© BELGA

CD&V-voorstel geeft donorkinderen recht identiteit ouder te kennen

Indien het van CD&V afhangt, moeten kinderen die verwekt zijn met donormateriaal, in staat zijn de identiteit van de donor te kennen. Een donor kan zich daartegen verzetten, maar in dat geval moet een nieuw op te richten instantie de vraag om anonimiteit afwegen tegen de belangen van het kind. Enkel als sprake is van zwaarwichtige redenen, kan die instantie beletten dat de donor bekend wordt gemaakt.

De Vlaamse christendemocraten hebben al twee jaar geleden een voorstel ingediend dat het mogelijk maakt de identiteit van een donor te achterhalen. De partij brengt de tekst opnieuw onder de aandacht, nu blijkt dat een een Belgisch donorkind - een dertiger intussen - via commerciële DNA-databanken en stamboomonderzoek zijn biologische vader heeft getraceerd.

De huidige wet uit 2007 op de medisch begeleide voortplanting neemt de anonimiteit van de donor als uitgangspunt. Wanneer gameten (ei- of zaadcellen) worden gebruikt, moeten fertiliteitscentra alle gegevens die tot de identiteit van de donor kunnen leiden, onbruikbaar maken. De niet-anonieme donatie waarbij sprake is van toestemming van donor en ontvanger, is wel toegestaan. Embryodonatie is dan weer uitsluitend anoniem.

Het wetsvoorstel van Kamerlid Els Van Hoof maakt het mogelijk dat kinderen die met donormateriaal zijn verwekt, vanaf hun achttien jaar de identiteit van de donor te weten komen. Met andere woorden: de anonimiteit van donoren van gameten of van de genetische ouders bij embryodonatie verdwijnt. Van Hoof is geen voorstander van een tweesporenbeleid waarbij twee systemen naast elkaar bestaan. Dat roept immers een ongelijkheid in het leven tussen donorkinderen wiens ouders voor een identificeerbare dan wel anonieme donor hebben gekozen, luidt de redenering.

De donor kan verzet aantekenen tegen de vrijgave van zijn identiteitsgegevens. Het gaat daarbij om de naam, voornamen, geboortedatum en gemeente. In het CD&V-voorstel kan een beperking van het recht van het kind om de identiteit te kennen, enkel in geval van zwaarwichtige motieven. Een nieuw “Federaal Agentschap voor Donorgegevens” moet die afweging maken.

Van Hoof pleit ook voor een gespecialiseerde omvang voor donorkinderen die worstelen met vragen over hun afkomst, maar ook voor wensouders en donoren. Het voorstel wijzigt niets aan de gegarandeerde anonimiteit voor wie in het verleden doneerde. “Om mensen toch te helpen, moet binnen het nieuwe Agentschap ook een databank worden opgericht, waar op vrijwillige basis DNA-profielen van donoren en donorkinderen worden bewaard. Ook halfbroers en halfzussen kunnen elkaar zo op het spoor komen”, besluit het Kamerlid.

(belga)

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer