Direct naar artikelinhoud
InterviewMarc Van Steenkiste

Psychiater Marc Van Steenkiste helpt patiënten om een trauma te temmen: ‘Ga er niet in alle hevigheid in peuteren’

Psychiater Marc Van Steenkiste helpt patiënten om een trauma te temmen: ‘Ga er niet in alle hevigheid in peuteren’
Beeld Rebecca Fertinel

‘Ik heb er een trauma aan overgehouden.’ We beweren het allemaal weleens, maar wanneer mogen we écht spreken van een traumatische ervaring? En hoe leer je ermee leven? Psychiater Marc Van Steenkiste (64) begeleidt dagelijks mensen met zware trauma’s en schreef er een boek over. ‘Het is een misvatting dat het beter is om een trauma meteen aan te pakken.’ 

Psychiater Marc Van Steenkiste reed in zijn auto door de Pyreneeën, over wegen die langs diepe ravijnen kronkelden. Naast hem zat zijn vrouw, buiten regende het. “Op een modderige plek op de baan zijn we op een bepaald moment beginnen te slippen en ben ik de controle over het stuur kwijtgeraakt. Het zijn seconden die ik in slow motion beleefd heb. Op zo’n moment merk je dat je in een andere mentale staat terechtkomt, dat iets uit de primitieve lagen van je brein het van je overneemt. Als bij wonder heeft één boom in een verder kaal landschap voorkomen dat onze auto volledig naar beneden is gestort, en zijn we nog uit de wagen kunnen kruipen. Maar het is nipt geweest.”

Op zich zou zo’n gebeurtenis tot een trauma kunnen leiden, vertelt Van Steenkiste, al kwamen hij en zijn vrouw er uiteindelijk met de schrik van af. Van Steenkiste heeft net het boek Leven met trauma uit – meer dan driehonderd pagina’s met geanonimiseerde verhalen uit zijn praktijk én uitstapjes naar de literatuur en film. Zijn doel: een complex en beladen thema bevattelijker maken. Want wie weet wát een trauma is, kan de symptomen ervan ook sneller bij zichzelf herkennen.

Welke soorten trauma bestaan er?

“Grofweg maken we een onderscheid tussen enkelvoudige en complexe trauma’s. Bij een enkelvoudig trauma ligt een eenmalige ingrijpende gebeurtenis aan de basis van de traumatisering, zoals een inbraak, een gewelddadige aanval of een verkeersongeval. Zo’n gebeurtenis zal bij de meeste mensen een aantal weken of maanden voor problemen zorgen. Denk bijvoorbeeld aan moeilijkheden met slapen, angsten en flashbacks.

80 procent van de mensen herstelt vanzelf weer van zo’n traumatische ervaring.

“Bij een complex trauma wordt iemand gedurende lange tijd blootgesteld aan traumatiserende omstandigheden. Wanneer je die factoren afzonderlijk bekijkt, lijken ze misschien niet zo verschrikkelijk, maar door de optelsom en het aanhoudende karakter ervan kunnen ze toch posttraumatische symptomen in de hand werken. Een jong kind dat bijvoorbeeld jarenlang uitgelachen wordt op school en in een geïsoleerd gezin leeft, kan daar later dus zeker een posttraumatische stoornis door ontwikkelen.”

‘De mentale impact van pesten wordt nog altijd enorm onderschat. Heel wat mensen die vroeger gepest zijn geweest, lopen nog met een posttraumatisch stresssyndroom rond’Beeld Rebecca Fertinel

Waarom houdt de ene niets over aan zo’n ingrijpende gebeurtenis en de andere wel?

