Direct naar artikelinhoud
InterviewTom Goffin

Prof gezondheidsrecht raadt snelle vaccinplicht af: ‘Vergelijking met poliovaccinatie gaat niet echt op’

Professor gezondheidsrecht Tom Goffin.Beeld Wouter Van Vooren

Volgende week bespreekt het Overlegcomité de verplichte vaccinatie. Tom Goffin (38), professor gezondheidsrecht aan de UGent, werkt mee aan een advies dat bij de politici op tafel komt te liggen. Halsoverkop een verplichting invoeren raadt hij af. 

Op het volgende Overlegcomité, op 22 december, staat de verplichte vaccinatie op het menu. De regeringen willen het onderwerp voorzichtig aansnijden. Professor gezondheidsrecht Tom Goffin liet in deze crisis al over heel wat heikele ethisch-juridische onderwerpen zijn licht schijnen achter de schermen. Hij werkt nu als voorzitter van de Federale Commissie Rechten van de Patiënt mee aan de adviezen die door het coronacommissariaat zijn gevraagd over maatregelen om de vaccinatiegraad te verhogen.  

De laatste tijd klinkt de roep om verplichte vaccinatie almaar luider. Artsen die de bedden op hun afdeling intensieve zorg zien vollopen, vroegen er al om. Uit een bevraging van Het Laatste Nieuws blijkt dat zeven op de tien Belgen achter een vaccinatieplicht staan. 

“Als het over verplichte vaccinatie gaat, is het makkelijk om voor- of tegenstanders te vinden”, zegt Goffin. “Het probleem is dat die vraag enorm gelaagd is. Eigenlijk zijn er drie vragen waarop we telkens een heel precies antwoord moeten hebben. Waarom willen we een verplichting invoeren? Voor wie zal ze gelden? En welke sanctie zal ze inhouden? 

“De eerste vraag is al niet eenvoudig. Waarom hebben we vandaag een verplichting voor het poliovaccin? Dat is niet om het virus in te dijken, maar om het buiten de maatschappij te houden. Daar is het dus een preventieve maatregel. Bij corona zitten we in een andere situatie. Hier zou het een maatregel zijn om een acute pandemie te bestrijden. De vergelijking die soms met de poliovaccinatie gemaakt wordt, gaat niet echt op.”

Uiteindelijk willen we corona toch ook uit de maatschappij krijgen?

Tom Goffin: “Wel, stel dat we de vaccinatieverplichting op lange termijn zouden invoeren, dan is dat inderdaad vanuit die optiek: we hebben de pandemie overwonnen en we willen niet dat het virus weer de kop opsteekt. Vanuit een preventief gezondheidsaspect kan een vaccinatieplicht dan noodzakelijk zijn. Maar daar zijn we vandaag niet. 

“Rond corona zijn er bovendien nog tal van onduidelijkheden. De deltavariant heeft ons in snelheid gepakt, nu is het nog afwachten wat de impact zal zijn van omikron. Hoe zullen vaccins tegen de nieuwe variant presteren? Als je het effect nog niet precies kent, is het moeilijker om een vaccinatie op te leggen.” 

Griekenland, Oostenrijk en Duitsland vinden er geen graten in en willen nu al een verplichting invoeren. 

“De situatie is in elk land heel anders, daar moet je rekening mee houden. Als de vaccinatiegraad te laag is, kan de overheid niet anders dan naar een verplichting grijpen. Die landen staan met de rug tegen de muur. België heeft een hoge vaccinatiegraad en dus heeft ons land meer ruimte om na te denken wat de meest proportionele maatregelen zijn om de pandemie te bestrijden. 

“Sowieso zal de plicht tot een hogere vaccinatiegraad leiden, maar tegelijk zit je met een plicht die het recht op fysieke integriteit, gewaarborgd in artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM), toch sterk inperkt. Dat moet je dan wel kunnen verantwoorden. Juridisch kan het als de overheid een legitiem doel nastreeft dat ze op geen enkele andere manier kan bereiken. Dan wordt een maatregel als noodzakelijk en proportioneel beschouwd.” 

Opinie Thomas Nys en Bart Engelen: ‘Een vaccinatieplicht discrimineert niemand’

De zorg wordt nu opnieuw overspoeld, velen die op intensieve zorg terechtkomen zijn niet gevaccineerd. Staan we dan ook niet met onze rug tegen de muur? 

“Zelfs als we dan een verplichting willen invoeren, zal het nog een hele tijd duren voor die er daadwerkelijk is, dus het is geen maatregel die we meteen kunnen gebruiken. Dan moeten we ook nog de vraag stellen wat er precies verplicht wordt: hoort de boosterprik er ook bij? Als later blijkt dat we jaarlijks een vaccin tegen corona nodig hebben, geldt de verplichting daarvoor dan ook? 

