De Russische logica achter de inval in Oekraïne: wat drijft Vladimir Poetin?

© GETTY
Jeroen Zuallaert

De Russische invasie van Oekraïne kent een lange voorgeschiedenis. Er zijn langlopende strategische belangen in het spel. Maar steeds nadrukkelijker wordt de vraag gesteld: hoe rationeel is Poetin nog?

Lange tijd was Sergej Lavrov een van ’s werelds meest gerenommeerde diplomaten. De Russische buitenlandminister gold als het prototype van de Russische diplomatenschool: een ijzeren dossierkennis, vlot in vreemde talen, een gezicht dat nooit uit de plooi gaat, een bijtend sarcasme waar geen salpeterzuur tegen op kan.

Ondertussen is het duidelijk dat van die ijzeren reputatie maar weinig overblijft. Vanmiddag deed Lavrov de Russische visie op het conflict uit de doeken. Eerst en vooral zijn de Russische acties volgens Lavrov geen invasie, maar een ‘demilitariserings- en denazificeringsoperatie’ om de Oekraïners ’te bevrijden van hun juk’. Op die manier wil Rusland de Oekraïners de mogelijkheid geven om ‘hun eigen toekomst te bepalen’.

Wie naar de Russische televisie kijkt, heeft geen reden om aan die woorden te twijfelen. Op de Russische staatstelevisie gaat het conflict niet verder dan de Volksrepublieken Donetsk en Loegansk, de twee scheurstaatjes die Rusland afgelopen maandag erkende. De aanval wordt een ’tegenoffensief’ genoemd, een antwoord op de ‘agressie’ van het Oekraïense leger. Volgens de staatszenders worden alleen militaire doelwitten getroffen en geven Oekraïense soldaten zich massaal over. In Rusland bestáát de omsingeling van Kiev en de bombardementen in vrijwel alle grote Oekraïense steden niet. Er zijn geen Russische tanks die onschuldige burgers overrijden of Russische soldaten die sterven bij vuurgevechten, geen Oekraïense burgers die in allerijl moeten schuilen voor luchtbombardementen. Er is geen algehele invasie van Oekraïne aan de gang. Oorlog is vrede, vrijheid is slavernij, onwetendheid is kracht.

Poetin herhaalde de losgeslagen stelling dat het Oekraïense regime bestaat uit nazi’s die een genocide plegen tegen de Russische bevolking.

Er is geen reden om aan te nemen dat Sergej Lavrov zijn eigen woorden gelooft. Wekenlang herhaalde hij bij elk diplomatiek overleg de belofte dat Rusland niet tot een aanval zou overgaan. Een week geleden sprak hij, gezeten aan de ondertussen legendarisch lange tafel, zich tegenover Vladimir Poetin uit voor diplomatiek overleg. Ook nu blijft hij beweren dat Rusland bereid is om te onderhandelen. Het is onduidelijk of dat statement oprecht is. Nog onduidelijker is het of Lavrov überhaupt nog iets te zeggen heeft. De voorbije jaren is het duidelijk dat het Russische ministerie van Buitenlandse Zaken nauwelijks nog invloed heeft op het Russische buitenlandbeleid.

Dat verlies aan autonomie heeft te maken met hoe het presidentschap van Vladimir Poetin de voorbije jaren is geëvolueerd. In zijn eerste twee ambtstermijnen was Poetin voornamelijk op Rusland zelf gericht. Tijdens zijn premierjaren (2008-2012) reisde hij voortdurend het land af om zijn landgenoten mee op te stuwen in de vaart der volkeren. Maar sinds zijn terugkeer naar het presidentschap praat Poetin nauwelijks nog over Rusland. Tijdens zijn jaarlijkse State of the Union debiteert hij nog steeds cijfers over hoeveel vooruitgang Rusland wel boekt, maar op dagelijkse basis toont hij nauwelijks enige interesse voor binnenlands beleid. Poetin heeft de zorg voor Rusland al bijna tien jaar geoutsourcet aan de premier, die er in die hoedanigheid nauwelijks in slaagt de gevolgen van Poetins buitenlandbeleid te lijmen.