“Een heftige gebeurtenis leidt lang niet altijd tot een posttraumatische stoornis. Pas wanneer je lichaam, door een combinatie van extreme machteloosheid en een grote angst voor fysiek of emotioneel gevaar, in een soort ‘fight, flight or freeze’-toestand terechtkomt, stijgt de kans op zo’n stoornis. Een aantal voorgeprogrammeerde mechanismen neemt het dan van je over. Die automatische reactie van je lichaam veroorzaakt een kramp die als het ware een uitweg probeert te zoeken in de vorm van posttraumatische symptomen, en die kunnen soms jarenlang aanslepen.

“Er spelen nog enkele andere factoren mee: als je al een eerder trauma had, is de kans ook groter dat je later opnieuw getraumatiseerd raakt. Maar ook wie in een soort overbeschermde onwetendheid leeft, zal sneller ontregeld worden door een potentieel traumatiserende gebeurtenis dan iemand die al een en ander heeft meegemaakt.”

Op welke manieren kan een onverwerkt trauma blijven nazinderen?

“Heel wat trauma’s werken een resem angsten in de hand en leiden tot hyperalertheid of angstaanvallen. Ook fysieke klachten komen heel vaak voor, in de vorm van spier­pijnen en spijsverteringsstoornissen. Bij mensen met complexe trauma’s zie je dan weer dat het trauma zich op hun hechtingsrelaties en hun zelfbeeld heeft gezet. Ze hebben er vaak enorme moeite mee om anderen te vertrouwen en lopen rond met veel zelfhaat. Trauma’s kunnen ons dus zeer ingrijpend en langdurig tekenen.”

Ik ben als tiener gepest geweest. Kan zoiets ook tot een trauma geleid hebben?

“Pesten is een van mijn stokpaardjes. Ik zie in mijn praktijk vaak patiënten die de dertig of veertig al even voorbij zijn, maar nog steeds enorm getekend zijn door de pestervaringen uit hun jeugd. Ik vind dat men de mentale impact van pesten nog altijd enorm onderschat. Vaak leven die mensen met grote angsten en vermijdingsdrang, en ook hun zelfbeeld kan een stevige deuk hebben gekregen. Heel wat mensen die vroeger gepest zijn geweest, lopen nog met een soort posttraumatisch stresssyndroom rond.

“Je hoort tegenwoordig steeds vaker dat we ook mededogen voor pesters moeten hebben, omdat zij vaak ook gekwetst zijn en daardoor dat venijnige gedrag vertonen. Oké, maar laat dat geen reden zijn om geen ingrijpende maatregelen te nemen tegen pestgedrag. Veel pesters zijn manipulatief ingesteld en verstaan de kunst om onder de radar hun pestactiviteiten verder te zetten tegenover een slachtoffer dat vaak verlamd is door angst. Dat moeten we voorkomen.”

Vaak wachten mensen jarenlang voor ze met hun trauma aan de slag gaan. Moeten we niet zo snel mogelijk hulp zoeken wanneer we iets ingrijpends hebben meegemaakt?

“Nee, dat is toch een misvatting. Als iemand nog normaal functioneert, zou ik de traumatische gebeurtenis niet noodzakelijk weer oprakelen. Na 9/11 werd een vergelijkende studie gedaan naar slachtoffers die na de ramp meteen werden opgevangen en konden vertellen over wat ze hadden meegemaakt, en mensen bij wie dat niet gebeurd was. Het idee was: hoe sneller iemand over zijn ervaringen kan praten, hoe beter. Maar die eerste groep bleek er later slechter aan toe dan de groep die niet meteen werd opgevangen.

“In mijn eigen praktijk heb ik een gelijkaardige ervaring. Als je in alle hevigheid in de trauma’s van mensen peutert, riskeer je iets los te maken dat je erna niet meer kunt herstellen. Het gewicht van jaren kan weer naar boven komen, en het enige waar dat toe leidt, is hertraumatisering. Er moet tijdens de therapie weliswaar een beetje verteld worden over het trauma, zodat we weten waarmee we ongeveer te maken hebben. Maar we moeten het verleden niet helemaal onder een vergrootglas leggen om daarna met de symptomen aan de slag te gaan. Nuttiger is om de aandacht te richten op de vraag: hoe leef je vérder met dat trauma?”

