Direct naar artikelinhoud
InterviewGal Beckerman

‘Russische intelligentsia gaan binnenkort opstaan in naam van een ander soort Rusland’

De Russische president Poetin.Beeld ANP / EPA

Van Russische dissidenten en de Arabische Lente tot Black Lives Matter: in De stilte voor de storm onderzoekt schrijver Gal Beckerman hoe radicale ideeën en revoluties tot stand komen. ‘Ik walgde van die witte supremacisten, maar was wel onder de indruk.’

“De krant zou simpelweg bekend worden als Kroniek van Lopende Zaken − of kortweg De Kroniek. Natalja Gorbanevskaja (ook wel Natasja genoemd) stelde het eerste nummer thuis in haar appartement samen, op haar eigen typemachine. Ze had op de zwarte markt iemand de toetsen van haar Olympia laten veranderen zodat de autoriteiten de uitgave niet in verband konden brengen met de poëzie die ze al publiceerde. Het was 30 april 1968 en bovenaan nummer 1 prijkte de titel, half ironisch en half gemeend: ‘Jaar van de Rechten van de Mens in de Sovjet-Unie’. 

BIO • 45 jaar, doctor in media­studies (Columbia University) • schrijver en journalist bij The Atlantic, waar hij de boeken­rubriek leidt • werkte eerder voor The New York Times Book Review en The Wall Street Journal • heeft met De stilte voor de storm zijn tweede boek uit. • Zijn eerste boek When They Come for Us, We’ll Be Gone (2010) werd uitgeroepen tot beste boek van het jaar door The Washington Post

“Zes exemplaren werden onder vrienden verspreid om te worden overgetypt, en een werd overhandigd aan een westerse correspondent. Ze berichtten hoe vier andere intellectuelen vervolgd werden voor het maken van dit soort ‘samizdat’, een Russische samentrekking van ‘zelf’ en ‘publiceren’ die in de USSR een clandestiene manier van publiceren werd voor verhalen, gedichten, politieke essays en memoires die anders nooit zouden zijn toegelaten door de staatscensuur. Het verschijnen van samizdat leidde op zijn beurt tot meer arrestaties, die leidden tot nieuwe samizdat.”

Denkt u nu ook spontaan aan het Rusland van Vladimir Poetin, waar eenzame demonstranten proberen te ontsnappen aan de geheime politie? Dat is precies de bedoeling van Gal Beckerman (45), journalist bij het Amerikaanse tijdschrift The Atlantic. Geboeid door de moed van Sovjet-dissidenten, over wie hij al eerder een bestseller schreef, ging hij voor zijn nieuwe boek Stilte voor de storm na hoe en wanneer de radicale ideeën achter deze en andere revoluties het beste tot stand komen.

Gal Beckerman: ‘Het geeft me hoop dat ik veel jonge mensen zie die zich bewust zijn van de beperkingen die sociale media opleggen aan hun communicatie.’Beeld rv

“Samizdat schiep een burgerlijke schaduw­samenleving in een land waar je zoiets niet voor mogelijk hield. De lijm bleek hun unieke communicatievorm: enkele kranten tegelijk typen op doordrukpapier, die daarna heimelijk van de ene mens aan de andere werden doorgegeven”, vertelt Beckerman in een Zoom-gesprek vanuit New York City. “Ze zijn het beste voorbeeld van het feit dat je een intieme plek nodig hebt om op nieuwe ideeën te broeden. Deze werkwijze gaat dus in tegen sociale massamedia van vandaag, zoals Twitter en Facebook, die alles openbaar, snel en kort willen weergeven. 

“De invloedrijkste conversaties vinden plaats in groepen waar je eerst je recht moet verdienen om door de deur te mogen. Eens binnen kun je ook veel meer zeggen zonder angst dat mensen je belachelijk maken of neerhalen. Zo ontstond ook de titel van mijn boek, The Quiet Before (‘de storm’ werd in de Nederlandse vertaling toegevoegd, red.). Om succesvol te zijn heb je een stille bedenkperiode nodig waarin je een beweging kunt samenbrengen, op dezelfde bladzijde.”