Geobsedeerd

Ondanks de clichés en de occasionele foto’s van een president die in blote bast over de Russische taiga schrijdt, kon Poetin met recht en rede beschouwd worden als een rationele actor. Vanuit Russisch strategisch oogpunt was zijn kritiek op het Westen en de NAVO niet helemaal zonder grond. Voor bepaalde historische grieven viel zeker wat te zeggen. De inval in Georgië in 2008, de annexatie van de Krim in 2014, de interventie in Syrië vanaf 2015 waren gruwelijk en ongehoord, maar tegelijk waren het beperkte operaties waarachter een zekere ratio schuilging. Zoals elke Ruslandkenner – ook ondergetekende – u al die jaren heeft voorgehouden: Poetin was geen gesjeesde James Bondslechterik.

Maar sinds afgelopen maandag is er geen reden meer om aan te nemen dat Poetin nog rationeel handelt op basis van een realistisch wereldbeeld. In een opgenomen en later uitgezonden zitting van de Russische Veiligheidsraad liet hij zich ‘adviseren’ over het al dan niet erkennen van de Volksrepublieken Donetsk en Loegansk, die zich in 2014 afscheurden van Oekraïne. De overige leden van de Veiligheidsraad, die gelden als de absolute top van het regime, zegden volmondig hun steun toe. Velen van hen leken verstijfd van angst. Sergej Narysjkin, het hoofd van de buitenlandse inlichtingendienst, werd door Poetin publiekelijk vernederd toen hij stotterend niet uit zijn woorden raakte.

De leden van de Veiligheidsraad hadden een goede reden om geen voorbehoud aan te tekenen. Poetin had vooraf de erkenningsdocumenten al getekend. De omkaderende televisieshow had een duidelijke reden: niemand zal achteraf kunnen beweren dat hij de erkenning voor de Volksrepublieken een slecht idee vonden. De top van het Russische regime zit met hem in hetzelfde bootje, of ze dat nu willen of niet.

Oekraïne als onafhankelijke staat is volgens Poetin een creatie van de Sovjet- Unie.

De speech van zondagavond was in grote mate een recapitulatie van een artikel dat hij al op 12 juli 2021 publiceerde. Onder de ronkende titel ‘Over de historische eenheid van Russen en Oekraïners’ gaf Poetin ook toen al een geheel eigen interpretatie van de vaderlandse geschiedenis. Volgens hem delen Russen en Oekraïners sinds de bekering van Vladimir de Heilige in 988 een ‘historische en spirituele ruimte’ deelt.

Die verbondenheid is volgens hem niet het resultaat van veroveringen en kolonisatie. Als de Oekraïners in de loop der geschiedenis geknecht werden, kwam dat toch vooral door die vermaledijde Polen, Litouwers en Oostenrijkers. Oekraïne als onafhankelijke staat is volgens Poetin een creatie van Lenin, de door Stalin georganiseerde hongersnood van de jaren dertig is ‘een gemeenschappelijke tragedie’ waarvan zowel Russen als Oekraïners het slachtoffer waren.

De spanningen tussen beide landen wijt Poetin aan ‘externe krachten’ die de Oekraïense regering manipuleren. Het huidige Oekraïne is dan ook niets minder dan een boosaardig, anti-Russisch project dat via ‘gedwongen assimilatie’ een ‘etnisch pure Oekraïense staat’ wil creëren. Eigenlijk zouden Rusland en Oekraïne als Duitsland en Oostenrijk moeten zijn, vindt Poetin: buren met ‘een vergelijkbare etnische samenstelling en cultuur, die in feite een taal delen’ en elkaar hartelijk verwelkomen. Toen hij het artikel publiceerde – zowel in het Russisch, het Engels als het Oekraïens – bestond toen al enige verwondering. Het was te incoherent, te langdradig en te beledigend voor de gemiddelde Oekraïner om als propaganda te dienen. Voor de gemiddelde Rus was het opmerkelijk dat hun leider sinds tegenwoordig met meer passie over Oekraïne spreekt dan over Rusland. De enige conclusie van het ellenlange artikel is dat Oekraïne voor Poetin niet louter een geopolitiek doel is, maar een obsessie. Het had als een waarschuwing kunnen, misschien wel moeten gelden.