Welke therapievormen raadt u aan voor mensen die met een posttraumatische stressstoornis kampen?

“EMDR (Eye Movement Desensitization and Reprocessing, red.) is een techniek die voor traumabehandeling enorm effectief is gebleken, al werkt ze vooral bij enkelvoudige trauma’s heel goed. Het is een bijzondere methode: tijdens de therapie worden enkele traumatische beelden opnieuw opgeroepen terwijl je met je ogen een bewegende vinger of een lichtje volgt. Voor een deel herbeleef je die gebeurtenissen op die manier, maar tegelijkertijd wordt de lading van die herinnering gehaald en wordt ze op een andere manier weer opgeslagen in je hersenen.

“De resultaten met die therapievorm zijn verbluffend. Ik herinner me bijvoorbeeld een jongeman die tijdens het uitgaan was aangevallen, en die schuddend en bevend bij mij in de zetel belandde. Hij sliep niet meer en was ook het nachtleven gaan mijden. Na een zevental sessies bij de EMDR-­specialist was hij van die posttraumatische symptomen verlost. Let wel: het ging hier om een jonge kerel die verder met weinig noemenswaardige problemen kampte en die uit een normale gezinssituatie kwam. Wie met een complex trauma zit, zal niet zo snel geholpen zijn met EMDR.”

Wat kunnen we zelf doen om beter met een trauma te leren leven?

“Ik ben ervan overtuigd dat mindfulness een uitstekende manier kan zijn om met heftige emoties om te gaan, zonder er volledig door overspoeld te worden. Door regelmatig te mediteren, kan je je brein aanleren om rustiger te blijven wanneer je bijvoorbeeld flashbacks ervaart. Maar ga zeker niet meteen een halfuur mediteren als je getraumatiseerd bent, dat is te overweldigend. Een oefening die ik mijn patiënten vaak geef, is om een beeld op te roepen dat gelinkt is aan hun trauma maar dat ze wel nog kunnen verdragen, en om met ademhalingsoefeningen enkele minuten bij dat gevoel te blijven. Dat kan een manier zijn om de kracht van je trauma wat te verzachten zonder helemaal in het verleden te gaan peuteren.”

U voert ook een pleidooi voor gezonde agressiviteit en kracht. Wat moet ik daaronder verstaan?

“Heel wat getraumatiseerde mensen ontwikkelen door hun trauma een grote angst om zélf agressief gedrag te gaan vertonen. Daardoor schieten ze soms door naar het andere uiterste: ze worden pleasend en vinden het moeilijk om hun grenzen te bewaken. Dat is niet altijd een goede zaak, want er bestaat ook zoiets als zelfrespect. Soms is het helemaal oké om boos te zijn wanneer je onrecht wordt aangedaan.”

In uw boek wijdt u ook een hoofdstuk aan zelf­compassie. Waarom is dat belangrijk voor mensen die een trauma met zich meezeulen?

“Veel mensen met een complexe posttraumatische stressstoornis kampen met enorm veel zelfhaat en een grote afkeer van hun eigen lichaam. Voor hen is het cruciaal om een wat liefdevollere relatie met zichzelf te ontwikkelen. Dat begint al met gewoon te erkennen dát je onrecht is aangedaan, en dat je nog steeds vecht tegen de schaamte die daaruit is ontstaan. Daardoor voel je je al minder een loser. Het is wel belangrijk om niet te vervallen in een soort zelfbeklag.”

Hoe kunnen we een liefdevollere relatie met onszelf ontwikkelen?