Ziet u vandaag in Rusland nieuwe samizdat-­bewegingen ontstaan?

“Ja, op de chatapp Telegram. Dankzij encryptie en privacymaatregelen is die nog relatief veilig. Beheerders van groepen hebben controle over de deelnemers. Er is ook geen like-knopje. Het doel is échte communicatie, niet om ter meest aandacht krijgen. Vanuit mijn perspectief is dat beter voor een dissidente beweging. 

“Het is nog te vroeg om te zeggen hoe effi­ciënt ze zullen zijn, maar je mag ervan uitgaan dat in het Rusland van Poetin dezelfde instincten terugkeren waarmee de dissidenten uit de Sovjet-Unie aan samizdat begonnen. Het blijft wel erg gevaarlijk: Poetin handelt nog zoals zijn KGB van vroeger. Natalja Gorbanevskaja werd destijds gearresteerd en in een psychiatrisch ziekenhuis opgesloten. De Sovjet-artsen vonden zelfs een geestesziekte uit om in het dossier van dissidenten zoals haar te zetten: ‘trage schizo­frenie’, zo genoemd omdat er zogezegd nog geen symptomen waren. Maar omdat ze het ­regime in vraag stelden, móést er wel iets niet in orde zijn in hun hoofd. 

“Vandaag is het voor Poetin gelukkig moeilijker om de mensen te verbergen die hij niet wil horen praten. Kijk maar naar Alexej Navalny.”

Samizdat leidde mee tot de val van de USSR, omdat de verhalen ook de buitenwereld ­bereikten. Moeten we meer op zoek naar de Natalja’s van vandaag?

“Een terechte opmerking. De focus van de massamedia ligt door de oorlog nu op de Oekraïners. Wat Rusland betreft geven we nog lang niet dezelfde aandacht aan dissidenten als de BBC en Voice of America (buitenlandse radiozender van de VS, red.) in de tijd van de Sovjet-­Unie. Zij publiceerden zelfs Natalja Gorbanevskaja’s samizdat Kroniek. Het is nog te vroeg, denk ik. Ik geloof wel dat we binnenkort een intelligentsia zullen zien verschijnen die gaat spreken in naam van een ander soort Rusland.”

Natalja Gorbanevskaja, een belangrijke dissidente stem in de voormalige USSR.Beeld Martin Mayer /reportdigital.co.uk

U verkiest deze trage evoluties boven de massamobilisatie die Facebook op de been kan brengen. Op het Egyptische Tahrirplein leerde u dat dit onvoldoende is voor een ­revolutie. Waarom?

“Facebook stelt mensen in staat om een spreekwoordelijke megafoon op te pikken en iedereen te laten weten dat ze naar het Tahrirplein moesten komen. Ze bouwden het momentum om de dictator omver te werpen, dankzij de emotionele actie en reactie waarvoor het platform ontworpen werd. Tot sterke man Hosni Moebarak aftrad. Toen was er nog geen politieke oppositie. Er stond een diverse groep met tegengestelde overtuigingen, van politieke islamisten tot liberalen en communisten. 

“Het zoeken naar een gemeenschappelijke noemer heeft tijd nodig, een broedkamer ook, maar sociale massamedia zijn niet gebouwd voor dit soort discussies. Integendeel, ze zijn eerder gebouwd om zaken neer te halen. Facebook dwong de activisten voortdurend in een soort van purity spirals. Dat is een sociaal ratelproces van ongecontroleerd moreel overbieden, dat de groep van binnenuit corrodeert, ­degenen beloont die zichzelf tot het uiterste drijven en nuance meedogenloos afstraft. Iedereen trok voortdurend terug naar Tahrir voor foto’s, om emotionele respons te krijgen op sociale media. Maar de likes werden een enorme afleiding van wat ze eigenlijk hadden moeten doen na Moebaraks val: onderling overleggen. 

