Verplaatsbare flitspaal verlaagt gemiddelde snelheid aan school met bijna 10 kilometer per uur

Het was een LiDAR, een grote zichtbare flitsbak die in beide rijrichtingen tegelijk overtredingen kan vaststellen, die aan de schoolpoort geïnstalleerd werd. De week voordien, zonder de flitspaal, hield maar 21 procent van de bestuurders zich ‘s ochtends aan de maximumsnelheid van 30 kilometer per uur. Met de flitspaal werd dat 53 procent. Zonder controle hield in de namiddag rond schooltijd amper 18 procent van de bestuurders zich aan de maximumsnelheid. Als er gecontroleerd werd, steeg dat naar 51 procent.

De superflitspaal had vooral een effect op de zeer grote snelheidsovertredingen. Als er geen flitspaal stond, reed ‘s ochtends rond schooltijd 34 procent van de bestuurders sneller dan 40 per uur. Na het plaatsen van een snelheidscamera was dat nog maar 3 procent. In de namiddag was de impact vergelijkbaar.

De gemiddelde snelheid daalde met zo’n 10 kilometer per uur. Voor voetgangers is dat een enorm verschil bij een aanrijding, hun overlevingskans verdubbelt immers.

“Een doelgerichte handhaving is een zeer adequaat middel om de snelheid te verlagen en de verkeersveiligheid te vergroten”, klinkt het bij Vias. “Belangrijk is dat de controles plaatsvinden op locaties waar er wel degelijk een probleem is en er door handhaving een verbetering van de verkeersveiligheid bekomen kan worden.”

Handhaving is echter niet de enige factor, volgens Vias. “Door het aanpassen van de infrastructuur, zoals asverschuivingen of het versmallen van het wegbeeld en door meer ruimte te geven aan fietsers en voetgangers, kan de snelheid van het gemotoriseerd verkeer ook dalen”, klinkt het.

Daarnaast wordt ook ingezet op sensibilisering, zowel bij leerlingen als bij ouders.