Direct naar artikelinhoud
GetuigenissenLandbouw

‘Wij krijgen de schuld van alles’: landbouwers zitten mentaal én financieel aan de grond

‘Wij krijgen de schuld van alles’: landbouwers zitten mentaal én financieel aan de grond
Beeld Tim Dirven

Hoge energiekosten, lage prijzen in de supermarkt en daar komen nog eens de nieuwe regels over stikstof bij. Steeds meer landbouwers zitten in nood, financieel én mentaal. ‘De hele landbouw is ziek.’

“Bijna alle producten die we verkopen, verkopen we onder de kostprijs.” Peter Vandewalle (50) heeft een gemengd landbouwbedrijf in Veurne. Hij doet aan akkerbouw en daarnaast houdt hij varkens en koeien. Zijn neef Thomas Bruynoghe (39) heeft even verderop een gelijksoortig bedrijf. Ze zien zwarte sneeuw.

“We hebben geen enkele grip op de prijs”, zegt Vandewalle. “Onze varkens verkopen we voor 90 cent per kilo. We zouden 30 cent meer moeten krijgen om alleen nog maar uit de kosten te geraken.” Ze spreken van geluk dat ze wel nog wat winst maken op hun melk. “Met dat geld kunnen we voorlopig onze facturen betalen. Maar voor wie enkel varkens houdt is de situatie dramatisch. Onwerkelijk.” 

Onder collega’s wordt er niet echt over gepraat. “Boeren zijn niet zo goed in communiceren, zeker als het gaat over mentaal welzijn. Het zit bij ons in de genen, zeker?”

Voor heel wat landbouwers begint de situatie nochtans zwaar door te wegen. Het aantal boeren dat financieel en/of mentaal in de problemen zit is het afgelopen jaar sterk gestegen, blijkt uit de cijfers van Boeren op een Kruispunt. Die organisatie staat landbouwers bij die even geen uitweg meer zien, door hen op zowel psychologisch als bedrijfseconomisch vlak te helpen. 

Thomas Bruynoghe en Peter Vandewalle (neven en landbouwers): ‘Waarom reken je per kilo varkensvlees in de supermarkt niet een halve euro meer? Dat geld kan rechtstreeks aan de producent worden gestort.’Beeld Tim Dirven

In 2021 steeg het aantal nieuwe aanmeldingen naar 232, tegenover 161 het jaar voordien. Nooit eerder lag dat cijfer zo hoog. De voornaamste redenen daarvoor waren psychische en/of relationele problemen en de wankele toekomst voor het bedrijf. Het aantal sessies bij de psycholoog via Boeren op een Kruispunt verdubbelde naar 362. Eerder berichtte de Krant van West-Vlaanderen al over gelijkaardige cijfers in haar provincie.

Een deel van de verklaring voor de stijging zit in het feit dat de organisatie beter bekend is bij de boeren, geeft directrice Els Verté aan. “Vroeger hadden we de naam dat wie naar ons kwam dat deed om met het landbouwbedrijf te stoppen. Soms gebeurt dat, maar vaker ook niet.” 

Hoge graanprijzen door Russen

Toch is het een duidelijke graadmeter voor een breder onderliggend probleem, geven zowat alle betrokkenen aan, onder wie Verté. De onzekerheid lijkt groter dan ooit in het boerenbestaan. Niet alleen zitten de prijzen op de afzetmarkt op een bijzonder laag niveau, tegelijk zijn de productiekosten de voorbije jaren fors gestegen. 

De hoge energieprijzen treffen iedereen, dus ook de landbouwers. Maar ook elders lopen de facturen op. Door de coronacrisis zijn de prijzen van kunstmest door bevoorradingsproblemen gestegen. Tegelijk is de prijs van het graan, en dus ook van het veevoeder, erg hoog door de politieke instabiliteit in Oekraïne. Het uitgestrekte land is nog steeds de graanschuur van Europa. In de varkenssector deed de Afrikaanse varkenspest de export bovendien stokken.

“Onze productiekosten liggen gemakkelijk 10 tot 12 procent hoger”, zegt Klaas Devreese (36). Hij heeft al tien jaar een biologisch melkveebedrijf in Leffinge. “De prijzen in de supermarkt zijn ook wel gestegen, maar met amper 1 à 2 procent.” 

De winstmarges op de biomelk die hij produceert zijn al even weggesmolten. Hij rekent op zijn spaarcenten om de facturen te betalen. En op de goodwill van zijn leveranciers om hem even uitstel te verlenen. “Ik doe deze stiel niet voor het geld, maar omdat ik het zo graag doe. Maar die leveranciers niet kunnen betalen, is zeer frustrerend. Daar word je ongelukkig van. Ik zie het overal rond mij. Eigenlijk is de hele landbouw ziek.”

