Direct naar artikelinhoud
ReportageOorlog in Oekraïne

De Oekraïense ‘hobbyisten’ die de Russen het leven zuur maken met hun drones: ‘We willen de Russen doden. Zo niet maken ze óns af’

Het team lanceert zijn drones die geladen zijn met explosieven vanop twee vijfliterflessen. ‘Dat is veiliger dan ze vanuit je handen te laten vertrekken.’Beeld Vincent Haiges

Het Oekraïense leger is al maanden in de weer om zoveel mogelijk drones het land binnen te krijgen. Het doel: de bijna 2.500 kilometer lange frontlijn in het oog houden. De Russen aan de andere kant doen hetzelfde. ‘Zij zijn met veel, wij moeten het hebben van onze creativiteit.’

“Onze grootste troef? Oplossingen zoeken met weinig middelen. Daar komen we een heel eind mee tegen de Russen.” Dmytro (Dima) Podvorchansky, leider van het droneteam van het Dnipro 1 Bataljon van de Oekraïense Nationale Garde, wijst naar twee plastic waterflessen van elk vijf liter die plat op de grond liggen. “We gebruiken ze als lanceerplek voor onze drones met explosieven. Dat is veiliger dan de drone vanuit je handen te laten vertrekken.”

Het oefenterrein van het droneteam ligt aan een verlaten steengroeve in de buurt van Slovjansk, de stad in de Donbas waarop de Russen het de komende weken gemunt hebben. Rondom ons davert het oorlogsgeweld, voornamelijk uitgaand vuur van de Oekraïense troepen. Sinds ruim een week hakken de Oekraïense aanvallen met de nieuwe hoogtechnologische precisiewapens van het Westen er zwaar in bij de Russen. Verschillende munitiedepots werden getroffen en dat is te merken. Ze hebben vandaag nog maar één aanval van Russische zijde gehad, horen we van de dronemannen.

“Normaal wordt er de hele dag door op ons geschoten, maar de laatste dagen is het opvallend rustiger.” Al is dat relatief, dat beseft het droneteam ook. Het kan elk moment weer losbarsten.

“De Russen zijn volkomen onbetrouwbaar”, zegt Dima grimmig terwijl hij toekijkt hoe Oleg, een lange man met blonde baard, een explosief aan een drone bevestigt. “Het is een van de redenen waarom we dit werk met volle overtuiging doen. Het klinkt misschien fout, maar we willen de Russen doden. Zo niet maken ze óns af.”

Dronaties

Drones spelen nog altijd een prominente rol in de oorlog tegen Oekraïne. “Het leger heeft de afgelopen maanden heel wat oproepen voor ‘dronaties’ gedaan,” weet Dima. “De respons was enorm. Sympathisanten, vrienden en hobbyisten van over de hele wereld hebben drones gestuurd. Wij gebruiken vooral de DJI Mavic 3, een toestel dat iedereen kan kopen.” 

De Chinese fabrikant, de grootste ter wereld, levert echter niet meer aan Oekraïne. Onder druk van de Amerikanen verkoopt DJI ook geen drones meer aan Rusland. Maar het levert wel weer aan Wit-Rusland, van waaruit de toestellen alsnog naar Rusland gaan.

Een van de kleine drones die het team gebruikt, om te spioneren en kleine explosieven af te vuren.Beeld Vincent Haiges

“De Mavic 3 wordt vooral door fotografen en videografen gebruikt. Ze zijn ook populair bij reizigers. En bij ons, aan de frontlijn”, grinnikt Dima. “Ze kunnen zo’n 40 minuten lang vliegen en de camera zoomt goed in, perfect bruikbaar om de Russen te bespioneren. We zetten de toestellen ook in om te zien of onze artillerie haar doel heeft geraakt.”

Behalve om Russen te begluren worden de toestellen ook gebruikt als aanvalswapens. Oleg laat de granaat zien die hij aan de drone bevestigt. “Deze weegt zo’n 300 gram. Ons andere toestel, de Autel, kan tot 600 gram explosieven dragen.”

