Direct naar artikelinhoud
Het is niet helemaal duidelijk wat ons het meest moet choqueren aan de tussenkomst van Liesbeth Homans
De gedachteBart Eeckhout

Het is niet helemaal duidelijk wat ons het meest moet choqueren aan de tussenkomst van Liesbeth Homans

Bart Eeckhout is hoofdcommentator van De Morgen

Stelt u zich een voetbalwedstrijd voor, neem Club Brugge - Atlético Madrid. Halfweg onderschept de scheidsrechter de bal en loopt er mee naar het Brugse doel. Daar trapt hij de bal voorbij een verbouwereerde doelman Simon Mignolet. Op de koop toe gaat de scheidsrechter ostentatief juichen voor het joelende vak Atlético-supporters. Het doelpunt wordt geldig verklaard.

Krankzinnig? Te gek om los te lopen? Toch is dit wat zich afgelopen zaterdag heeft afgespeeld in het Vlaams Parlement. Tijdens de bespreking van de septemberverklaring ging parlementsvoorzitter Liesbeth Homans (N-VA) zelf de discussie aan over de problemen in de kinderopvang met volksvertegenwoordiger Lise Vandecasteele (PVDA). “Bij de papa”, antwoordde ze op de vraag waar moeders met hun kinderen moesten blijven als de crèche plots sluit. Ze oogstte met haar tussenkomst gelach en applaus op de meerderheidsbanken.

Als voorzitter behoort mevrouw Homans de scheidsrechter te zijn van het debat in het parlement. Daarbij moet ze er dus mee over waken dat de oppositie niet geknecht wordt door de regerende meerderheid. Homans deed exact het omgekeerde: ze ging zelf in de aanval tegen de oppositie om de regering te plezieren. Ze is de scheidsrechter die de bal zelf in doel trapt en daar nog aanmoedigingen voor krijgt ook.

Het is niet helemaal duidelijk wat ons het meest moet choqueren. Dat Liesbeth Homans zo flagrant de regels van het eigen mandaat aan de laars lapt, of de vaststelling dat die overtreding zo weinig beroering veroorzaakt. De voorzitter laat de neutraliteitsregel vallen, maar een meerderheid in het Vlaams Parlement ziet daar geen probleem in. Straks zit mevrouw Homans gewoon weer de plenaire vergadering voor, alsof er niks gebeurd is. Zo degradeert Liesbeth Homans het Vlaams Parlement tot een ordinaire kroeg waar de luidste roeper het woord krijgt. Als dat geen brevet van onbekwaamheid is, dan toch van ongeschiktheid.

Misschien heeft Liesbeth Homans wel ‘geluk’ gehad omdat de grootste verontwaardiging gaat over wat ze zei. De geringschattende opmerking dat moeders die geen opvang kunnen vinden voor hun kroost altijd “bij de papa” terecht moeten kunnen, is een vreselijke klap in het gelaat van vele gezinnen die door de prijzencrisis in opvangnood verkeren omdat de crèche plots sluit of omdat er geen betaalbare opvang te vinden is. Het is een gênant voorbeeld van politieke toondoofheid op een moment dat de crisis in de kinderopvang al te reëel is.

Maar goed, Liesbeth Homans màg natuurlijk beweren dat de problemen in de kinderopvang van de baan zijn als ‘de papa’ eens thuis blijft. Een volksvertegenwoordiger mag bij het uitoefenen van zijn mandaat alles denken en zeggen. Maar niet van op het spreekgestoelte van de parlementsvoorzitter. Daarover zijn de regels kristalhelder.

Dat is geen bagatel, zoals het geen bagatel is dat een scheidsrechter niet deelneemt aan het spel. Een parlementsvoorzitter heeft een van de best betaalde mandaten in de vaderlandse politiek. Een minimaal respect voor de spelregels mag dan niet te veel gevraagd zijn.

Bart Eeckhout: "Misschien heeft Liesbeth Homans wel ‘geluk’ gehad omdat de grootste verontwaardiging gaat over wat ze zei."Beeld RV - Belga