Vluchtelingencrisis doet Belgische uitgaven voor ontwikkelingshulp stijgen

© iStock

België heeft vorig jaar netto 19,6 procent meer geld uitgegeven aan ontwikkelingshulp dan in 2015. Dat blijkt dinsdag uit cijfers van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO). Alle geïndustrialiseerde landen samen gaven gemiddeld bijna 9 procent meer uit. De stijging wordt voor een stuk verklaard door de kosten van de vluchtelingencrisis. De minst ontwikkelde -vaak Afrikaanse- landen, lijken dat te moeten bekopen.

België heeft vorig jaar netto 19,6 procent meer geld uitgegeven aan ontwikkelingshulp dan in 2015. Dat blijkt dinsdag uit cijfers van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO). Alle geïndustrialiseerde landen samen gaven gemiddeld bijna 9 procent meer uit. De stijging wordt voor een stuk verklaard door de kosten van de vluchtelingencrisis. De minst ontwikkelde -vaak Afrikaanse- landen, lijken dat te moeten bekopen.

Ons land maakte vorig jaar 2,306 miljard dollar (2,173 miljard euro) vrij voor ontwikkelingshulp. In 2015 lag dit budget nog 19,6 procent lager, op 1,904 miljard dollar. Een opvallende stijging, maar volgens de OESO ‘grotendeels te verklaren door de uitgaven voor de opvang van vluchtelingen in het land zelf’. Het budget voor de minst ontwikkelde landen – voornamelijk in Afrika- is dus nauwelijks toegenomen, ondanks de beleidsdoelstellingen van minister van Ontwikkelingssamenwerking Alexander De Croo (Open VLD).

België volgt daarmee de internationale trend. De uitgaven voor ontwikkelingshulp van de 29 industrielanden binnen de Ontwikkelingshulpcommissie van de OESO (DAC) zijn in 2016 met gemiddeld 8,9 procent gestegen, maar als de uitgaven voor de opvang van vluchtelingen niet worden meegerekend, dan bedraagt de stijging maar 7,1 procent. De hulp aan de minst ontwikkelde landen, schiet erbij in: dat budget is in 2016 met gemiddeld 3,9 procent gedaald.

Daad bij het woord

‘De overheden verdienen lof omdat ze de investeringen in ontwikkeling hoog houden in moeilijke tijden. Maar het is onacceptabel dat de hulp voor de armste landen -nog maar eens- daalt’, reageert secretaris-generaal bij de OESO Angel Gurría. ‘Grote donorlanden hebben beloofd om hun inspanningen opnieuw te focussen op de minst ontwikkelde landen. Het wordt nu tijd dat ze de daad bij het woord voegen’, besluit hij.

Volgens de Verenigde Naties moeten de industrielanden minstens 0,7 procent van het bruto nationaal inkomen besteden aan ontwikkelingshulp. België komt daar met 0,49 procent zelfs niet bij in de buurt, maar doet het wel beter dan het gemiddelde van de Ontwikkelingshulpcommissie, dat slechts 0,32 procent bedraagt.

Slechts zes landen voldoen trouwens aan de VN-doelstelling: Duitsland, Groot-Brittannië, Zweden, Denemarken, Luxemburg en Noorwegen. Tot vorig jaar behoorde ook Nederland tot dat clubje, maar onze noorderburen vallen er dit jaar net buiten.

Partner Content