De Japanse autobouwer Toyota Motor zal tegen midden volgend decennium in Europa alleen nog emissievrije wagens verkopen. Dat heeft de Japanse constructeur gemeld. Met die plannen wil Toyota inspelen op de doelstellingen die de Europese Unie op het gebied van autotechnologie naar voor heeft geschoven.

Tegen eind dit decennium zou bovendien bij Toyota minstens de helft van de Europese verkopen door elektrische modellen moeten worden gerealiseerd. Dat wordt een belangrijke sprong, want tegen midden dit decennium wordt slechts een aandeel van ongeveer 10 procent in het vooruitzicht gesteld.

Hybrides

“Toyota zegt er bij zijn planning van uit te gaan dat de Europese Unie halverwege volgend decennium ook over voldoende laadinfrastructuur zal beschikken om elektrische wagens en alternatieven op waterstof te ondersteunen”, merkt het persbureau Bloomberg op.

“Daarbij moet echter worden opgemerkt dat in de Europese Unie nu al gepalaverd wordt over de einddatum voor de verkoop van verbrandingsmotoren. Frankrijk stuurt er daarbij op aan om de verkoop van plugin-hybrides langer toe te laten, terwijl Italië hoopt dat de supercars niet aan de nieuwe normen zullen moeten voldoen.”

“De toezeggingen van Toyota zijn enigszins onverwacht, want de topkaders van de constructeur hebben al eerder laten verstaan een rol voor hybride te concepten te willen behouden tot volledig elektrische voertuigen de brede markt hebben bereikt”, voert Bloomberg nog aan.

“De recente prestaties van het bedrijf in Europa tonen het succes van die aanpak. De verkopen van Toyota op de Europese markt zijn sterk gestegen. Bovendien heeft de Japanse groep de laagste gemiddelde uitstoot van de grote conventionele autofabrikanten.”

“Ondanks het succes met zijn hybride modellen, moet Toyota erkennen dat bij de Europese autobestuurder de interesse in exclusief elektrische wagens sterk toeneemt”, zegt het persbureau nog.

“Tijdens de eerste negen maanden van dit jaar werden in Europa meer dan 800.000 elektrische wagens verkocht. Dat betekende een stijging met meer dan 90 procent tegenover dezelfde periode vorig jaar.”

“Ook het succes van de Amerikaanse autobouwer Tesla is daarvan een bewijs. De Amerikaanse groep heeft vorig jaar Toyota in de lijst van de meest waardevolle autoconstructeurs van de eerste plaats geduwd.”

Beloftes

Ook andere autofabrikanten hebben op het gebied van duurzaamheid al doelstellingen naar voor geschoven die met de plannen van Toyota vergelijkbaar zijn. Volkswagen heeft aangekondigd de eerste helft van volgend decennium met de verkoop van wagens met verbrandingsmotoren te zullen stoppen.

Ford Motor wil eind dit decennium in Europa een exclusief elektrische vloot aanbieden. Mercedes-Benz hanteert dezelfde deadline, op voorwaarde dat op gunstige omstandigheden kan worden gerekend.

Matthew Harrison, CEO van Toyota Europe, zegt dat de Japanse constructeur vastbesloten is zijn duurzame doelstellingen door te drukken, maar zegt eenzelfde soort overtuiging, inspanning en vooruitgang te vragen op het vlak van infrastructuur en aanbod van hernieuwbare energie.

Gill Pratt, wetenschappelijk directeur van Toyota, werpt op dat een aantal partijen elkaar wel met sterke beloftes proberen af te troeven, maar in praktijk in die richting weinig inspanningen laten blijken. “Beloftes halen geen koolstofdioxide uit de lucht”, merkt Pratt op.

Om zoveel mogelijk koolstofdioxide zo snel mogelijk uit de lucht te halen, is het volgens Pratt aangewezen om hybrides en plugin-hybrides toe te laten tot elektrische batterijen goedkoper en duurzamer kunnen worden geproduceerd en de laadinfrastructuur breed beschikbaar is.

Waterstof

Ondertussen bouwt Toyota wel aan een nieuwe vloot elektrische wagens. Dat gebeurt met de serie bZ (beyond Zero), die uit zeven modellen zal bestaan. Ook dochtermerk Lexus komt in de eerste helft van volgend jaar met een nieuw elektrisch model op de markt.

Tot nu toe heeft Toyota bijna 20 miljoen elektrische voertuigen verkocht, maar de groep blijft ook een groot supporter van waterstof en brandstofcellen. Die technologie zou vooral voor grotere voertuigen zijn geschikt.

Het bedrijf wil volgende maand in België van start gaan met de productie van modules van brandstofcellen voor vrachtwagen, bussen, treinen en schepen.

“Cruciaal is dat de uitstoot van koolstofdioxide wordt verminderd”, merkt Pratt nog op. “We moeten echter nederig zijn en erkennen dat we niet echt weten welke technologie uiteindelijk het beste zal werken. Daarom is de beste aanpak op dit ogenblik zoveel mogelijk potentiële oplossingen uit te proberen.”

(lb)