Geen ‘drache nationale’ maar een droog militair en burgerlijk defilé onder een overwegend zonnige Brusselse hemel. Dat defilé startte na de traditionele schouwing van de troepen door de koning in de Wetstraat en ook na het begroeten van alle genodigden van de wettelijke, uitvoerende en rechterlijke macht door koning Filip.

Het defilé zelf werd geopend onder muzikale begeleiding van de koninklijke muziekkapel van de Marine, gevolgd door verschillende detachementen van veteranen, de 29 NAVO-landen en jongeren. Nadien volgden het commando van het militaire defilé en de militaire politie.

In het luchtdefilé waren verschillende van de belangrijkste Belgische vliegtuigen en helikopters te zien, gaande van de Alpha-Jets en F-16’s tot de Agusta A109-helikopters en de C-130 Hercules-toestellen.

Homeland

Na het luchtdefilé passeerden de troepen te voet met onder andere een delegatie van de nieuwe operatie Homeland en een delegatie van het Eurocorps naar aanleiding van het 25-jarige bestaan van het Europese legerkorps. Vervolgens rolden de gemotoriseerde troepen over het Paleizenplein met onder meer de Piranha-pantservoertuigen, de Unimog-vrachtwagens en de ontmijners.

Naast het militaire defilé is er traditioneel ook een burgerdefilé. Dat defilé bestaat uit de federale en lokale politiediensten, de civiele bescherming, de douanediensten, de brandweer, B-FAST, de federale overheidsdienst Volksgezondheid en het Rode Kruis.

De hele parade werd afgesloten met het spelen van de Europese hymne en de Brabançonne.