Discussie over penitentiair verlof lijkt onafwendbaar

Premier Charles Michel na de Nationale Veiligheidsraad: ‘We moeten koelbloedig blijven.’ © BELGA

De regering treedt eensgezind naar buiten. Maar een discussie over het penitentiair verlof lijkt onafwendbaar. Volgens Vincent Houssin van de liberale politievakbond VSOA had Herman geen penitentiair verlof mogen krijgen.

Peter De Lobel

‘Zijn naam kwam voor in twee rapporten van de Staats­veiligheid en één informatierapport van de politie. Het ging om zijn relatie met anderen, het waren dus geen rapporten over de dader rechtstreeks. De veiligheidsdiensten, álle diensten, hebben op basis daarvan besloten dat er geen aparte kwalificatie nodig was naar terreur.’ Premier Charles Michel (MR), geflankeerd door zijn vicepremiers en de betrokken ministers, hield zijn ploeg gisteren met woorden bijeen op de persconferentie na de Nationale Veiligheidsraad.

Minister van Justitie Koen Geens (CD&V) had daar omstandig uitgelegd wat er over de dader van de aanval in Luik, Benjamin Herman, geweten was, zoals zijn hele ‘penitentiair parcours’. Dat was nodig, want bij het binnengaan liet vicepremier Alexander De Croo (Open VLD) niet na te vermelden dat hij ernstige vragen had. ‘Als men ziet dat dit soort mensen vrijgelaten wordt en zo’n zware feiten pleegt, werken onze systemen dan wel?’, vroeg de liberaal zich af.

Na afloop van de Nationale Veiligheidsraad werd wél duidelijk aan één zeel getrokken. Michel voerde alleen het woord en nadien ging Geens samen met minister van Binnenlandse Zaken en Veiligheid Jan Jambon (N-VA) naar de tv-studio van Ter­zake. Net dezelfde aanpak als na de aanslagen van 22 maart in Brussel en Zaventem. Het veiligheidsduo Jambon-Geens herhaalde voor de camera een aantal keer dat het onderzoek nog alles moet uitwijzen, dat het zelfs te vroeg is om te zeggen dat de dader geradicaliseerd was. ‘Wat is radicalisering? Het is niet omdat iemand dagelijks bidt, dat je de conclusie moet trekken dat hij tot dit soort daden in staat is’, zei Jambon. Geens benadrukte dat het ging om een draaideurcrimineel. ‘Een autochtone Belg die alle mogelijke kleine misdrijven gepleegd heeft, allemaal sterk gerelateerd aan drugs.’ Maar, voegde hij eraan toe, er was niets wat in deze richting wees. Daarom was het volgens de minister ook normaal dat de man penitentiair verlof had gekregen.

Tot politiek gekrakeel kwam het gisteren niet. Maar dat er nog woelige dagen aankomen, daarvan is iedereen zich bewust. Geens kwam enkele weken geleden onder liberaal vuur na de moord op een verpleegster door een gevangene die vervroegd werd vrijgelaten. De minister beet toen fel van zich af in de Kamer. Het ging in dat geval over een heel andere veroordeling en in het geval van Herman werd vervroegde invrijheidstelling in 2015 nog geweigerd. Toch ziet Geens de bui hangen. ‘Die discussie zal opnieuw de kop opsteken, ja, daar ben ik zeker van.’

Bekeerd tot islam

Alvast de liberale politievakbond VSOA wil het systeem van penitentiaire verloven herbekijken. ‘De opvolging van gedetineerden bij penitentiair verlof of uitgaansvergunning is geen taak voor de politie maar voor justitie, en moet beter én strenger’, zegt VSOA-ondervoorzitter Vincent Houssin. ‘Het had bij Herman nooit tot een veertiende penitentiair verlof mogen komen.’

Ook het onderzoek van het parket kan nog stof tot discussie leveren. In Open VLD-kringen werd gisteren langs de neus weg bijvoorbeeld nog gewezen op de (anonieme) verklaringen van een cipier uit de gevangenis van Marche-en-Famenne op VTM. Die zei onder meer dat er een rapport opgesteld was nadat Herman zich had bekeerd tot de islam, maar dat hij niet werd opgevolgd zoals andere geradicaliseerde gevangenen. Dat kan perfect vallen onder de noemer ‘zijdelings’ in een rapport. Maar het bevat ook een groot potentieel aan ‘stilte voor de storm’.