De horecazaken reduceerden hun dagomzet via het frauduleuze kassasysteem van Euro Tap Control. (Die firma en haar oprichters werden vorig jaar veroordeeld voor het faciliteren van fiscale fraude, nvdr.) Naar schatting 60 tot 70 procent van de inkomsten werd in de boekhouding opgenomen. Met het overige ‘zwarte geld’ werden het personeel en de leveranciers betaald. Voor alle horecazaken samen werd 9,56 miljoen euro aan omzet en 1,66 miljoen euro aan BTW niet aangegeven.

De Bijzondere Belastinginspectie (BBI) stelde de fraude in 2012 vast na controles, maar het zwart geldcircuit was al sinds 2005 gangbaar in de horecazaken. Alle beklaagden waren op de hoogte en hadden actief aan het gesjoemel deelgenomen. De BBI vorderde 13 miljoen euro aan aanslagen. De fraude deed de Noë Groep uiteindelijk de das om: eind 2014 werd het faillissement uitgesproken.

Jo P. werd vrijdag veroordeeld tot achttien maanden cel met uitstel. De vroegere algemene managers van de zaken en zijn boekhouders kregen celstraffen van zes tot acht maanden met uitstel en boetes tot 4.800 euro, waarvan telkens de helft effectief. Twee boekhoudkantoren moeten 60.000 euro betalen, waarvan 12.000 euro effectief.

Omdat de beklaagden nog niet eerder voor dergelijke feiten veroordeeld werden, besloot de rechtbank om hen geen beroepsverbod op te leggen. Ook de vordering van het openbaar ministerie, dat de ontdoken vennootschapsbelasting verbeurd verklaard wilde zien, werd afgewezen, omdat er ook nog fiscale procedures lopen.