Lees verder onder de foto

De Russische logica achter de inval in Oekraïne: wat drijft Vladimir Poetin?
© AFP

Imperialisme

Aan de basis van de huidige inval liggen langlopende frustraties aan Russische kant. Ten dele zijn die rationeel. Rusland ergert zich al langer aan de manier waarop de NAVO zijn invloed in Oost-Europa uitbreidt. Toen de NAVO in 2008 onder impuls van de Amerikaanse president George W. Bush de belofte maakte aan Oekraïne en Georgië dat zij tot het bondgenootschap zouden mogen toetreden, interpreteerde Rusland dat – niet ten onrechte – als een veiligheidsbedreiging.

Maar tegelijk ligt aan dit conflict een imperialistische reflex ten oorsprong. Zelfs toen NAVO-lidmaatschap voor Oekraïne nog niet op tafel lag, gaf Poetin al te kennen dat hij Oekraïne niet als een onafhankelijke staat beschouwt. In de ogen van het Russische regime behoort het land tot de Russische invloedssfeer. En die is voor het Kremlin een soort goddelijk recht. Landen binnen die invloedssfeer liggen, horen hun beleid af te stemmen op Rusland. De Maidanrevolutie, waarbij pro-Europese Oekraïners de regering van Janoekovitsj omverwierpen, ervoer Poetin dan ook als een vorm van verraad. Gevoed door wankele rapporten van zijn inlichtingendiensten raakte hij ervan overtuigd dat de revolutie uitgedokterd was door de CIA. Dat veel Oekraïners geloven dat ze beter af zouden zijn in een democratie naar Europees model, lijkt voor Russische leiders oprecht onvoorstelbaar.

Pogingen om de situatie te herstellen bleken weinig effectief. Na de verovering en annexatie van de Krim in februari 2014 steunde Rusland ook de Russischgezinde rebellen in Oost-Oekraïne, die in april 2014 de Volksrepublieken Donetsk en Loegansk oprichtten. Maar de stille verwachting dat die destabilisering de nieuwe Oekraïense regering uit elkaar zou doen vallen, kwam niet uit. De opmars van de rebellen werd gestuit. Met de Minsk-akkoorden kwam er een staakt-het-vuren, dat evenwel grotendeels dode letter bleef. Bovendien kreeg Rusland via Minsk een relatief goede deal. Volgens de akkoorden moet Oekraïne de Volksrepublieken re-integreren binnen de Oekraïense staatsstructuur en hen een ‘speciale status’ verlenen. Met die speciale statuut zou Rusland via de twee opstandige regio’s invloed krijgen om de Oekraïense besluitvorming te sturen.

De militaire interventie mist elke logica. Poetin lijkt te onderschatten hoe groot de weerstand bij een groot deel van de Oekraïense bevolking is.

Alleen werd Minsk nooit echt uitgevoerd. Rusland beweerde dat het geen partij was in het conflict, en trok zijn wapensystemen niet terug uit de oorlogszone. Tegelijk leek ook Oekraïne allesbehalve haast te maken met de heropname van de opstandige republieken. Ondertussen vergroeiden de Volksrepublieken gaandeweg met Rusland. Rusland deelde er de voorbije jaren op grote schaal paspoorten uit. Bovendien zijn ook de leiders van de Volksrepublieken zelf geen grote voorstanders van een terugkeer naar Oekraïne. Daar zullen ze namelijk aan democratische verkiezingen moeten deelnemen.

