600 meter, verder gaan we niet zonder auto

© BELGA

Alle campagnes, oproepen en smeekbedes om de auto wat vaker te laten staan: ze ­helpen niet. In vergelijking met tien jaar geleden nemen we nóg vaker de auto, en verplaatsen we ons minder te voet en met de fiets. “Iedereen klaagt over de files, maar we gaan er met z’n allen wel vrolijk in staan”, zegt minister van Mobiliteit Ben Weyts (N-VA). “Het móét anders.”

Tom Le Bacq en Wim Brillouet

600 meter: tot zo ver kunnen we er ons nog toe brengen om op de fiets te springen of te voet te gaan. Alles wat verder is, doen we hoofdzakelijk met de auto. Dat blijkt uit het meest recente Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen. Dat brengt – via een bevraging bij ruim 1.600 Vlamingen – in kaart hoe vaak we fietsen, wandelen, met de trein of bus gaan, en hoe vaak we voor de wagen kiezen. En het levert niet bepaald een opbeurend beeld op.

De auto is de onbetwiste koning en vergroot nog zijn voorsprong op alle andere vervoersmiddelen. 53 procent van al onze verplaatsingen doen we met de auto. In 2008 was dat nog 47 procent. De fiets boert achteruit: van 14 naar 11,3 procent. Ook te voet gaan doen we nu minder dan toen.

“Het is schokkend om zwart op wit te zien dat we zelfs voor een paar honderd meter de auto al nemen”, zegt verkeerspsycholoog Gerard Tertoolen. “Maar zo is het nu eenmaal: we zijn verslaafd. De combinatie van pri­vacy en gemak, het feit dat je ­je king of the road kan voelen in je auto én het gegeven dat het helemaal niet zo duur is om je met je auto te verplaatsen, maken dat we onverslijtbare gewoontes kweken om altijd voor de auto te kiezen.”

Wachten op een kentering

Terwijl de wegen dichtslibben en de files aanzwellen. En er zo veel campagnes gehouden worden om de auto op stal te laten. “Met die campagnes bereik je natuurlijk lang niet iedereen”, zegt Tertoolen. “Het argument dat het gezonder is om te fietsen of wandelen, kan veel mensen geen donder schelen. Sporten en be­wegen doe ik wel in de sportclub, zeggen ze dan. Waarna ze met de auto naar de fitness rijden.”

“De cijfers zijn niet om vrolijk van te worden”, zegt ook Koen Peeters van het Vlaamse departement Mobiliteit, de opdrachtgever van de studie. “Het is duidelijk dat de kentering naar duurzamere vormen van mobiliteit absoluut nog niet is ingezet.”

Hij ziet wel één lichtpuntje: in ons woon-werkverkeer valt de auto lichtjes terug. “Het aandeel van de fiets stijgt daar, maar het is nog zeer bescheiden. We moeten de onderzoeken van de ­komende jaren afwachten om te zien of we hier écht een omslag hebben gemaakt”, zegt Peeters.

Vlaams minister van Mobiliteit Ben Weyts (N-VA) denkt aan een kilometerheffing om meer auto’s van de weg te halen (zie rechts). “Dat kan helpen”, zegt Tertoolen. “En je moet ook blijven campagnes houden. Want hoe deprimerend de cijfers uit de studie ook lijken: je kan wel degelijk een deel van de bevolking overhalen om de auto aan de kant te laten. Je moet de mensen ­gewoon van die vastgeroeste ­gewoontes afhelpen, en van die automatische reflex om in de ­auto te stappen.”

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer

Meest Gelezen