Direct naar artikelinhoud
InterviewDikke

Dikke, de coming man van de Vlaamse rap: ‘Ook als het niet goed gaat, moet je blijven doorjassen’

Mohamed Eddahbi Agounad, alias Dikke: ‘Je moet van je zwakte je sterkte maken. Als ik dat niet zou kunnen doen, zou ik stikken in mijn verdriet.’Beeld Stefaan Temmerman

Door met zijn debuutplaat 130 kilo op één binnen te komen in de Ultratop zorgde Dikke voor het onverwachtste hiphopsucces van 2021. De Limburgse rapper heeft nu een opvolger klaar. ‘Ik heb maar één wens: dat mijn ouders dankzij mij in Marokko kunnen wonen zonder iets tekort te komen.’

“Wat is je sterrenbeeld?”

“Excuseer?”, hakkelen we, verrast door de vraag van Mohamed Eddahbi Agounad (24), alias Dikke. “Ah, je bent een maagd, dus een emotioneel persoon”, analyseert hij. “Nu begrijp ik waarom je mijn song ‘Nooduitgang’, die recht uit het hart komt, verkiest boven een van mijn feesttracks, zoals ‘Paris Hilton’.”

Een gesprek met Dikke – voorheen rappend onder de naam Moker en tussen Lummen en Maasmechelen bekend als Biggie van de wijk – staat niet bol van de clichés over blingbling en bitches. Dikke mijdt patsergedrag – daarmee onderscheidt hij zich van de Boefs en Lil Kleines van de wereld. “Ik krijg nochtans vaak te horen dat ik arrogant overkom, terwijl ik gewoon van nature een lang gezicht heb”, lacht hij.

Begin dit jaar schreef Dikke geschiedenis met de release van zijn eersteling 130 kilo. Nooit eerder debuteerde iemand in Vlaanderen met een hiphopalbum op nummer één in de Ultratop. Op 130 kilo rapte de mijnwerkerszoon op oldskoolbeats over het leven zoals het is in zijn Limburg, waar hij is “opgegroeid tussen gebruikers’” zoals het op zijn doorbraaksingle ‘Tabaka’ klinkt. 

Op Nooduitgang, zijn tweede album in één jaar tijd, verdeelt hij zijn tijd over partytracks met punchlines en hiphop met een peperkoeken hart.

2021 was een vruchtbaar jaar voor Dikke. Er was zijn nummeréénalbum, zijn concertagenda liep aardig vol, maar in zijn boerenjaar maakte hij ook de oversteek naar onze noorderburen. Het populaire Nederlandse hiphopplatform 101Barz nodigde hem uit voor een sessie – de natte droom van elke Nederlandstalige rapper – en met Josylvio wist hij een nederhopster te strikken voor een gastbijdrage op Nooduitgang.

Hongerig

“Ik besef eigenlijk nog niet zo gek lang dat ik iets beteken voor mensen”, zegt hij. “Ik stond backstage op mijn eerste show van het jaar en hoorde mijn hype man mij aankondigen, waarop vijfhonderd mensen tekeergingen. Ik stond ervan versteld en dacht: bro, wat gebeurt er nu? Twee jaar geleden was ik mijn stinkende best aan het te doen voor tien man, nu komen er honderden mensen naar mijn concerten. Maar een halve seconde later denk ik: niet op je lauweren rusten, Mo, je moet doorjassen.”

“Dikke jongen, want ik ben hongerig”, was eerder te horen op 130 kilo. Mohamed Eddahbi Agounad wil veel, maar weet dat doseren heilig is. “Ik ga er geen doekjes om winden: ik neem soms te veel hooi op mijn vork”, zegt hij eerlijk. “Veel mensen in dit milieu hebben veel trots en durven er niet voor uit te komen als het even slecht gaat. Ik heb het rond april moeilijk gehad. Ik heb een versnelling lager moeten schakelen. Dat is niet erg, dat is menselijk.”

Dikke combineerde op dat moment twee jobs – nachtshiften in de Nike-fabriek van Ham en een job in een kledingzaak – een graduaat in het transport en de logistiek, en een leven als de coming man van de Vlaamse rap. “Veel ambitieuze mensen – wat ik trouwens ben – zeggen: ik moet dit, ik moet dat. Als ik met zo’n mindset door het leven zou gaan, was ik er al lang onderdoor gegaan. Mijn moeder heeft mij altijd geleerd geduldig te zijn. Je kunt ook niet van de ene op de andere dag wandelen of fietsen. Ik gun mezelf tijd.”

Waaraan merkte de Limburgse rapper dat hij even op de rem moest staan? “Ik waak erover dat ik mentaal in orde blijf – mijn hoofd kan onrustig zijn, mijn gedachtemolen draait 24 uren per dag, zeven dagen per week. Als ik te veel aan mijn hoofd heb, kan mijn oog voor detail weleens wegvallen. Ik kan het mij in dit stadium van mijn carrière niet permitteren foute keuzes te maken. Ik leef volgens het motto dat het beter is om te voorkomen dan te genezen.”

Diploma halen en bidden

Dikke heeft voor het succes moeten werken. De hype rond zijn act heeft hij aan zichzelf te danken, niet aan de vlot draaiende promomachine van een platenlabel. 

Vijf jaar geleden ging hij nog door het leven als Moker. Maar ook toen de Lummenaar zichzelf de naam Dikke gaf, liep het nog niet van een leien dakje. Met tracks als ‘Bueno’ en ‘Dancer’ specialiseerde hij zich aanvankelijk in een soort Ibiza-rap die in danscafés had kunnen aanslaan. Pas toen hij zijn hart luchtte op ‘Tabaka’ en ‘Zes in de ochtend’, vond de rapper echt zijn draai.