Als klap op de vuurpijl kwam er een jaar geleden het stikstofarrest, die de toekomst van heel wat landbouwbedrijven op losse schroeven zette. Een rechter vernietigde het vergunningsbeleid van de Vlaamse overheid. Het milieu werd te weinig beschermd, zo was het oordeel. Vooral de landbouw loopt nu in het vizier. De sector is goed voor meer dan de helft van de stikstofuitstoot in Vlaanderen. Alle nieuwe vergunningen staan sinds vorig jaar on hold, waardoor boeren niet wisten waar ze aan toe waren.

De Vlaamse regering bereikte dinsdagnacht een akkoord over de nieuwe, strengere stikstofregels. Varkens- en pluimveebedrijven die nog niet met emissievrije stallen werken, zullen hun uitstoot met 60 procent moeten verminderen, door extra zuiveringsinstallaties te installeren of de veestapel af te bouwen. De meest vervuilende bedrijven moeten al in 2025 sluiten. Om de boeren te ondersteunen trekt de regering een budget van 3,6 miljard euro uit tot 2030.

Voor Vandewalle en Bruynoghe is de impact nog niet helemaal duidelijk. “We hebben nog geen investeringen gedaan in luchtwassers in onze stallen omdat we niet weten wat er komt”, zegt Vandewalle. “We vrezen grote kosten, terwijl we amper inkomsten hebben.” Dat er extra centen komen vanuit Vlaanderen is positief, maar het lost hun fundamentele probleem niet op. Eerst zou het inkomen van de boer gegarandeerd moeten worden, vinden ze. 

Ze hebben zelfs voorstellen voor de politiek klaar. “Waarom reken je per kilo varkensvlees in de supermarkt niet een halve euro meer? Dat geld kan rechtstreeks aan de producent worden gestort. En kan er geen staatssecretaris komen die de landbouwprijzen mee monitort?” Het toont hoe verbeten ze zijn. Netjes hebben ze hun standpunten genoteerd.

Devreese uit Leffinge ontloopt allicht de stikstofregels door een beperkte veestapel. Toch worstelt ook hij met de bestaande milieuwetgeving. “Ik heb alle begrip dat de natuur ook beschermd moet worden”, zegt hij. “Maar soms zijn de regels moeilijk in de praktijk om te zetten.” Hij doet beperkt aan akkerbouw. “Na de oogst moeten we het land herbeplanten, omdat die gewassen stikstof bijhouden”, legt hij uit. Alleen, omdat zijn akkers in poldergrond liggen, moeten die nieuwe gewassen al na enkele weken weer afgedaan worden. Nadien is het land te nat. “De plantjes zijn op dat moment amper twee à drie centimeter hoog. Dat hele proces is veel moeite en kost me geld, maar wat is de milieuwinst? Toch krijg ik een hoge boete als ik het niet doe.” 

Klaas Devreese heeft een biologisch melkveebedrijf: ‘Ik begrijp dat de natuur moet worden beschermd, maar soms zijn de regels te moeilijk.’Beeld Tim Dirven

Gesloten wereld met gesloten mensen

Dat de boeren het mentaal moeilijk hebben, is geen volledig nieuw fenomeen, laat staan een uniek Vlaams probleem. Het aantal zelfdodingen zowel in Frankrijk als in Nederland ligt in de landbouwsector een stuk hoger dan bij andere beroepen. Voor Vlaanderen worden er geen cijfers bijgehouden, al komt er binnenkort een monitoring. Toch is geen enkele reden waarom de trend bij ons anders zou zijn.

Het Instituut voor Landbouw- en Visserij-onderzoek (ILVO) voerde in 2019 een grootschalig dieptestudie uit naar het mentale welzijn van boeren. Daaruit bleek dat landbouwers meer onderhevig zijn aan stress. De helft (50,3 procent) geeft aan dat de werkdruk problematisch is, nog eens 43,3 procent worstelt met de balans tussen werk en privé. Die cijfers liggen beduidend hoger dan bij andere zelfstandige ondernemers (respectievelijk 20,9 en 30,4 procent). Het rapport is het startpunt worden van actieplan dat binnenkort wordt afgetrapt.

“Sowieso is het een sector waar grote onzekerheid bestaat”, legt Greet Riebbels van ILVO uit. “Je portefeuille ligt op de akker, zeggen de boeren weleens. Het gaat om levend materiaal, onderhevig aan weersomstandigheden en ziektes. Eén rampzalige stortbui kan het werk van een heel seizoen vernietigen.” Dan is het rekenen op de reserves en hopen dat het snel beter wordt. 

Wat ook meespeelt: boer zijn is veel meer dan een job, het slorpt je hele bestaan op. Je werkt waar je woont en je woont waar je werkt. Bovendien leven vaak verschillende generaties op hetzelfde erf. Problemen in je relatie of met je ouders hebben vaak ook een grote impact op het functioneren van het bedrijf en omgekeerd. Het is ook daarom dat een organisatie als Boeren op een Kruispunt meteen het hele plaatje bekijkt, wanneer iemand komt aankloppen met financiële problemen.

