Direct naar artikelinhoud
lust & liefde

"Na die ene keer wilden we elkaar vaker ontmoeten. Maar ook hij had kinderen en verplichtingen"

Corine Koole interviewt over de raadselen van passie en liefde
Beeld ThinkStock

Claire (39) had rust gevonden in haar leven. En harmonie. Tot ze verliefd werd op een collega. Toch blijft hun liefde er eentje vanop  ­afstand: een afstand die wordt opgevangen met brieven en Facetime, maar nooit echt helemaal wordt overbrugd.

"Nog voor ik in de gaten had wat precies de gevolgen konden zijn, appte hij: ik ben naar je onderweg. In de jarendertigwoning waar ik met mijn twee dochtertjes woon, klom hij de trap op. Er stonden kinderschoentjes op de onderste treden. Ik keek hem aan: ben jij hier echt? Vaag begreep ik dat ik een grens overschreed door hem hier te ontvangen. Door hem als het ware deelgenoot te maken van wie ik nog meer was. De twee levens, het ­grotendeels gefantaseerde leven van ons beiden en mijn eigen, hyperreële leventje met de kinderen, begonnen in elkaar over te lopen op het moment dat hij boven stond. 

“Hoezeer ik hem hier ook wilde, deze ingeving zou weleens niet goed kunnen uitpakken voor ons beiden. Maar hoe absurd deze ontmoeting bij mij thuis ook was, mijn verlangen was groter. We kenden elkaar uit de lucht, ik ben stewardess, hij piloot. In slechts één vlucht ontstond er tussen ons zo’n vriendschap die je helemaal opslokt en uitdaagt steeds grappiger uit de hoek te komen. We voedden elkaars nieuwsgierigheid met ­songteksten en boeken, we ontdekten in elkaar eenzelfde soort melancholie, prikkelden elkaar met onze dagboekfragmenten en snelle ingevingen. En toen de grappen serieuze gesprekken werden en we een nog grotere ­verwantschap voelden, veranderde de vriendschap onverwacht in iets wat onontkoombaar en erotisch was.

“Pats. Een week eerder, tijdens een uitje met de bemanning naar het circuit in Singapore, liepen we eindeloos samen rondjes. Steeds kwam er een bij, en nog een en nog een en uiteindelijk zoenden we, terwijl de Formule 1-wagens om ons heen scheurden. Ik was een jaar eerder gescheiden en blij met de rust die ik had ­hervonden, blij met het overzichtelijke van mijn leven: de ene week de kinderen, de andere week de wereld. 

"Harmonie en verliefdheid bleken twee totaal verschillende vormen van geluk. Door de een bij de ander te voegen, verdubbelde het geluk niet, maar brokkelde het aan beide kanten af. Al wist ik dat toen niet. Op het moment zelf, daar boven aan die trap, was ik dolblij en verwonderd. Naast de kinderjasjes aan de kapstok omhelsden we elkaar en binnen ging hij op de Tripp Trapp-stoel ­zitten, alsof hij hier al jaren kwam en die kinderstoel zijn gewoonteplek was. We praatten en praatten en dronken de ene kop thee na de andere, vijf uur lang. Voordat ik hem die ochtend binnenliet, miste ik niks. Maar toen hij diezelfde middag vertrok, begon het knagende verlangen. Iets wat er 24 uur eerder niet was geweest miste ik of mijn leven ervan afhing. Alsof de liefde me besloop.

'Uiteindelijk zoenden we, terwijl de Formule 1-wagens om ons heen scheurden'

“Want na die ene keer wilden we elkaar vaker ontmoeten. Maar ook hij had kinderen en verplichtingen. Er ontwikkelde zich een verhouding waarin we elkaar lange brieven schreven vanuit de lucht en hotellobby’s. Het gebeurde dat ik in Kaapstad was en hij in Colombo. Op de een of andere manier maakte die reële afstand de figuurlijke afstand draaglijker en zelfs romantisch. In de beslotenheid van de cabine en de cockpit begonnen we onszelf te zien als personages in een speelfilm. We ­facetimeden dag en nacht. Zo lagen we samen in bed, luisterden we samen naar muziek, douchten we samen, aten we samen. We lieten ons afleiden door de duizenden kilometers die ons scheidden, het verlangen die te overbruggen.

“Dat we elk nog steeds met handen en voeten gebonden waren aan onze levens thuis, negeerden we. Al pratend en schrijvend maakten we plannen voor vakanties naar Scandinavië en de Filippijnen, reizen waarvan we wisten dat we ze nooit zouden maken. In zijn brieven bejubelde hij als een soort jonge Goethe hartstochtelijk onze liefde. ‘Claire, de meeste mensen dromen alleen maar van een liefde als de onze, en wij hebben het.’

“Nu, een jaar verder, zijn we nog steeds samen op afstand. Ik wil niet zeggen dat de liefde tussen ons niet echt is, maar om liefde te laten groeien heb je de juiste omstandigheden nodig. Het is nooit mijn bedoeling geweest om hem zo’n wezenlijk deel van mijn leven te gunnen en tegelijk wilde ik niks liever. We zitten onder een glazen stolp samen. Ik heb alles onder controle, lachte ik tegen een vriendin die me waarschuwde, ik kan ieder moment weer terug. Tot ik me realiseerde: met elke keer vrijen, elke toenadering, elk uitstapje, elk bezoek, wordt hij belangrijker voor me en is het gat dat hij achterlaat lastiger te vullen. Hij noemde onze liefde een gedeelde reis, maar waar reizen we dan naartoe? Wat is de eindbestemming?

'Ik heb alles onder controle, lachte ik tegen een vriendin die me waarschuwde, ik kan ieder moment weer terug'

“Toen ik een paar maanden geleden ernstig ziek werd en niemand wist wat ik mankeerde, zag ik pas goed hoe we elkaar voor de gek aan het houden waren. Onze lyrische, opzwepende gesprekken en brieven verhulden eerder het gebrek aan gezamenlijkheid dan dat ze die gezamenlijkheid mogelijk maakten. Daar, in dat ziekenhuisbed, las ik de verdrietige mail van de man die wel naar me toe wilde komen, maar niet kon.

“Op dat moment dachten we hetzelfde: wat zijn we eigenlijk opgeschoten sinds die eerste zoen op het circuit in Singapore? Als we zelfs in noodgevallen niet samen kunnen zijn, lopen we dan niet nog steeds diezelfde rondjes? Wat heb je eraan als je oude pijn wordt ­verzacht door iemand die weer een nieuwe pijn aanwakkert? We doen elkaar tekort met ons slopende verlangen onze tegengestelde belangen te combineren. Er komt een moment dat we de moed verzamelen die stolp te breken en ons te bevrijden. Maar alsjeblieft, laat dat niet morgen al zijn. En ook niet volgende week.”