Protesten op het Tahrirplein in ­Caïro, januari 2011. De beweging riep luid op sociale media, maar verloor slagkracht omdat ze geen eensgezindheid vond.Beeld Getty Images

“Uiteindelijk kreeg Egypte nieuwe parlementsverkiezingen. Dat slechts enkele mensen van de Tahrir-coalitie verkozen werden, was veelzeggend. Ze waren niet in de kamers ­geraakt waar de nieuwe grondwet werd vast­gelegd, omdat ze geen gemeenschappelijke ­posities hadden gezocht.”

In gesloten groepen op sociale media lukt dat wel. Een voorbeeld is alt-right in de VS, waarvan u de gesloten chats in Discord ­onderzocht. Wat leerde u daaruit?

“Het toonde hoe een beweging eensgezind kan worden als ze een plek kan vinden waar men ongestoord onder elkaar kan praten. Het was een vreemdsoortige ironie voor mij. Ik walgde voortdurend van wat ik las in de tienduizenden berichten van witte supremacisten. Toch was ik onder de indruk van waar ze met hun gesloten chatroom toe in staat waren − net zoals de futuristen ooit manifesten opstelden in de aanloop naar de Eerste Wereldoorlog. 

“Ondanks de interne tegenstellingen slaagde alt-right erin een coherente strategie te vinden. Zo waren ze erg veel bezig met hun uiterlijk. Ze kwamen tot het besluit dat ze witte hemden en kaki broeken zouden gaan dragen, want zo zouden ze eruitzien als een buurman. Ze wilden geen opa’s met een hakenkruis­tatoeage op het voorhoofd omdat dat mensen van hen zou vervreemden. Let wel, er werd nooit gezegd dat ze het met dit soort figuren niet meer konden vinden, ze wilden ze gewoon uit hun beeldvorming. Hadden journalisten dit vroeger ontdekt, dan zouden ze van bij het ­begin sceptischer zijn geweest over alt-right.”

Door geweld kwamen ze wel in diskrediet. In Charlottesville werd in augustus 2017 tegenbetoger Heather Heyer doodgereden door een alt-rightactivist. Sommigen van hen ­bestormden mee Capitol Hill. Waar staan ze vandaag?

“De politieke actoren en krachten van alt-right zijn vandaag nog altijd sterker dan vóór het presidentschap van Donald Trump. Ze hebben nu ook Congresleden die hun ideologie ‘respectabel’ maken. Kijk maar hoe er in het debat op een bepaalde manier over migratie wordt ­gepraat, over botsende culturen enzovoort. ­Ideeën die ik voor Charlottesville alleen in besloten chatrooms las, zijn toch in het main­stream­debat binnengesijpeld. Trump maakt er ook nog gebruik van. Hij zegt niet tot hen te ­behoren, maar put tegelijk wel uit hun ideeën. Het was doeltreffend voor hem, en ook voor andere politici uit de Republikeinse partij.”

Trump-aanhangers bestormen het Capitool in januari 2021.Beeld EPA

Alt-right streefde ook een overdreven ­masculiniteit na, terwijl de vrouw een ‘ondersteunende rol’ kreeg toegedicht. Intussen wil het Hooggerechtshof de abortuswet ‘Roe vs. Wade’ afschaffen. Radicaliseerde alt-right het conservatisme van de Republikeinen? Of is alt-right het jonge gezicht van een diepgeworteld zuidelijk conservatisme dat nooit echt is weggeweest?

“Beide. Wat we nu zien gebeuren op de Amerikaanse rechterzijde, is een poging om alt-rights gevoel van wrok tegen een veranderende wereld te capteren. Dat filtert door in de wijze waarop sommige politici met de bevolking praten, maar ook hoe de conservatieve meerderheid van het Hooggerechtshof plots denkt over abortus. Er zijn inderdaad gelijkenissen met de tijd van president Nixon en de ‘zuidelijke strategie’, waar de Republikeinen zich ook in een slachtofferrol wentelden. Het is eerder een waaier van emoties dan een politieke gedachte, en ze overheerst nu de Republikeinse partij.”