Er is ook de vaststelling dat boeren heel lang wachten om hulp te vragen. Het cliché van “zwijg en werk voort” blijkt deels te kloppen. Bijna de helft (44 procent) geeft aan harder te werken om uit de problemen te geraken. “Het is een erg gesloten wereld, bevolkt met gesloten mensen”, zegt Els Verté van Boeren op een Kruispunt. 

Het is een van de factoren waarom het landbouwberoep aan populariteit verliest. Elk jaar stopt 3 procent van de 23.000 Vlaamse boeren met hun activiteit, blijkt uit cijfers van de Boerenbond. De gemiddelde leeftijd ligt met 56 jaar erg hoog. Opvolging is niet verzekerd. Veel boeren vrezen dat hun bedrijf niet zal worden voortgezet.

Agribashing

Hoe krijg je de noodlijdende landbouwbedrijven, en bij uitbreiding de hele sector, weer gezond? Mentale problemen bespreekbaar maken, zou al een belangrijke stap zijn, meent Riebbels van het ILVO. "Daarnaast is het belangrijk nuchter te kijken naar de bedrijfsresultaten en daarnaar te handelen. De takken die niet floreren in je bedrijf, daar moet je in snoeien of je past je aan. Aan de overheid is het om een rechtszekerheid te creëren, zonder al te veel ingewikkelde regeltjes. Zo neem je al veel stress weg.”

En economisch? Het Vlaamse en het Europese subsidiebeleid stuurden heel wat bedrijven in de richting van schaalvergroting om rendabel te blijven. Ook de Boerenbond zat lang op de dat spoor. Alleen, het zijn net dat soort bedrijven en hun ‘megastallen’ die nu onder vuur liggen door hun grote stikstofuitstoot. 

Gesloten wereld met gesloten mensen
Beeld Tim Dirven

“Ik geloof er niet in”, zegt bioboer Devreese. “Een grotere schaal helpt misschien op korte termijn de kosten drukken, maar op den duur ga je zoveel produceren dat de prijzen op de markt weer dalen.” Ook Vandewalle en Bruynoghe zien er weinig heil in. “Dat zijn fabrieken, daar zouden toch andere milieuregels van toepassing moeten zijn? De breedste schouders zouden de grootste inspanningen moeten doen. Wij werken als familiebedrijf helemaal anders.” De Vlaamse regering komt hun verzuchting deels tegemoet, door extra financiële steun uit te trekken voor kleine familiebedrijven en bioboeren om de stikstofuitstoot aan te pakken.

Wat de drie boeren nog het meeste dwars zit, is de negatieve reputatie die de boeren de voorbije jaren hebben gekregen, mede door die megastallen. ‘Agribashing’ noemen ze het in de sector: vlees is slecht voor het klimaat, de natuur gaat kapot door stikstof. Het knaagt aan het zelfbeeld van de boer.

“Als je het nieuws ziet, je zou depressief worden”, zegt Devreese. “We krijgen de schuld van alles, terwijl 3M in Zwijndrecht met alles wegkomt en de bedrijven in de Antwerpse haven maar op doen. Gelukkig krijg ik van vrienden en kennissen wel enorm veel waardering.” 

Ook daar zit nog veel marge tot verbetering, klinkt het in de sector. Landbouwers zouden beter wat positiever communiceren over waar ze mee bezig zijn. Er zijn wel degelijk inspanningen om de sector innovatiever en klimaatvriendelijker te maken. 

Dat het nog mogelijk is een gezond landbouwbedrijf op te starten, bewijst Sebastiaan De Backer (40). Hij startte drie jaar geleden zijn eigen varkens- en kippenbedrijf in Kampenhout. Momenteel heeft hij een honderdtal varkens, die vrij rondlopen op zijn weiland van zo’n 16 hectare. De bedoeling is dat aantal op te drijven naar 200. 

Van stikstofnormen heeft hij weinig last, vanwege het relatieve lage aantal varkens per vierkante meter. Hij is minder afhankelijk van de marktprijs omdat hij het vlees verkoopt in zijn eigen slagerij op het domein, rechtstreeks aan de consument. 

De energiekosten blijven onder controle omdat de varkens buiten leven en enkel een schuilhok hebben. Alleen de dure graanprijs steekt wel, al wil hij zelf ook eigen graanakker verbouwen. “Als ik per maand zo’n 13 varkens verkoop ben ik uit de kosten en kan ik hier comfortabel van leven”, vertelt hij. “Tijdens de eerste lockdown zat ik daar vlot aan, nu moet ik nog wat extra werken aan de afzet.” 

Vroeger werkte hij als tuinaannemer, maar hij heeft geen enkele spijt van zijn overstap. “Ja, het is soms hard werken. Morgen ben ik weer om 3 uur ’s morgens op weg naar het slachthuis en als ik terug ben begint mijn werkdag pas. Maar als de zon dan stilaan opkomt en ik zie mijn beesten wroeten in de grond, dan denk ik: is er iets schoner dan dat?”