“Vandaar dat ik ervoor pleit om de verplichting enkel in te voeren op het moment dat we de pandemie echt onder controle hebben. Nu weten we nog niet hoe het virus in de toekomst zal evolueren en wat we dan moeten doen. Bovendien moet je ook nu al weten wat de sancties zullen zijn voor vaccinweigeraars. Als we de verplichting invoeren, moet het hele juridische kader kloppen.”  

Goffin: 'De vergelijking die soms met de poliovaccinatie gemaakt wordt, gaat niet echt op.'Beeld Wouter Van Vooren

In Griekenland is dat een maandelijkse boete van 100 euro waarbij het geld naar een fonds voor de zorg gaat. Ook weigerende Oostenrijkers zullen een fikse geldboete moeten betalen. 

“Geldboetes zijn een optie, maar volgens mij zijn er nuttiger alternatieven. Als we mensen willen overtuigen, lijkt een verplichte opleiding waarin weigeraars info krijgen over het virus en de vaccins mij eigenlijk beter. We kunnen ook over stages in ziekenhuizen nadenken, maar dan zit je met het probleem dat je daar een niet-gevaccineerde laat rondlopen. 

“Omdat er zoveel is om over na te denken, zou ik de vaccinatie op korte termijn niet verplichten. De adviezen van het Raadgevend Comité voor Bio-ethiek, van de Hoge Gezondheidsraad en van de Federale Commissie Rechten van de Patiënt moeten nog allemaal komen. Laat ons die eerst afwachten en zien of we op basis daarvan al een groot stuk van de puzzel kunnen leggen.” 

Het valt ook op dat elk land andere voorwaarden heeft voor de verplichting. In Griekenland zijn het enkel 60-plussers. In Oostenrijk wil men iedereen vanaf 14 jaar een prik laten halen. 

“Dat is omdat elk land die beslissing neemt op basis van zijn eigen situatie. Giekenland ziet bijvoorbeeld veel niet-gevaccineerde 60-plussers in het ziekenhuis belanden. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens geeft de lidstaten elk afzonderlijk een brede marge om de principes van ‘legitiem doel’ en ‘proportionaliteit’ op het artikel 8 van het EVRM toe te passen. 

“Zelfs de staatsstructuur van een land kan een rol spelen. Als er bij ons bepaald wordt dat verplichte vaccinatie een preventieve maatregel is, in de vorm van een vaccinatieschema, om toekomstige opstoten te vermijden, dan is Vlaanderen bevoegd. Als het een algemene vaccinatieplicht is tijdens een besmettingsgolf - zoals nu - dan blijft het federale materie. 

“Die discussie speelt trouwens ook bij de verplichte vaccinatie van het zorgpersoneel. Artsen vallen onder de bevoegdheid van de federale overheid. Verzorgenden in een woon-zorgcentrum vallen onder het Vlaamse niveau. Als je een verplichte vaccinatie wil voor de hele zorgsector, heb je eigenlijk een samenwerkingsakkoord nodig van de verschillende overheden.” 

Hoe gebeurt de verplichte vaccinatie voor de zorgsector nu? 

“Op basis van wat ik erover heb gelezen, weet ik dat men vooral werkt met het visum dat elke zorgverlener moet hebben om zijn beroep uit te oefenen. Als die persoon zich niet laat vaccineren tegen 1 april wordt zijn visum geschorst en kan die niet meer werken in een zorgfunctie. Maar ik heb de definitieve teksten van het wetsontwerp nog niet gezien en het is nog wachten op het advies van de Raad van State.” 

Tot slot: wat vond u van het voorstel van filosoof Patrick Loobuyck om een opkomstplicht in te voeren? Iedereen moet naar het vaccinatiecentrum komen, krijgt daar informatie en beslist dan zelf. 

“Ik ben er voorstander van om mensen te informeren. Maar aan die discussie koppelde Loobuyck dat gevaccineerden voorrang zouden krijgen als het zorgpersoneel in extreme situaties tussen patiënten zou moeten kiezen. Dat tweede deel vind ik enorm gevaarlijk. Gaan we dan ook zeggen dat rokers geen behandeling meer krijgen, want zij kiezen er toch ook zelf voor om te roken? 

“Een vaccinatieverplichting moeten we los zien van voorrangsregels, want het zijn twee aparte kwesties. Momenteel baseren artsen zich voor dat laatste onder meer op de overlevingskansen van een patiënt. Het voorstel van Loobuyck toont nog eens aan hoe belangrijk het is om goed na te denken over een verplichting. We moeten oppassen dat we op die manier geen deuren openzetten naar andere zaken die we niet in acht hebben genomen.”