© rr

STANDPUNT. Wereldvreemde macho’s, zonder een greintje menselijk respect

Je zou denken dat na de tragische dood van Sanda Dia tijdens een studentendoop, studentenclubs alles in het werk stellen om dergelijke drama’s te vermijden. Niet dus. Seniorenkonvent, de overkoepelende organisatie van dertig Leuvense studentenclubs, weigert het doopcharter waarover met de KULeuven en alle andere clubs wekenlang onderhandeld is, te ondertekenen.

Kris Vanmarsenille

En wel hierom: de heren van Seniorenkonvent vinden het niet kunnen dat ze aan de politie moeten melden waar hun doopfeest zal plaatsvinden. Want, zegt de voorzitter, “wij doen vaak doopactiviteiten op privédomein, of op grondgebied buiten het Leuvense. Dat zou voor ons niet moeten worden gemeld.” Deze reactie getuigt van een ontstellend hoge mate van wereldvreemdheid en een al even ontstellend gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel en respect.

Studentenclubs zijn zo oud als de universiteiten zelf en dooprituelen zijn nog ouder. Er is niets mis met een ritueel waarmee je iemand welkom heet in een nieuwe fase van zijn leven. Het is eigen aan inwijdingsriten dat ze de nieuweling onderwerpen aan een aantal proeven. Maar vaak beschouwen studentenclubs die proeven als pure vernederingen. Studentendopen ontaarden al te vaak in zuippartijen, rituelen waaraan bloed, uitwerpselen, afschuwelijke drankjes, gevaarlijke prakjes en buitenissige fysieke inspanningen te pas komen. Bij studentenclub Reuzegom moest Sanda Dia maar liefst drie liter vissaus drinken. In combinatie met onderkoeling werd hem dat fataal.

Met de doopcharters proberen de KULeuven en de andere universiteiten om dit soort uitwassen te vermijden en tegelijk de traditie van de studentenclubs en de doopfeesten in ere te houden. Dat mag een milde reactie op de gruwelijke feiten worden genoemd. Een totaalverbod op studentendopen was in de gegeven omstandigheden voor veel mensen beslist ook aanvaardbaar geweest.

Maar rectoren, stadsbesturen en politie leggen nu gewoon een aantal voor de hand liggende regels op en ze versterken de controle. Als dat voor de studentenclubs al te veel is, dan bewijzen ze dat ze hun studentikoze traditie van degoutante praktijken belangrijker vinden dan de veiligheid van hun leden en de meest fundamentele menselijke omgangsregels. Bovendien gedragen ze zich dan als wereldvreemde macho’s zonder een greintje respect voor de mensen die het slachtoffer zijn geworden van hun oh zo belangrijke rituelen.