“Vroeger ging het inderdaad wat moeizamer. Ik ga niet liegen en beweren dat wat anderen vinden mij niet boeit. We zijn allemaal mensen van vlees en bloed, we willen allemaal bevestiging.” 

Dat betekent echter niet dat Nooduitgang beter moet scoren dan 130 kilo. “Als je een prestatie levert, verwacht je dat je volgende prestatie minstens even goed wordt ontvangen. Maar weet je: de boog kan niet altijd gespannen staan. Ik werk hard, dus we zien wel. Gaat het goed, dan zal ik blij zijn. Gaat het minder goed, dan ga ik daar niet om rouwen, maar gewoon doorjassen.”

In het hoofd van Biggie van de wijk zit een stappenplan. “Ik heb een lange checklist, waarvan voorlopig enkel de puntjes onderaan op de lijst zijn afgevinkt”, blijft hij op de oppervlakte. Maar er is ook een plan B. “Mijn moeder vroeg twee dingen van mij: haal je diploma en bid je gebeden. Verder eist ze niets van mij. Ik accepteer dat en zie het belang van een diploma in, want werken moet je toch.”

“Van mijn broers en zussen ben ik degene die in zijn jeugd de meeste schade heeft opgelopen.” Waar hij kwam, reikten problemen hem de hand. “Er is een periode geweest dat mijn ouders in Marokko zaten. Ik ben toen gestopt met studeren. Fuck it, dacht ik, maar na een jaar kwam ik tot inkeer. Ik wens het niemand toe – en zeker mijn ouders niet – om zo iemand als zoon te hebben. Zo ben ik niet opgevoed. Daar heb ik kracht uit geput om de rug te rechten en de draad weer op te pikken.”

Bij elke handeling denkt hij aan zijn moeder. Dikke is een emotionele jongen, maar als rapper houdt hij zelden een opendeurdag van zijn binnenste. Als hij aan introspectie doet, geeft hij weinig prijs. “Kijk, muziek is een uitlaatklep, maar ik probeer discreet te blijven. Er zijn bepaalde dingen gebeurd in mijn leven, en die verhalen zijn niet voor de buitenwereld bestemd. Als ik vraag wat zich afspeelt in jouw leven, ga jij toch ook niet zomaar alles te grabbel gooien? Sommige rappers zijn open over alles, ik ben gewoon wat voorzichtiger. Mijn hart is daar te groot voor. Bij elke zin die ik op papier zet, denk ik: breng ik hiermee schade toe?”

Rolls-Royce

Vroeger noemde hij zichzelf Biggie, nu is Dikke zijn geuzennaam. En dan heet zijn debuutplaat ook nog eens 130 kilo, terwijl op Nooduitgang een track staat die ‘XXL’ getiteld is. Pareert hij daarmee kritiek die hij krijgt op zijn uiterlijk? “Nee”, sust de Limburger. “Ik ben een dikzak, dat zie je toch? Ik ben altijd bol geweest. Maar ik voel mij lekker, ik zit goed in mijn vel. De haat op hoe ik eruitzie gaat het ene oor in en het andere eruit. Je moet van je zwakte je sterkte maken. Als ik dat niet zou kunnen doen, zou ik stikken in mijn verdriet.”

Hij laat een korte stilte vallen en zegt dan: “Een chick die mij vroeger uitlachte, wil nu backstage geraken op mijn shows. Dat gaat niet gebeuren.” 

Dikke grijnst breed. Hoewel hij op Nooduitgang over een Benz (Mercedes) en doekoe (geld) rapt, is het hem niet om de faam te doen, benadrukt hij herhaaldelijk. “Als ik me morgen een Rolls-Royce kan veroorloven, zal ik mij om de hoek parkeren, om niet op te vallen. Als ik het de rest van mijn leven met een Ford Fiesta moet doen, zal ik daar niet ongelukkig om zijn.”

Waarom maakt hij dan een track als ‘Paris Hilton’, waarin hij vocaal met de spierballen rolt? “Ik ben een emotionele jongen, zoals je hoort op ‘Troebele visie’ of ‘In de kou’, maar ik ben ook de speelvogel van ‘Paris Hilton’.” 

Er is echter nog een reden waarom hij in punchlinerap investeert, bekent Dikke. “Op een concert zingt en danst iedereen op ‘Paris Hilton’, terwijl mijn publiek te jong is om enkel op serieuze shit te kunnen teren. Op Spotify werkt die mix beter: de veertigers luisteren naar de emotionele songs, de kinderen naar de snelle. Het is geven en nemen.”

Dikke heeft inderdaad een jong publiek. Wil hij een rolmodel voor hen zijn? “Bedoel je dat letterlijk, omdat ik zo dik ben dat je mij kan rollen?”, buldert hij. “Ik kan daar niet op antwoorden”, klinkt het snel serieus. “Ik wil mezelf geen rol geven alvorens met zekerheid te weten dat ik die functie kan vervullen.” 

Wat hij wel zeker weet, is dat flexen niet de essentie van het leven is. Hij vertoeft nochtans in een milieu waar het aantal cijfers op de bank er steeds vaker toe doet.

“Wat ik ook doe of zal doen om de kost te verdienen, ik heb maar één wens: dat mijn ouders dankzij mij in Marokko kunnen wonen zonder iets tekort te komen. Uiteraard zou ik ook graag trouwen, kinderen krijgen en een huis kopen of bouwen. Maar waar ik echt op hoop, is de mogelijkheid om de mensen te ondersteunen die in mij hebben geïnvesteerd. Dat is het ultieme doel.”

Nooduitgang van Dikke is nu uit via Top Notch / Universal.