Onderwijsnetten vragen 300 miljoen euro extra voor Vlaamse scholen: "Straks kunnen we de verwarming niet meer betalen"

De Vlaamse scholen hebben de voorbije 14 jaar zo'n 300 miljoen euro aan koopkracht verloren. Daardoor kunnen ze steeds moeilijker de verwarming of digitale omschakeling betalen. Dat blijkt uit berekeningen van de 5 Vlaamse onderwijskoepels. Ze vragen dat dit verlies gecompenseerd wordt. Minister van Onderwijs Ben Weyts geeft toe dat het secundair onderwijs met financiële problemen kampt, maar benadrukt ook dat er de voorbije jaren al veel extra geld naar de scholen gegaan is. 

"Ik ben bezorgd", zegt Pieter Spriet, financieel directeur van scholengroep SKOG, die 24 Gentse scholen uit het basis- en secundair onderwijs groepeert. "Met de huidige inflatie zouden een aantal van onze scholen de komende jaren wel eens in de problemen kunnen komen. En we moeten nu al bepaalde investeringen uitstellen."

Scholengroep SKOG zag zijn koopkrachtverlies dit jaar aangroeien tot bijna een miljoen euro ten opzichte van het schooljaar 2008-2009. Een probleem waar scholen in heel Vlaanderen mee te maken krijgen. Want de voorbije 14 jaar verloren de Vlaamse scholen zo'n 20 tot 40 procent aan koopkracht. Ofwel: een verlies van zo'n 300 miljoen euro per jaar. Dat blijkt uit een berekening van de vijf Vlaamse onderwijsnetten.

Met de huidige hoge prijzen dreigt de situatie onhoudbaar te worden, zeggen de netten. Daarom trekken ze voor het eerst samen aan de alarmbel. "Het wordt voor scholen elk jaar moeilijker om hun begroting rond te krijgen, maar vooral de laatste jaren zie je dat het probleem zeer urgent wordt", zegt Lieven Boeve, directeur-generaal van Katholiek Onderwijs Vlaanderen.

Aanhoudende besparingen

De problemen hebben onder meer te maken met een hervorming van het financieringssysteem in het schooljaar 2008-2009. Sindsdien levert elke nieuwe leerling niet langer 100 procent extra werkingsmiddelen op, maar slechts 40 procent ten opzichte van het jaar voordien. Een probleem wanneer het aantal leerlingen sterk stijgt, zoals de afgelopen jaren het geval was.

Bovendien stegen de werkingsmiddelen de voorbije jaren niet altijd (volledig) mee met de levensduurte. De budgetten van het basisonderwijs werden de voorbije 14 jaar slechts gedurende 7 jaar volledig geïndexeerd, die van het secundair onderwijs slechts gedurende 3 jaar.

Met andere woorden: door de inflatie stijgen de kosten van scholen, maar de inkomsten volgen niet. Die besparingen zorgen ervoor dat zeker voor secundaire scholen de werkingsbudgetten al jaren sterk dalen, zegt Boeve.

Het wordt voor scholen elk jaar moeilijker om hun begroting rond te krijgen

Lieven Boeve, directeur-generaal Katholiek Onderwijs Vlaanderen

Te weinig geld voor "digisprong"

Daar komt daar nog bij dat ook voor nieuwe plannen vaak te weinig geld voorzien wordt, zeggen de koepels. "De minister neemt wel maatregelen, maar voorziet niet altijd voldoende extra middelen, waardoor scholen nog meer uit hun eigen werkingsmiddelen moeten putten", aldus Boeve.

Een voorbeeld daarvan is volgens hem de "digisprong" van Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA). Dat plan moet er onder meer voor zorgen dat elke leerling een eigen laptop krijgt. Maar daarbij is er volgens de netten niet alleen te weinig geld voorzien, er is ook onvoldoende rekening gehouden met kosten voor onderhoud van de toestellen of voor bijhorende opleidingen.

"Voor de digisprong alleen al hebben we berekend dat scholen zo'n 10 tot 15 miljoen euro zullen tekortkomen om aan die belofte tegemoet te komen", zegt Boeve. Iets wat ze ook herkennen bij scholengroep SKOG in Gent. "In een aantal technische scholen, waar men zwaardere pc's nodig heeft om met zwaardere programma's te werken, merken we dat die middelen inderdaad niet voldoende zijn", bevestigt financieel directeur Pieter Spriet.

Uitstel van investeringen

De huidige inflatie zet de begroting van scholen nog meer onder druk. Bij scholengroep SKOG loopt het verlies dit jaar op tot bijna een miljoen euro. "En dan gaat het enkel nog maar over de gestegen prijzen. Het feit dat we een hoger energieverbruik zullen hebben omdat we - door corona - de hele winter verwarmd hebben met open ramen is daarin nog niet eens meegerekend", zegt Spriet.

En dat heeft gevolgen voor leerlingen en personeel. Zo zijn in basisschool Crombeen, die deel is van de groep, de schoolbanken verouderd en zouden de ramen vervangen moeten worden. "Maar hoewel dat laatste mee zou kunnen zorgen voor een lagere energiefactuur, moeten we dat soort investeringen voorlopig uitstellen", zegt Spriet.

