Direct naar artikelinhoud
AchtergrondAmnesty International

Controverse na ‘victimblaming’ door Amnesty: ‘Het rapport lijkt een slechte grap’

Betogers protesteerden in maart aan de Russische ambassade in Lissabon tijdens een solidariteitsdemonstratie georganiseerd door Amnesty.Beeld Corbis via Getty Images

Het Amnesty-rapport over Oekraïense gevechtstactieken legt een diepere malaise bloot. Amnesty weert zich, maar kampt met een lastige erfenis. Of zit dit soort controverse in het DNA van de ngo? 

Het zwaar bekritiseerde rapport van Amnesty International is deels gebaseerd op interviews in Russische kampen en gevangenissen in Oekraïne. Getuigenissen onder druk dus. Dat zegt het centrum van strategische communicatie van de Oekraïense overheid, maar volgens Amnesty is die informatie “absoluut onjuist”.

“Dit onderzoek is uitgevoerd door dezelfde deskundigen die de Russische oorlogsmisdaden de afgelopen maanden uitvoerig hebben gedocumenteerd”, zegt Eva Davidova, woordvoerder van Amnesty International Vlaanderen. “Bij al deze onderzoeken hebben we dezelfde normen toegepast en dezelfde methodologie gebruikt.”

De afgelopen dagen hebben Amnesty-afdelingen over de hele wereld antwoord moeten bieden op de storm van kritiek op het rapport over Oekraïense gevechtstactieken. Dat rapport is door velen, en niet het minst in Oekraïne, overgekomen als victimblaming:  het wees uit dat het Oekraïense leger burgers blootstelde aan Russische agressie door zich in woonwijken te verschansen. Secretaris-generaal van Amnesty Agnès Callamard sprak over “een patroon” en “schending van het oorlogsrecht”. 

“Het rapport lijkt een poging om Oekraïne verantwoordelijk te stellen voor burgerslachtoffers”, zegt Alina Cherviatsova, afkomstig uit Charkiv en onderzoekster aan het mensenrechtencentrum van de UGent. “Het lijkt op een slechte mop van Amnesty: Oekraïne brengt burgers in gevaar door haar steden doelbewust in de weg te leggen van de Russische troepen.”

‘Het lijkt op een slechte mop van Amnesty: Oekraïne brengt burgers in gevaar door haar steden doelbewust in de weg te leggen van de Russische troepen’
Alina CherviatsovOnderzoeker mensenrechtencentrum

Voet bij stuk

Een persbericht op maandag maakt duidelijk dat Amnesty geen woord van het rapport terugneemt, maar wel “het leed en de woede” betreurt die het heeft veroorzaakt. 

“In essentie is het goed om de verantwoordelijkheid van Oekraïne ter sprake te brengen in een rapport, maar strategisch gezien hebben ze het niet goed aangepakt”, zegt Koen De Feyter, professor internationaal recht aan de UAntwerpen en eind jaren negentig enkele jaren voorzitter van de Belgische afdeling van Amnesty International.  

Amnesty wijst in haar crisiscommunicatie op de rapporten die het eerder publiceerde over Russische wandaden, maar de ngo kon niet vermijden dat Russische ambassades dit rapport gebruikten in hun propagandamachine. 

Tom Mutch, een journalist in Oekraïne, beweert dat hij de auteur van het rapport in een hotel in Kramatorsk drie maanden geleden al duidelijk maakte dat het slecht zou vallen als het geen onderscheid zou maken tussen verdedigende acties in woonzones en aanvalsoperaties.

“Maar het leek erop dat de auteurs een besluit hadden genomen: Oekraïne bracht zijn eigen burgers in gevaar door alleen al te proberen zijn steden te verdedigen”, schrijft Mutch. 

Voor ze opstapte als hoofd van de Oekraïense Amnesty-afdeling deed ook Oksana Pokaltsjoek alles om het rapport in deze versie tegen te houden. Strikt genomen was haar afdeling niet betrokken bij de totstandkoming van het rapport.

“Amnesty hanteert een basisregel dat je niet mag werken aan rapporten over je eigen land”, zegt De Feyter. “Precies om partijdigheid te vermijden. Maar ik kan me niet voorstellen dat de organisatie gelukkig is met dat ontslag.”

In de persberichten van lokale afdelingen valt steun te lezen voor de collega’s in Oekraïne die opstappen. De Nederlandse afdeling ging daar verder in dan de Vlaamse en toont “veel respect voor deze moedige en begrijpelijke stap”. 

Pokaltsjoek schreef in haar afscheid dat ze zich niet gehoord voelde: “Alles botste op de muur van bureaucratie”. Dat verwijt kreeg de organisatie de laatste jaren wel vaker. 

Traditie

In 2018 stapte een medewerker uit het leven nadat hij aangaf zich “verlaten en genegeerd” te voelen. Een rapport dat daarop volgde, beschreef de werkomgeving als ‘toxisch’. Even later bleek de organisatie ook nog eens een honderdtal jobs te schrappen om een budgettair tekort weg te werken. Volgens de vakbond kampte Amnesty met een waterhoofd: te veel managers, die te goed betaald zijn. Al enkele jaren staat er dus druk op de organisatie.

Amnesty is ook al eerder verweten om Rusland in de kaart te spelen. In februari 2021 stripte de organisatie Aleksej Navalny, door Rusland vergiftigd en opgesloten, van de status van gewetensgevangene, door zijn eerdere uitspraken over migranten. Een maand later kwam Callamard aan het roer van Amnesty. Het eerste wat ze deed, was Poetin aanschrijven om Navalny vrij te laten. Het tweede was de oppositieleider weer erkennen als gewetensgevangene, met excuses. 

Hoe kon de ngo onder Callamard dan toch opnieuw de Russissche propaganda in de hand werken? “Er is een traditie van Amnesty om principieel het mensenrechtenstandpunt in te nemen, ook als dat onpopulair is”, zegt De Feyter. “Toen destijds de Roemeense dictator Ceausescu is geëxecuteerd, grepen ze dat aan voor een rapport over buitenrechtelijke executies.”

In tegenstelling tot het Rode Kruis, dat rapporten vertrouwelijk deelt met de betrokken partijen, zit het in Amnesty’s DNA om publiek druk te zetten. Ook in dit geval, ook al werd bepaalde gedetailleerde info enkel aan de Oekraïense overheid meegedeeld. Een deel van de kritiek is erop gericht dat Oekraïne amper zes dagen tijd kreeg om te reageren.

“Wat was hier het doel van Amnesty: is de organisatie oprecht bekommerd om de Oekraïense burgers of willen ze schuldigen aanduiden?” vraagt Alina Cherviatsova zich luidop af.