Direct naar artikelinhoud
Paradise City

Paradise City: feestje op fijne funktracks en foute classics

Een vrolijke festivalganger dankt de goden voor de beats.Beeld Francis Vanhee

Terwijl hiphop het nooit meer kerende hoogtij vierde op Couleur Café, en de hipsterkids heil zochten op het Hollandse Down The Rabbit Hole, eerden wij nieuwe en oude klassiekers op Paradise City, het elektronische muziekfestival aan het kasteel van Ribeaucourt in Perk.

Plaatjes draaien is een extreem bescheiden beroep, waarbij je de muziek uit het verleden en heden naar eigen eer en geweten tot zijn recht laat komen op de dansvloer. Is naar een dj-set turen uiteindelijk meer dan dansen op schijven van de meest getalenteerde afwezigen? Natuurlijk wel: de magistrale Jayda G bijvoorbeeld, spint muzikaal en fijngevoelig alsof ze nog steeds het vioolspelen beheerst. Ze is een cratedigger en vinylverslindster van het eerste uur, en dat zorgt voor een uiterst authentieke sound. 

Paradise City is er niet voor kniezers, al wordt een traantje bij zonsondergang gedoogd –'t is hier zo schoon, meneer

De eerste uren op Paradise City stonden in het teken van warme seventies soul en funk – en alsof het nog niet heet genoeg was, dwongen de artiesten de lichamen van de aanwezigen in bochten zoals doorgaans enkel chiropractors in animatiefilms dat kunnen. Ook onze Belgische pas gekroonde draaitafelkoningin Alia kon niet ontbreken op een affiche die garant staat voor warme, nostalgische beats en sublieme four-to-the-floors.

Lees verder onder de foto.

Zonsondergang aan het kasteel van Ribeaucourt.Beeld Francis Vanhee

Hartverwarmende drukverschillen geleiden het volk het domein op, onder de toren van het kasteel van Ribeaucourt. Ze bestaan uit een kleurrijk allegaartje, met bloemenkransen, doorkijkshirts, glittersokken en een hagelwitte lach. Paradise City is er niet voor kniezers, al wordt een traantje bij zonsondergang gedoogd –'t is hier zo schoon, meneer.

Lees verder onder de foto.

Wanneer de avond op zijn einde loopt, worden de festivalgangers loslippiger.Beeld Francis Vanhee

Tussen het negende en het elfde uur avonduur voelden we ons even verloren bij Byron The Aquarius – een steengoede jazzpianist turned housemaster. Voor het podium van Play Label Records vond je trouwens de hele dag lang de meest gedegen elektronicaliefhebbers zwevend van plezier, met als hoogtepunt de set van Lil' Louis: een bescheiden naam voor een uur lang muzikaal genot zonder weerga.

Pretoogjes

De rest van de podia noopten ook tot pretoogjes, ellebogen in de lucht en voetenwerk van de bovenste lade, al leken de sets elders soms geprogrammeerd voor volk dat het net iets minder belangrijk vond wie er juist de usb-poorten bestierde.

Zonneschijn en danspassen op Paradise City.Beeld Francis Vanhee

Zo was Joris Voorn voer voor bijna iedereen, met om de vijf minuten een piek en een bijhorende drop, en absurde tussengooisels zoals de remix van 'With or Without you', die het laatste kwartier van de avond inluidde. En over het bescheiden beroep van platenmenner gesproken: de onvolprezen Jayda G van eerder op de middag zou je bijvoorbeeld nooit vinden op een Joris Voorn-show. Het was bijna heiligschennis, hoe extreme dansbaarheid ook zo hard op de emoties speelde. 

Het was bijna heiligschennis, hoe extreme dansbaarheid ook zo hard op de emoties speelde

Wij knabbelden op een stukje nostalgie dat uit ons keelgat naar boven schoot, en vonden onze zielgenoten ironisch dansend op een houten platform. Twee meiden lang en kort voerden aerobicsoefeningen uit ter ieders visueel genot. En om meteen te duiden hoe verscheiden de leeftijd van de festivalganger is; een dame vervoegde het gezelschap met de woorden: "Ik kan dat ook nog, en ik ben zestig!", waarop ze haar rechterbeen gezwind over de balustrade wierp. Ook in het publiek waren jong en oud aan de buigzame kant, meenden we te ontwaren. De voorgaande Caspar en Don Cabron krijgen nog een eerbare vermelding, voor het stevig opwarmen van dit zootje ongeregeld. Al dit moois gebeurde onder het tentzeil van de Ketaloco stage – niet echt de beste naam voor een podium als je snel dronken vrienden moet terugvinden, maar wel uitgeroepen tot de place to be voor zorgeloos stampen op dag één.

Lees verder onder de foto.

Bromance op Paradise City.Beeld Francis Vanhee

Een tragikomisch bijverschijnsel was dat de planken vòòr de Love Stage – een soort vervanging van een main stage – later op de avond zo goed als onbevolkt waren. De programmatie blijft hier op Paradise City ongewone stuiptrekkingen vertonen, al is het voornamelijk mooi om te zien dat er niet echt een hiërarchie in de podia terug te vinden valt.

Inlopertje voor het weekend

Al bij al was de eerste dag zoals die de laatste jaren altijd is geweest: een inlopertje voor het weekend, met fijne funktracks maar weinig grote namen, en af en toe een ironisch foute classic onder de goede smaak gedraaid. Godefridus van Schoten, de eerste heer en meester van het Kasteel van Perk, keek en zag dat het een goed feestje was – alhoewel hij moest toegeven dat hij house nog altijd een beetje 'boenke boenke'-muziek vindt.

Genieten op Paradise City tijdens de nachtelijke uren.Beeld Francis Vanhee