De aanvalsdrones met explosieven vliegen 2 tot 3 kilometer ver. “Dat is niet heel ver, maar als we ze vanaf de eerste frontlijn lanceren, kunnen we de Russen treffen. Ze zijn te klein om tanks onschadelijk te maken, maar we kunnen er wel gepantserde militaire voertuigen mee treffen.” 

Ook droppen ze mijnen via hun drones, vervolgt Oleg. “We hebben daar onze eigen technologie voor ontwikkeld. Verder kan ik daar niets over zeggen, dat houden we geheim.”

Russische tegenhangers

De Russen zijn natuurlijk ook niet gek. Op hun beurt worden Dima en zijn team evengoed in de gaten gehouden door Russische drones. Die gebruiken onder andere de DJI Mavic 2, een ouder toestel van lagere kwaliteit dan de Mavic 3. Maar ze hebben ook gesofisticeerder spul. Zoals de Orlan-10, die 16 uur in de lucht kan blijven en 600 kilometer ver vliegt, een thermocamera bevat en vaak wordt ingezet om radio- en telefoonsignalen te detecteren. 

Als aanvalswapen gebruiken de Russen verschillende types drones, onder andere de Kamikaze KUB-BLA, een vliegtuigje dat 3 kilo kan dragen.

Het Oekraïense leger, met name de luchtmacht, gebruikte tot voor kort de Bayraktar TB2 als aanvals- en verkenningsdrone, afkomstig uit Turkije. Maar omdat de Russen inmiddels een betere luchtverdediging hebben uitgebouwd, moet het Oekraïense leger op zoek naar alternatieven. Volgens Mychailo Fedorov, de Oekraïense minister van Digitale Transformatie, heeft het leger momenteel vooral tactische drones nodig met een bereik van 150 kilometer die voorzien zijn van hoogstaande gps-systemen en camera’s. Toch zijn de kleine drones nog altijd meer dan welkom, laat de minister weten.

Een MK 19-granaat wordt vastgemaakt aan een drone. ‘Te klein om tanks onschadelijk te maken, maar we kunnen er wel gepantserde voertuigen mee treffen.’Beeld Vincent Haiges

Oleg, voor de oorlog werkzaam als motion designer, neemt de Mavic 3 met de granaat mee naar de open plek voor ons en lanceert het toestel vanaf de twee waterflessen. We horen het apparaat zoemen terwijl het opstijgt en in de hitte boven de steengroeve blijft hangen. Met explosieven kan deze drone tot 200 meter hoog gaan, zonder vliegt hij tot 500 meter hoog. 

Er klinkt een luide knal; de granaat is ontploft, het geluid echoot door de steengroeve. Oleg knikt tevreden terwijl hij de drone laat terugkeren. “Mission accomplished.”

Geen nerds

Het team van Dima bestaat uit tien man. Allemaal vrienden van elkaar en bijna allemaal afkomstig uit de IT-sector. Maar wie denkt dat het om een stelletje nerds gaat, komt bedrogen uit. Oleksij, in het normale leven werkzaam als bedrijfsanalist bij een IT-firma, ziet eruit alsof hij zo is weggelopen van een Rambo-eenheid uit Afghanistan. 

Hij lacht: “Behalve Dima had niemand van ons enige militaire ervaring. Maar dat maakte ons niet uit. Ons werk is niet zonder gevaar, maar beter dat dan thuis in Dnipro lijdzaam toekijken hoe de Russen ons land verwoesten.” De groep kent elkaar al jaren en heeft samen heel wat uren aan de toog doorgebracht. “Dat pinten drinken heeft een band gecreëerd”, klinkt het lachend.