Het ethisch conservatisme zorgt tegelijk voor een boeiende tegenbeweging. Het Hooggerechtshof lijkt wel te zorgen voor een heropleving van de riot grrrl-beweging, die u in uw boek beschrijft. Met haar punkrock-­feminisme ageerde die beweging in de jaren 1990 tegen het nieuwe puritanisme door in artistieke magazines (bekend als ‘zines’) vrouwenrechten op te eisen. Ziet u dat nu ook gebeuren?

“Ja, op elke actie komt een reactie. Er komt open verzet tegen het Hooggerechtshof. Er ontstaan nu plots veel interessante bewegingen. Een van de boeiendste vind ik Speak Your Abortion, die af wil van het idee dat een zwangerschapsonderbreking een taboe-onderwerp is waar je niet over praat. Deze vrouwen motiveren openlijk waarom ze tot hun harde beslissing kwamen. Dat lijkt inderdaad sterk op de zines uit de jaren 90, waarin meisjes en ­jonge vrouwen niet alleen een uitlaatklep vonden voor persoonlijke drama’s zoals seksueel misbruik, maar ook een politiek statement maakten. Uit deze zines groeide ook de eerste MeToo-­beweging.”

Zowel het Tahrir-protest, #MeToo als #BlackLivesMatter groeide uit een hashtag. Maar u merkte uit uw interviews dat de mensen die echt positieve verandering wilden, ontgoocheld raakten, omdat de hashtag louter voor ‘emotionele ontlading’ werd gebruikt. ‘Je kunt niet alleen blijven schreeuwen’, zei zelfs oud-president Obama. Hoe kunnen deze soft-powerbewegingen dan efficiënter wegen op hard power zoals politiek, economie en veiligheid?

“Het korte antwoord, en dat is voor deze bewegingen de boodschap van mijn boek, is: ga weg van sociale media! (lacht) Nee, nuance: begrijp dat sociale media slechts een soort hulpmiddel zijn, die een impact hebben op de impulsen van een beweging. Maar ze blijven niet meer dan een hulpmiddel. Je moet je afzonderen om de diepe gesprekken aan te gaan. Werkelijk leiderschap ontstaat pas offline, terwijl op sociale media de verantwoordelijkheid versnippert.”

Een goed voorbeeld is het Black Visions ­Collective uit Minneapolis, dat zich aan Black Lives Matter onttrok om lang te gaan praten met burgers en het gemeentebestuur. Uiteindelijk slaagde de organisatie erin 4,5 procent van het politiebudget te heroriënteren naar geestelijke gezondheidszorg. Hoe kreeg ze dat voor elkaar?

“Dit soort groepen begon als tegenreactie op het socialemedia-activisme van Black Lives Matter. Ze beseften dat ze weer écht moesten praten met de mensen. Een voorbeeld: op sociale media werd na de dood van George Floyd onder #BLM geëist ‘dat sommige politiekorpsen opgedoekt moeten worden’. Maar wat het Black Visions Collective ontdekte toen het ging praten met burgers, was dat mensen de politie helemaal niet weg willen, ondanks bestaande problemen. Ze willen gewoon een andere visie op gemeenschapsveiligheid. Het collectief besefte ook dat de lokale context ook telkens anders is. Het moest dus lokale verkozenen krijgen om echt het verschil te maken. Met één miljoen ­likes verander je de wereld rondom jou niet. Een symbolische overwinning volstaat niet: je moet een politieke agenda opbouwen.”

‘Achteraf gezien bleek dat Twitter voor hen niet het democratiserende platform was waarvoor het zich uitgaf’, schrijft u. ‘Het is eigenlijk een machtsinstrument.’ Leg dat eens uit.

“Twitter beloont alleen mensen die goed zijn op Twitter.

