ondernemen, leiderschap en marketing aan UCLL en begeleidt ze ook onderneemsters individueel met haar jongste bedrijf, Outgrow.

Véronique Bockstal, ‘De vrouw van 1 miljoen’, Lannoo, 29,99 euro.Beeld Lannoo Campus