Dima en Oleg.Beeld Vincent Haiges

Dima is de enige met oorlogservaring. “In 2014 en 2015 was ik vrijwilliger bij het Dnipro 1 Bataljon in de Donbas. Ook toen werkte ik met drones.” Toen Rusland op 24 februari Oekraïne binnenviel, was de beslissing gauw gemaakt. “Ook ik wilde niet thuis blijven zitten en toekijken hoe onze bevolking werd vermoord. Via de sociale media lanceerde ik een oproep: iedereen die wilde, kon zich aansluiten bij mijn drone-eenheid. In een mum van tijd had ik tal van reacties, vooral van studievrienden en collega’s. We konden meteen terecht bij het Dnipro 1 Bataljon.”

Ondanks de verbeterde technieken van de Russen om ook de kleinere drones te onderscheppen, gaat Dima’s team onverdroten door. Hun drones worden inderdaad regelmatig gestolen door de Russen, geeft hij toe. “Gisteren hebben ze er nog een gejat. Ze doen dat door ofwel ons gps-signaal te blokkeren zodat de drone niet meer weet waar hij zich bevindt en automatisch de landing inzet, ofwel hacken ze ons gps-signaal en nemen ze de controle over het toestel over.” 

De teamleider grijnst. “Maar gisteren ging het om een aanvalsdrone met een granaat. Die kunnen de Russen zonder problemen ontmantelen. Behalve als we er een boobytrap op zetten. En dat hadden we gedaan.”

Lastig vechten

Hoe dan ook is het lastig vechten. Vroeg of laat wordt Dima’s team aan de frontlijn gedetecteerd. “Als we een tijdje rondvliegen, weten de Russen precies waar we zitten en beginnen ze op ons te schieten”, vertelt Oleksij. “Zonder gevaar is het dus niet. We proberen ze te snel af te zijn, we maken in korte tijd zoveel beelden als we kunnen, halen onze drone op tijd terug en maken dan dat we wegkomen. Helaas lukt dat dus niet altijd, we zijn al heel wat drones kwijtgespeeld. Gelukkig zijn we zelf nog altijd springlevend.”

Het team heeft een militaire training gevolgd en kan overweg met een kalasjnikov, maar moet het vooral hebben van zijn creativiteit en technologische kennis. “We studeren constant”, zegt Oleksij. “Zo maken we onder andere gebruik van artificiële intelligentie. Het nut van de kleine drones wordt soms betwijfeld, maar in de praktijk blijken ze nog altijd heel effectief.”

In de dronekamer, op een kwartier rijden van het oefenterrein, bekijken twee mannen op verschillende schermen de beelden die zonet gemaakt zijn door een drone. We kijken naar graanvelden, bossen en verlaten graanschuren. Er is geen Rus te bekennen. “Dat komt nog”, klink het geheimzinnig. 

In de dronekamer.Beeld Vincent Haiges

Ook hier horen we dat ze het moeten doen met de middelen die voorhanden zijn. Het grootste dronetoestel van Dima’s team is een aangepaste versie van een drone die normaal in de landbouw wordt gebruikt, om de eindeloze graan- en zonnebloemvelden mee af te speuren. “Dit apparaat kan 15 kilo dragen en wordt gebruikt om mijnen te droppen”, legt ingenieur Ilja uit. “Hij maakt wel wat lawaai dus gebruiken we hem alleen ’s nachts, om zo min mogelijk aandacht te trekken. De doorsnee Russische militair heeft geen nachtkijker en kan de drone dus niet zomaar neerschieten.”

Drones blijven hoe dan ook een belangrijke rol spelen in de oorlogsvoering, daarvan is Dima’s team overtuigd. “Met drones hoef je minder mensen in te zetten, je spaart levens, je kunt kilometers ver in vijandelijk gebied kijken, mijnen opsporen en vijandelijk materiaal en militairen uitschakelen. En al maken de nieuwe technologieën van de Russen het almaar moeilijker voor ons, dat houdt ons niet tegen. Elke Rus die we kunnen uitschakelen, is meegenomen.”

``