Duitse regisseur Andrea Breth: ‘Hoop is de heftigste foltering’

'Het muziektheater is mijn redding uit de dagelijkse realiteit.' © Bernd Uhlig
Els Van Steenberghe
Els Van Steenberghe Els Van Steenberghe is theaterrecensent.

In Il prigioniero/Das Gehege, twee korte opera’s waarin de dood rondwaart, focust de Duitse regisseur Andrea Breth op de innerlijke vrijheid van de vrouw.

Zal het publiek de zaal in tranen verlaten?

Andrea Breth: Helemaal niet! Ik geef toe dat Il prigioniero, het eerste deel van de opera, droevig is. Maar het is prachtig georkestreerde droefheid. Luigi Dallapiccola componeerde de opera in 1944 en werkte het stuk af in 1948. Hij wilde de ellende van de Eerste Wereldoorlog in tonen en klanken vatten en schreef expressieve muziek, met razendsnelle strijkers, aria’s die wanhoopskreten worden en grootse koorzang. Het verhaal vat perfect hoe wezenloos mensen zich gevoeld moeten hebben in die oorlogstijd. Dallapiccola voert een gevangene op die door de gevangenisbewaker ‘broeder’ wordt genoemd. Daardoor krijgt de gevangene hoop. Misschien helpt die bewaker me hieruit, denkt hij. Op een dag zet de bewaker de deur open. De gevangene wandelt naar buiten, recht naar een fel licht. Het blijkt het licht van de brandstapel te zijn waarop hij zal sterven. De bewaker gaf de gevangene hoop. Hoop is de stilste maar heftigste foltering. In dit geval niet alleen voor de gevangene, maar ook voor zijn moeder. De zangeres die de moeder speelt, Ángeles Blancas Gulín, zingt ook Das Gehege, het tweede deel van deze voorstelling.

Op de scène vertel je verhalen die mensen beroeren en hen eventjes optillen uit het dagelijkse leven

Waarom?

Breth: Misschien is de vrouw uit Wolfgang RihmsDas Gehege (2004) wel de moeder van de gevangene? Die mogelijke link is de reden waarom dirigent Franck Ollu en ik beide opera’s combineren. Nadat we in 2015 Jakob Lenz hadden gemaakt, stelde intendant Peter de Caluwé van De Munt voor om nogmaals samen te werken. We hoopten dat Rihm een werk voor ons zou componeren, maar daartoe ontbrak hem de tijd. Dus kozen we voor zijn Das Gehege. Dat korte stuk ontstond in een theaterzaal. Rihm woonde een opvoering bij van Schlußchor, een stuk dat Botho Strauss in 1991 schreef over de val van de Berlijnse muur. Geïnspireerd door het laatste bedrijf schreef Rihm deze opera. Het enige personage is Anita von Schastorf. Zij laat een arend vrij uit zijn kooi in de dierentuin. Als blijkt dat het dier niet van die vrijheid kan genieten, doodt ze het.

Op het wapenschild van Duitsland prijkt een arend. Maakt u ook een politiek statement?

Breth: Dat is niet onze eerste intentie. We vertellen bovenal een filosofisch verhaal. De muziek van Das Gehege, met dreigende strijkers en zinderende aria’s, is als een stormram die over je heen dendert. Het is hard en heftig, maar zo mooi. De vrouw die de vogel vrijlaat en doodt, vervult haar eigen wensen. Ze is zoals de muziek klinkt: extreem vrij. Zij staat voor het geheime, innerlijke leven van elke vrouw. Een vrouw is de geheimen die ze in zich draagt.

Ensceneert u uw geheimen in uw opera’s?

Breth: (stilte) Ja. Maar ik verklap ze niet. Ik kan wél vertellen dat je geen realistisch decor hoeft te verwachten. Op de scène moet je geen realiteit willen faken. Op de scène vertel je verhalen die mensen beroeren en hen eventjes optillen uit het dagelijkse leven. Sinds mijn veertiende, toen mijn moeder me meenam naar Die Zauberflöte in de Weense Staatsopera, ben ik verslingerd aan het muziektheater. Het is mijn redding uit de dagelijkse realiteit. Als ik niet aan een opera werk, dan reis ik rond en zoek de vrijheid die ik in het gewone leven amper vind.

Il prigioniero / Das Gehege gaat op 16/01 in première in De Munt en is er te zien tot 27/01. Info: www.demunt.be

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content