© deme group

Moddergevecht van 10 miljoen euro omwille van giftig slib uit Antwerpse haven

De wereldvermaarde baggeraars DEME en Jan De Nul slepen OVAM, de Vlaamse afvalstoffenmaatschappij, voor de rechter. Ze willen een schadevergoeding van ettelijke miljoenen euro omdat de verwerking van honderdduizenden kubieke meter giftig slib uit de Antwerpse haven aan hun neus voorbijging.

steven de bock

Honderdduizenden kubieke meters giftige modder. Dat is de inzet van de strijd die de Vlaamse baggeraars de voorbije jaren voerden tegen het Havenbedrijf Antwerpen en de Vlaamse overheid. Het slib komt uit de haven van Antwerpen en is zwaar vervuild met TBT, een product waarmee de rompen van schepen werden beschermd tegen corrosie.

In 2013 begon het Havenbedrijf Antwerpen met verdiepingswerken en moest een oplossing worden gezocht voor al dat slib. Volgens Annik Dirkx, woordvoerster van het Havenbedrijf, was die toen niet te vinden in België. Na een openbare aanbesteding bleek dat de goedkoopste oplossing Nederlands was: de Slufter, een grootschalige opslagplaats voor vervuild slib in de Rotterdamse Maasvlakte. Zo grootschalig dat de Nederlanders de put niet gevuld kregen en dus internationaal op zoek gingen naar extra slib, menen de Vlaamse baggeraars.

“Dumpen is goedkoper”

Dankzij exportvergunningen van OVAM kon het Havenbedrijf het contract met Nederland afsluiten. De voorbije jaren werd al ongeveer 200.000 kubieke meter giftig Antwerps slib in de Nederlandse put gestort.

Tot grote woede van de Vlaamse baggerbedrijven DEME, De Nul en Ghent Dredging, die de inkomsten van de verwerking aan hun neus voorbij zagen gaan. Ze stapten naar de Raad van State om de exportvergunningen van OVAM te laten vernietigen. “Samen hadden we in eigen land genoeg capaciteit om dat slib te verwerken”, zegt Ivo Pallemans van Envisan, de milieudochter van De Nul. “Maar natuurlijk waren wij duurder. We proberen het slib maximaal te recycleren. In Nederland wordt het gewoon in een put gestort, een aanpak die in Vlaanderen niet meer toegelaten wordt. Natuurlijk kun je dan goedkoper werken.”

Bij OVAM blijven ze erbij dat de Slufter de beste oplossing was. Maar de Raad van State heeft de Vlaamse baggeraars nu gelijk gegeven. De exportvergunningen werden allemaal vernietigd. Wat al weg is, kan niet meer worden teruggehaald, maar de 213.000 kubieke meter bagger die de komende maanden uit de haven zou worden gehaald, kan niet meer naar Nederland. “Dat geldt ook voor het andere besmet slib – zowat 3 miljoen ton – dat in de toekomst misschien moet worden uitgebaggerd”, zegt Dirk Ponnet van DEC, de milieudochter van DEME. “Het was onze grote angst dat alle giftige bagger voortaan naar Nederland zou gaan, onze tientallen miljoenen aan investeringen in betere technieken en recyclage voor niets zouden zijn geweest, en de hele sector in België kapot zou gaan.”

Zware financiële dobber

Volgens advocate Isabelle Larmuseau, die de baggeraars bijstond voor de Raad van State, is de uitspraak geen verrassing. “Het was niet meer dan een verzinsel van OVAM dat de Nederlandse aanpak beter zou zijn. Terwijl het Havenbedrijf gewoon zo goedkoop mogelijk afwilde van zijn giftige bagger en gehoor vond bij OVAM.”

Naast de juridische nederlaag bij de Raad van State dreigt voor OVAM – en dus voor de Vlaamse overheid – nu ook nog een zware financiële dobber. Via de rechtbank willen de baggerbedrijven ook nog een schadevergoeding. De gemiste inkomsten schatten ze op “ettelijke miljoenen”, tussen 5 à 10 miljoen euro.

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

MEER OVER