Met de erkenning van de Volksrepublieken Donetsk en Loegansk heeft Poetin een streep getrokken onder die logica. Door de scheurstaatjes te erkennen en hun claims op Oekraïens grondgebied te steunen, creëerde Rusland voor zichzelf een juridische aanleiding om militair tussenbeide te komen. Met een grootschalige militaire aanval lijkt Rusland erop te mikken de Oekraïense defensie uit te schakelen en een machtsvacuüm te creëren.

Geen logica

Rond de middag meldden verschillende inwoners dat er Russische tanks door Kiev reden. De Oekraïense president Volodymyr Zelensky riep zijn burgers op weerstand te bieden aan de Russische invallers. Volgens lokale media worden geweren uitgedeeld aan burgers met de vraag om de stad tot de laatste man te verdedigen. Het Oekraïense ministerie van Defensie waarschuwt voor Russische saboteurs die zich in Oekraïense legeruniformen kleden. Oekraïense soldaten hebben het bevel gekregen om voortaan alleen Russisch te spreken. Ondanks duidelijke bedreigingen aan zijn adres heeft Zelensky aangekondigd dat hij samen met zijn familie in Kiev blijft. Hij zegt nog steeds bereid te zijn om met Poetin te onderhandelen. Het ziet ernaar uit dat de hoofdstad niet lang nog onder Oekraïense controle zal blijven.

Tegelijk lijkt de Russische inval voorlopig niet overal een totaal succes. Rond steden als Charkiv, Marioepol, en Cherson heeft het Russische leger verliezen geleden. Bemoedigend voor de Oekraïners is ook dat er voorlopig geen berichten komen van plunderingen of Oekraïense legeronderdelen die zich overgeven. Als het Russische leger hoopte dat de overrompeling van Oekraïne vlot en zonder al te grote tegenstand zou verlopen, blijkt de realiteit voorlopig weerbarstiger.

Het neemt niet weg dat de militaire interventie elke logica mist. Poetin lijkt te onderschatten hoe groot de weerstand tegen Rusland bij een groot deel van de Oekraïense bevolking is. Zelfs als veel Oekraïners geen hoge pet op hebben van hun eigen leiders, zitten ze nog minder te wachten op Russische dominantie, die elke aspiratie om van Oekraïne een democratisch land te maken voorgoed wegneemt. Sinds de annexatie van de Krim en de oorlog in Oekraïne heeft de bevolking al in grote mate afstand genomen van Rusland. Waar ze destijds nog verdeeld was over de vraag of Oekraïne zich tot Europa of tot Rusland hoorde te keren, is de balans al enige jaren definitief overgeslagen in de richting van Europa en het Westen. Nooit eerder identificeerden zo veel Oekraïners zich als Oekraïner. Net daarom is de keuze voor een militaire interventie zo onlogisch. Poetin gedraagt zich als een verliefde puber die, in plaats van zijn vlam een bos bloemen aan te bieden, haar enkele klappen in het gezicht geeft en vervolgens hoopt dat ze op hem verliefd zal worden. Een militaire interventie waarbij duizenden Oekraïners om het leven zullen komen, is een vreemde manier om hen terug bij Rusland te krijgen. De Russen hebben eenvoudigweg niet de middelen om Oekraïne langdurig bezet te houden. Er zijn geen tekenen dat ze een post-militair plan hebben.

Tegelijk beseft Zelensky maar al te goed dat hij er helemaal alleen voor staat. De president, die drie jaar geleden nog een van Oekraïnes bekendste komieken was, kan zijn frustratie over de Europese passiviteit nauwelijks verbergen. ‘Al twee dagen lang worden onze steden beschoten. De tankcolonnes en luchtaanvallen doen denken aan wat Europa meemaakte tijdens de Tweede Wereldoorlog. Europa zei: “Dit nooit meer.” En toch is het weer van dat.’

Partner Content