We vragen aandacht voor onze situatie, zodat we het scenario waarbij scholen écht in de problemen komen kunnen vermijden

Pieter Spriet, financieel directeur scholengroep SKOG

"We zouden ook graag onze betonnen speelplaatsen willen ontharden en vervangen door groene, avontuurlijkere speelplaatsen, maar ook daarvoor hebben we momenteel niet genoeg middelen", vult hij aan. "Net als voor het extra begeleiden van beginnende leerkrachten of mensen die pas op latere leeftijd de stap zetten naar het onderwijs, wat nochtans belangrijk is."

De situatie is urgent, benadrukt Spriet. "Tot vorig jaar lukte het iedere keer om onze begroting rond te krijgen. Dit jaar zien we voor het eerst dat een aantal scholen de komende jaren echt wel in de problemen zullen komen. We vragen aandacht voor deze situatie zodat we dat scenario kunnen vermijden."

Inhaalbeweging

Om de stijgende kosten te compenseren zouden scholen de factuur in principe voor een deel kunnen verschuiven naar de ouders. Maar dat is volgens Spriet geen oplossing. "Wat we kunnen of mogen, rekenen we vandaag al grotendeels door. Bovendien merken we nu al dat facturen vaak onbetaald blijven."

"Onze basisscholen hanteren de maximumfactuur en onze secundaire scholen voeren een kostenbewust beleid", zegt Walentina Cools, algemeen directeur van de Onderwijsvereniging van Steden en Gemeenten (OVSG). "Dat blijven we belangrijk vinden zodat alle leerlingen zich kunnen ontplooien volgens hun talenten. OVSG wil niet dat de stijgende kosten worden afgewenteld op ouders en leerlingen. Iedereen moet toegang krijgen tot kwaliteitsvol onderwijs, dat is een basisrecht."

Het is contradictorisch dat men 'het beste onderwijs ooit', ambieert, maar tegelijkertijd scholen in een situatie dwingt waarbij ze over steeds minder middelen beschikken

Koen Pelleriaux, afgevaardigd bestuurder GO!

Daarom doen alle netten nu samen een oproep aan de Vlaamse regering. Ze vragen om het koopkrachtverlies goed te maken. "Er moet jaarlijks 300 miljoen euro extra op tafel om het verlies van de voorbije 14 jaar ongedaan te maken", zegt Lieven Boeve van Katholiek Onderwijs Vlaanderen.

Ook vragen ze om de werkingsmiddelen voortaan te koppelen aan de levensduurte. "En bij nieuwe initiatieven moet er voldoende extra geld voorzien worden, zodat scholen niet moeten putten uit hun eigen middelen, zoals bij de digisprong vandaag", aldus Boeve.

Begrotingsevenwicht

Hoe dan ook wordt het een moeilijke oefening, want in september kondigde minister Weyts nog een besparingsplan aan. Toch moet de minister het geld volgens de netten niet ver zoeken. Want naast de werkingsmiddelen voorziet de overheid ook middelen voor de lonen van de leerkrachten. "Maar door het lerarentekort is er geld voorzien voor leraren die er niet zijn en dus ook niet betaald moeten worden", legt Koen Pelleriaux, afgevaardigd bestuurder van het GO!, uit.

Bovendien wijst hij erop dat de middelen die de Vlaamse regering krijgt van het federale niveau wel geïndexeerd zijn. De Vlaamse regering ziet met andere woorden haar begroting toenemen met meer dan zes procent, terwijl de onderwijsbegroting nog geen twee procent hoger uitvalt.

"Het is contradictorisch dat men 'het beste onderwijs ooit', ambieert, maar tegelijkertijd scholen in een situatie dwingt waarbij schoolbesturen over steeds minder middelen beschikken. Zo wordt het heel moeilijk om onderwijs op een kwaliteitsvolle manier te organiseren", aldus Pelleriaux. "Het evenwicht in de begroting wint erbij, maar de leerling is de dupe."

Minister Weyts: "Vraag middelbaar onderwijs is gerede vraag"

Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts geeft toe dat het secundair onderwijs met financiële problemen kampt. Bij de volgende begrotingsbesprekingen in september wil hij bekijken of er extra middelen vrijgemaakt kunnen worden. 

Vanaf 2019 is er 2,4 miljard euro bij gekomen. Er is geen enkel ander beleidsdomein dat zo sterk gestegen is als onderwijs

Ben Weyts (N-VA), Vlaams minister van Onderwijs

Minister Weyts benadrukt wel dat er de voorbije jaren al veel extra geld naar de scholen gegaan is. "Vanaf 2019 is er 2,4 miljard euro bij gekomen. We zitten nu op een budget van 16,3 miljard euro, er is geen enkel ander beleidsdomein waar de stijging zo sterk geweest is als binnen onderwijs."

"Ik denk dat een budgetstijging met 17 procent tot op heden geen slecht parcours is, maar ik besef natuurlijk dat onder andere de energieprijzen de scholen treffen. Al wil ik wel alles in het juiste perspectief schetsen. In tegenstelling tot andere beleidsdomeinen zijn bij ons in onderwijs gelukkig de werkingsmiddelen wel grotendeels geïndexeerd. Voor het basisonderwijs is dat volledig. Voor het  secundair onderwijs is er wel een probleem, want daar is er maar een indexering van 60 procent. Ik besef dat dat een gerede vraag is."

Meest gelezen