“Een eerste stap is om doorheen de dag op je innerlijke monoloog te letten. Getraumatiseerde mensen gaan vaak heel snel op een negatieve manier over zichzelf nadenken. Dikwijls merken ze dat niet eens op omdat het een automatisme is geworden. Maar hoe sneller je opmerkt dat je weer in een negatieve gedachtespiraal zit, hoe sneller je kan ingrijpen en kan oefenen met reacties en gedragspatronen die uitgaan van evenwaardigheid. Door te spreken vanuit een gezonde zelfliefde kun je ruimte geven aan je eigen noden en belangen. Niet tégen de ander, maar voor jezelf.”

“In mijn therapie vraag ik mijn patiënten soms om zich een compassionele metgezel voor de geest te halen tijdens het mediteren, een soort mythisch, algoed wezen dat je graag ziet. Ik weet dat dat wat wollig klinkt, maar voor velen is dat een bijzonder heftige ervaring: ze worden kwaad of voelen een enorm verdriet omdat ze geconfronteerd worden met een groot gemis. Die oefening kan echt de deur openzetten naar wat meer zelfaanvaarding.”

‘Als je in alle hevigheid in de trauma’s van mensen peutert, riskeer je iets los te maken dat je erna niet meer kunt herstellen. Nuttiger is om de aandacht te richten op de vraag: hoe leef je vérder met dat trauma?’Beeld Rebecca Fertinel

Tegenwoordig lijkt het alsof iedereen met een trauma rondloopt. Zijn we onszelf niet iets te makkelijk gaan diagnosticeren?

“Het woord ‘trauma’ is de voorbije jaren inderdaad maatschappelijk verruimd. Ik vermoed dat mensen het nu over een trauma hebben wanneer ze willen aangeven dat een ervaring heftig is geweest en een grote indruk op hen heeft gemaakt. Maar als je het dan even heel technisch bekijkt, merk je dat ze vaak niet de grote machteloosheid en angst voor hun fysieke of mentale veiligheid hebben ervaren die zo kenmerkend is voor een trauma.

“Ik merk ook dat sommige mensen een soort identiteit en aanzien zijn gaan putten uit hun trauma. Je zou kunnen zeggen: en wat dan nog? Maar het gevaar bestaat dat je daardoor langer dan nodig blijft rondlopen met een zware kwetsuur die je misschien wel verhindert om voluit te leven. Je kracht en sterkte haal je idealiter uit een soort slachtofferschap. Dat kan een tijdelijke halte zijn, maar dan moet er toch een traject worden opgestart om met dat trauma te leren omgaan.”

Is het mogelijk om ooit volledig van een trauma te herstellen?

“Herstel is zeker mogelijk, anders zou ik dit werk niet doen. Herstel betekent dat je niet meer in de greep bent van je posttraumatische symptomen, zoals angstaanvallen, extreem wantrouwen of slaapproblemen. Het trauma is dan een stuk van je levensverhaal geworden, zonder dat het je nog dagelijks hindert. Om die reden voel ik er meer voor om een trauma een plek te geven in je leven, in plaats van het te verwerken.

“Een trauma uitwissen zal wellicht nooit lukken, maar dat hoeft ook niet. Iets heftigs meemaken kan er ook voor zorgen dat je met meer begrip en mededogen naar de levensloop van anderen kijkt. Het besef dat het in dit leven niet allemaal rozengeur en maneschijn is, kan van jou een menselijkere mens maken, iemand op wie anderen kunnen leunen als ze zelf door een moeilijke periode gaan.”

3 tips om een trauma te temmen

“Geef EMDR-therapie een kans. Zeker bij enkelvoudige trauma’s kan die therapievorm mensen snel uit de greep van hun posttraumatische symptomen verlossen.”

“Doe aan mindfulness. Zo kan je je brein aanleren om heftige emoties beter het hoofd te bieden.”

“Wees waakzaam voor een negatieve gedachtespiraal. Negatief denken over jezelf kan soms een automatisme worden. Hoe sneller je dat opmerkt, hoe sneller je kunt ingrijpen.”

Leven met trauma van Marc Van Steenkiste is uitgegeven bij Borgerhoff & Lamberigts, 335 p., 29,99 euro