Live | Schauvliege in commissie PFOS: ‘Zou ik met kennis van nu hetzelfde doen als in 2017? Uiteraard niet’

De leden van de onderzoekscommissie PFOS houden vandaag een hoorzitting met de bevoegde ministers uit de zittingsperiode 2014-2019. De meest opmerkelijke passage was die van voormalig minister van Omgeving Joke Schauvliege (CD&V), die erop wees hoe anders de situatie nu is dan in 2017, toen beslist werd niet over de vervuiling te communiceren.

Behalve Schauvliege moesten ook voormalig minister van Mobiliteit en Openbare Werken Ben Weyts (N-VA), voormalig minister van Welzijn en Volksgezondheid Jo Vandeurzen (CD&V) en voormalig minister van Financiën en Begroting Bart Tommelein (Open VLD) in de commissie verschijnen. Ze mochten kort hun versie van de feiten geven, maar moeten nog de hele dag vragen beantwoorden.

Schauvliege begon haar uiteenzetting met de mededeling dat ‘de inzichten in de loop van de jaren grondig gewijzigd zijn’, iets waar ze in haar betoog herhaaldelijk op terugkwam. Maar ze blijft wel haar keuzes van toen verdedigen. ‘Was het in 2017 duidelijk dat PFOS en PFAS een risico inhielden voor de volksgezondheid? Het antwoord is nee.’ De stof stond toen wel al bekend als vervuilend, maar er was geen indicatie voor een ‘humaan toxicologisch risico in Vlaanderen’.

Sinds eind 2018 is de kennis ‘totaal anders’, gaf Schauvliege echter aan. Ze spreekt van een ‘cesuur’ op 13 december van dat jaar. Toen kwam de European Food Safety Authority met nieuwe normen. ‘Binnen de vier dagen na die nieuwe reglementering vond de startvergadering plaats voor de opmaak van het PFAS-actieplan.’

Over de Oosterweelwerf zegt Schauvliege dat ze in september 2017 op de hoogte werd gebracht van de PFOS-vervuiling. Maar de nadruk lag toen op de financiële risico’s eerder dan de gezondheidsrisico’s. Ze citeert een mail van de Vlaamse afvalstoffenmaatschappij Ovam, die in die periode ook meldt dat er ‘geen direct risico’ voor de volksgezondheid is, wat ook in oktober van dat jaar werd bevestigd. ‘Uit alle verklaringen’ kon Schauvliege afleiden dat Ovam het probleem wou aanpakken via het bodemdecreet, waarbij 3M zou opdraaien voor de kosten van de meting en de saneringen. Ze noemt dit ook een ‘logische keuze’.

Maar na de verstrenging van de Europese normen in december 2018 kwamen de kaarten helemaal anders te liggen. ‘Zou ik met de kennis van 2017 opnieuw zo handelen? Ja. Zou ik met de kennis van 2022 opnieuw zo handelen? Uiteraard niet.’

‘Geen doofpot’

Weyts ontkende in zijn inleiding formeel dat er sprake is van een doofpotoperatie. ‘Als dat een doofpot was, dan was het een doofpot zonder deksel. Want er is regelmatig gecommuniceerd’, aldus de voormalige minister van Openbare Werken. Hij stelt dat het mee dankzij de voorbereidende werken van de bouwheer Lantis (toen nog BAM) in het kader van Oosterweel is dat de PFOS-vervuiling aan het licht is gekomen. ‘Dat is het tegenovergestelde van een doofpot.’

In een nota van 29 september aan het stuurcomité zei David Van Herreweghe, ex-voorzitter van Lantis, dat er op basis van Ovams beoordeling ‘geen direct risico’ was voor de mens. De beslissing om niet te communiceren is volgens Weyts dan weliswaar een ‘gezamenlijke politieke verantwoordelijkheid’, maar wel genomen op basis van experten. Daarna is er volgens Weyts nog gerapporteerd over de vervuiling, hij geeft als voorbeeld 22 december 2017 aan.

Volgens Weyts is het dan ook makkelijk ‘om met de bril van nu’ naar de feiten van toen te kijken, waarmee hij op dezelfde golflengte zit als Schauvliege. Dat er toen niet meer is gecommuniceerd, heeft te maken met de adviezen van de experten, zei de N-VA’er in de eerste vragenronde. ‘Het is mijn overtuiging dat mijn diensten op basis van de kennis op dat moment in eer en geweten hebben beslist.’

‘Reünie’

Tommelein zei bij aanvang van de commissie erover ‘ontgoocheld’ te zijn dat al deze oud-ministers samen werden opgeroepen. ‘Normaal ben ik blij met een klasreünie’, zei hij. Waarom een individuele ondervraging niet mogelijk was, is hem niet duidelijk. Tommelein was naar eigen zeggen niet aanwezig op de veelbesproken vergadering van het politiek stuurcomité ­Oosterweelwerken van 18 september 2017, waarbij verontreiniging van de ­bodem en het grondwater op het programma stond. Hij was toen afwezig door ziekte. Hij las in het verslag van die vergadering wel dat die verontreiniging een risico was voor de kostprijs. ‘Dus wist mijn kabinet dat het dossier moest worden opgevolgd. Maar dat is sowieso het geval voor projecten van deze omvang.’

Vandeurzen gaf aan dat zijn kabinet eigenlijk niet betrokken was bij het overleg over de PFOS-vervuiling bij Oosterweel. Vele mails van andere kabinetten met zijn kabinetschef in cc maakten volgens hem ook duidelijk dat het dossier elders werd opgevolgd, en Volksgezondheid indien nodig toch ingeschakeld zou worden.

(wle)