“Als je niet weet hoe je een succesvolle speech act viraal kunt doen gaan door voor emotionele respons te zorgen, kom je er niet ver mee. Ik ben er persoonlijk niet goed in. (lacht)

Black Lives Matter-­protest in de VS. Gal Beckerman: ‘Het is belangrijk dat zulke bewegingen luisteren naar wat mensen willen.’Beeld Getty Images

“Veel ­activisten met wie ik sprak en die het harde werk verrichten om mensen in het echte leven op de been te brengen, vonden het dikwijls ­oneerlijk dat iemand die goed een boodschap samenvat in 140 tekens of een draadje, sneller beschouwd zal worden als een leider van een beweging. Hét voorbeeld is hoe DeRay ­Mckesson, een betoger die gevat tweette over #BLM, zelfs werd uitgenodigd in het Witte Huis terwijl de échte initiatiefnemers, zoals Patrisse Cullors, aanvankelijk in de schaduw bleven. Het aantal volgers van een figuur bleek plots belangrijker dan de inhoudelijke motivatie.”

Het lijkt wel op de partijpolitiek vandaag: ‘Veel likes, dus dat moet wel een goed ­politicus zijn.’

“Ja, en het gaat al verder dan dat. Wij zijn allemaal Twitter geworden. Ons denken wordt gevormd door het soort media dat we gebruiken. Ik blijf daarom fan van de befaamde theorie van mediadenker Marshall McLuhan: het medium is de boodschap. Nu één medium, zoals Twitter, zo dominant is geworden, is het belangrijker dan ooit dat we begrijpen hoe het functioneert, wat het beloont en naar welk soort speech het ons leidt. 

“McLuhan had gelijk dat media ook de limieten bepalen van onze verbeelding, onze politiek en onze samenleving. Er was al een grote shift van orale naar geletterde culturen. Vandaag begrijpen we nog onvoldoende wat bestaande sociale (massa)media nu met ons doen. Kijk maar hoe Trump als Amerikaans president zijn manier van spreken en denken op Twitter vastlegde, en hoe andere politici hem meteen volgden. Kort, gevat en provocerend: dat werd het nieuwe devies, zonder erbij stil te staan dat dit leidt tot een verschraling van de ontstane ideeën. Wanneer een tweet viraal gaat, pingpongen we de hele dag op basis van emoties. We krijgen zo een wereld die gevormd is naar dat beeld.”

Moeten ernstige politici dan meer wegblijven van Twitter?

“Goede vraag. Voor de goede orde: ‘unpluggen’ bepleit ik niet als oplossing. Twitter kan nuttig zijn om te communiceren naar een massapubliek. Er is echter nood aan betere proporties. Als het de enige manier wordt van communiceren, als we geen plekken creëren waar ideeën trager en via gefocust overleg kunnen rijpen, als populariteit op dat medium de enige maatstaf is, beantwoorden politici dan nog aan de werkelijke noden van de mensen die ze vertegenwoordigen? Dat is de vraag die ze zich moeten stellen. Wie het Twitter-moment van de dag wint, kan tegelijk ook out of touch zijn met de kiezers.”

Kan Twitter nog terug evolueren naar het model van The Well, het eerste chatforum uit de jaren 1980 dat u portretteert, en waar moderatoren gesprekken in goede banen leiden tot ideeën écht vorm krijgen?

“Wat fascinerend was aan The Well, een van de pioniers in het scheppen van virtuele gemeenschappen, is dat ze al op hun tweede dag beseften dat ze vangrails nodig hadden. Ze gingen meteen op zoek naar een manier om productievere gesprekken te hebben. De onstoffelijke wijze waarop mensen communiceren, via typen op een scherm, leidde tot slechte impulsen, stelden ze vast. Op dag drie hadden zelfs zij al een trol! 

