Direct naar artikelinhoud
interview

Nationale Geluksonderzoek: “Het ideaal van altijd meer en meer is een valkuil”

Als de mooie dure villa nooit mooi en duur genoeg kan zijn
Beeld Photo News

Hoe gezonder we zijn en hoe beter onze relaties zijn met geliefden en vrienden, hoe gelukkiger. Maar met centen is dat niet zo. Vanaf een bepaald puik inkomen maakt nog meer geld net ongelukkiger. “Het ideaal van altijd meer en meer is een valkuil”, zegt ‘geluksonderzoeker’ Lieven Annemans (UGent).

Sommigen hoorden er vaag al iets over. Er zou een financieel geluksplateau zijn. Wie dan nog meer gaat verdienen, wordt daar niet meer echt veel gelukkiger van.

Maar het nieuwste deel in het Nationale Geluksonderzoek dat gezondheidseconoom Annemans voert, laat nu ook zien dat het na dat fabelachtige plateau, dat voor de meesten onbereikbaar is, zelfs bergaf gaat met het geluk. Met andere woorden: nog meer inkomen en je gaat je net ellendiger voelen.

Dat gaat in tegen onze intuïtie.

Annemans: “Absoluut. Zeker in een wereld waarin competitie en materieel en financieel zo belangrijk zijn. Toch zien we zeer duidelijk dat geluk piekt met een maandelijks netto persoonlijk inkomen van 4.000 à 4.500 euro. We houden bij de berekeningen trouwens rekening met de gezinssamenstelling. Nog meer inkomen en mensen gaan zich minder gelukkig voelen. Het is wel niet zo dat deze erg rijke minderheid op zich een ongelukkig clubje is. Maar meer geld is vanaf dan geen geluksbrenger meer, integendeel. En daarom voelt iemand met 6.000 euro per maand zich niet gelukkiger dan iemand met 2.500 euro per maand.”

‘Wie nog meer heeft dan het plateaubedrag van ruim 4.000 euro per maand, is minder tevreden met woning, werk, vriendschappen en inkomen dan wie minder verdient’

Verbaast u dat?

“We wisten uit eerdere statistieken al van dat plateau, maar dat de tevredenheid daarna afzwakt is vrij nieuw en opmerkelijk. Zeker als je weet dat dat voor gezondheid en sociale relaties niet zo is. Hoe gezonder en hoe beter onze relaties, hoe gelukkiger we ons voelen en daar zit geen plateau of limiet op. Met inkomen blijkt dat dus niet zo te zijn. Mensen die nog meer inkomen hebben dan dat plateaubedrag geven gemiddeld lagere tevredenheid aan over hun woning, hun werk, hun vriendschappen en hun inkomen.”

Waarom?

“Psychologen en sociologen zouden dit moeten uitdiepen, maar mijn vermoeden is dat vooral grotere werkstress, competitie, mogelijk ook jaloezie kunnen meespelen en dat steeds meer en duurdere spullen najagen op den duur geen gelukkig makend effect meer heeft. Het is het fenomeen van ‘ik heb een mooie villa en een chique auto maar ik wil vooral een nog mooiere villa en een nog chiquere auto.’ Het verlangen naar nog meer en beter maakt ongelukkig en het genot van nog een chique aankoop is te vluchtig om dat te compenseren.”

Bij deze allerrijksten weegt eenzaamheid ook het zwaarst?

“Het heeft een sterkere impact. Dat wil niet zeggen dat ze per definitie eenzamer zijn. Maar als ze het zijn, dan maakt het hen ongelukkiger dan iemand die eenzaam is en een lager inkomen heeft. We vermoeden dat dat vooral komt omdat ze minder andere besognes hebben zoals voorzien in basisbehoeftes zoals werk, een huis en praktische zaken.”

‘Geld maakt gelukkig, maar geluk is veel meer dan dat’

Hoe belangrijk is geld nu in het totale geluksgevoel?

“Bij iedereen die minder dan 4.000 à 4.500 netto gepersonaliseerd inkomen per maand heeft, maakt meer geld gelukkiger. Geluk bestaat echter uit veel lagen. Bovenop voldoende middelen om basisbehoeften te vervullen, zijn ook zekerheid en stabiliteit nodig en daarnaast zijn autonomie, competentie en betrokkenheid doorslaggevend. Dat betekent dat zelf beslissen wat er in en met je leven gebeurt, goede relaties en je zelfzeker voelen over wat je kunt en doet ook je geluksgevoel bepalen. Dat zie je bij de dertig procent laagste inkomens. Mensen in die groep die wel gelukkig zijn, zijn dat omdat ze bijvoorbeeld goede vriendschappen of relaties hebben. Ook een zeer goede fysieke gezondheid en je werk echt graag doen, zelfs al betaalt het niet zo goed en zelfs als is je totale inkomen laag, leidt tot meer geluksgevoel.”

En je persoonlijkheid? Recent onderzoek toont dat de acht procent Belgen die het slechtst scoren op vlak van gezondheid, onderwijs én huisvesting vaak gelukkiger zijn dan de groep die op die vlakken het best scoort.

“Inderdaad. Geluk is iets glibberigs om te meten en iedereen vult het anders in. Er zijn dus heel wat valkuilen voor onderzoekers. Die acht procent die zich in slechte basisomstandigheden toch gelukkig voelt, illustreert dat zeker ook sociale relaties, autonomie, persoonlijkheid meespelen. Maar onze gegevens tonen dat de grote groep van armsten toch een pak ongelukkiger is dan zij die een gemiddeld of meer dan gemiddeld inkomen hebben.”

‘We voelen ons nu gelukkiger dan mensen in de jaren vijftig. Maar als je inzoomt op hoe mensen zich nu voelen, dan zien we een stagnatie’

Hoe ontevreden en ongelukkig zijn we vandaag als land?

“Dat hangt af van je invalshoek. Hoewel de levensstandaard hier objectief gezien een stuk hoger is dan het Europese gemiddelde, zijn zeven op tien Belgen niet tevreden met zijn inkomen. Dat maakt ons in vergelijking met buurlanden en Europese landen met vergelijkbare inkomens een pak ontevredener over dat aspect van ons leven.”

“Tegelijkertijd scoort België in internationale geluksbarometers globaal niet zo slecht. We horen altijd dat Denemarken het gelukkigste land ter wereld is, maar in dat vergelijkende onderzoeken liggen wij daar een half punt achter. Zo’n groot verschil is dat niet. Wel zie je in die barometers, zoals die van de Nederlandse professor Ruut Veenhoven, dat de geluksevolutie in België al een paar jaar stagneert.”

We worden dus niet almaar gelukkiger?

“Als je het over de lange termijn bekijkt wel. We geven nu hogere levenstevredenheid aan dan in de jaren vijftig. Maar als je inzoomt op hoe mensen zich nu voelen of vergelijkt op korte termijn, dan zien we dus die stagnatie. Voorspoed en materiële welvaart leiden bij ons niet meer tot nog meer geluk.”