Natuurhulpcentrum Opglabbeek vangt recordaantal inheemse dieren op

door
Belga
Leestijd 2 min.

Het natuurhulpcentrum in Opglabbeek heeft in 2018 een recordaantal van bijna 8.000 dieren opgevangen. Vooral het aantal inheemse dieren ligt beduidend hoger dan in de vorige jaren. Dat schrijft VRT NWS en wordt door het natuurhulpcentrum aan Belga bevestigd. In 2018 heeft het natuurhulpcentrum een 1.000-tal dieren meer opgevangen dan vorig jaar. Ook in 2015 kende het centrum een recordjaar met zo'n 7.950 opgevangen dieren, maar dat kwam vooral door een grote inbeslagname op de luchthaven van Zaventem. Het natuurhulpcentrum vangt twee groepen dieren op, namelijk de inheemse dieren - zoals een merel, vos of koolmees - en de exotische dieren.

De 1.500 opgevangen exoten in 2018 liggen in de lijn van de vorige jaren. "De exotische dieren zijn dieren die eigenlijk niet thuishoren in onze natuur. Dat varieert enorm en hangt van grote inbeslagnames af, bijvoorbeeld een 400-tal parkietjes en papegaaien op een illegaal transport, maar ook recentelijk drie beren uit Litouwen. Er zijn ook roofvogels die niet in België thuishoren en katachtigen die bij mensen thuis zaten", legt Michaël Deryckere van het natuurhulpcentrum uit.

Met 6.500 inheemse dieren werd wel een absoluut record gevestigd. De top 3 wordt gevormd door de houtduif of wilde duif (880), de egel (800) en de wilde eend (470). "Als je het uittelt, zie je dat de top 3 samen 25 procent van alle opgevangen dieren vormt. We hebben nog nooit zoveel dieren gehad die uit België komen. Door de warme zomer zijn de dieren duidelijk in de problemen geraakt", zegt Deryckere, die ook enkele opmerkelijke dieren herinnert. "In het voorjaar was het speciaal dat we een wilde wolf hebben opgehaald, die helaas aangereden en dood was. We hebben ook twee jonge bevers opgevangen en het is nog nooit gebeurd dat een natuurhulpcentrum bevers met de hand heeft grootgebracht."

Hoewel everzwijnen in Limburg voor veel overlast zorgen, moest het natuurhulpcentrum niet veel uitrukken voor aanrijdingen van everzwijnen. In 2018 moest het centrum 12 keer op pad voor aanrijdingen van evers, terwijl dat vorig jaar 20 keer was. "We moeten veel meer uitrukken voor aanrijdingen van reeën, namelijk 100 keer dit jaar. Volgens onze cijfers worden er dus veel meer reeën dan everzwijnen aangereden, maar bij everzwijnen wordt dat enorm uitvergroot. Zo hebben we ook een absoluut record van 240 reeën opgevangen en slechts een 100-tal everzwijnen", besluit Deryckere.

bron: Belga