“Wat we uit die vroege dagen van het internet onthielden, was het begrip dat er veel menselijk overleg nodig is in de architectuur van een platform als we willen dat het in ons voordeel werkt. Dat zijn we vergeten. Sterker, we lijken zelfs in de tegengestelde richting te evolueren als je luistert naar Elon Musk (die Twitter overneemt en meteen aankondigt ook de account van Donald Trump te herstellen, red.). Musk wil geen moderatie, in de naam van de vrijheid van meningsuiting. Free speech betekent nochtans niet dat je zomaar gelijk wat tegen gelijk wie kan zeggen.”

Intussen ontwikkelen zich interessante ­alternatieven, zoals het platform Pol.is, dat net consensus helpt te creëren. In Taiwan hielpen ze bijvoorbeeld Uber te reguleren. Zijn dit soort platformen de toekomst?

“Ik hoop dat er meer pogingen zijn om dit soort initiatieven te doen slagen. In de VS staat ons kapitalisme dat nu in de weg. Iedereen die in Silicon Valley probeert een nieuwe digitale publieke ruimte te scheppen, doet dat voor het geld. Zolang deze platformen gedreven worden door een winstmarge, en ze je snel van het ene naar het andere bericht doen springen, heb ik er weinig vertrouwen in.

Alexej Navalny, dissident in het Rusland van Vladimir Poetin.Beeld Photo News

“De vraag is of er ook een publieke rol nodig is, waarbij we het internet bekijken als een nutsbedrijf. Net zoals we water en elektriciteit nodig hebben, hebben we een publieke digitale ruimte nodig, waarvan we niet kunnen toestaan dat ze gemanipuleerd wordt door Silicon Valley, door Mark Zuckerberg of Elon Musk. Het is te belangrijk om het zomaar in hun handen te laten. Misschien is een hervorming nu makkelijker te bereiken in Europa dan in de VS.”

Kunnen we als gebruikers ook niet meer ­eisen van de eigenaars, en onze ideeën ­beschermen als ons eigendom, zoals ­non-­fungible tokens (NFT’s) visuele kunst ­valoriseren?

Great idea, daar moet ik wel even over nadenken. (lacht) Ik denk alvast dat het erg belangrijk is om het controleniveau uit de beginjaren, dat verloren is gegaan, terug te krijgen. Toen ik schreef over de zines in de jaren 90 ging dat daar ook over. Deze vrouwen knipten en plakten toen letterlijk hun beelden en teksten bijeen, omdat het hen de controle gaf over de vorm en inhoud van hun creaties. Die controle zijn we verloren door onze inhoud over te dragen aan private bedrijven met winstbelangen. Kan er een soort NFT-model zijn voor inhoud? Interessant om te overwegen.”

De sociale media zijn dood, lang leve de sociale media?

“Het geeft me hoop dat ik veel jonge mensen zie die zich bewust zijn geworden van de beperkingen die sociale media aan hun communicatie opleggen. In mijn boek pleit ik daarom ook vooral voor meer bewustzijn van wat een bepaald ­medium doet of kan doen met onze gemoedstoestand. Dat geldt zowel voor activisten, als voor onze persoonlijke levens en voor onze ­democratische instellingen. We moeten voortdurend op onze hoede zijn. Je wordt mee gevormd door het sociale medium dat je gebruikt.”

We denken terug aan Natalja Gorbanevskaja. Ze maakte de opkomst van sociale media nog mee, maar bleef zweren bij haar samizdat. Enkele maanden voor haar overlijden in 2013 keerde ze vanuit Parijs, waar ze sinds 1975 in ballingschap woonde, nog één keer terug naar Moskou. Exact 45 jaar na haar eerste protestactie op het Rode Plein ontrolde ze er een spandoek met dezelfde strijdkreet als toen: ‘Voor uw vrijheid en de onze’. Net zoals toen werd ze opgepakt. Net zoals toen gebruikte ze de stilte voor de storm om haar Rusland te waarschuwen, deze keer voor Vladimir Poetin.

Gal Beckerman, De stilte voor de storm, over de oorsprong van radicale ideeën, Spectrum, 394 p., 29,99 euro