Een derde van alle alleenstaanden in ons land (36,1 procent) zit in de zogenaamde “energie-armoede”. Ze moeten bijvoorbeeld een te groot deel van hun maandelijkse inkomen besteden aan gas- en elektriciteitskosten om nog comfortabel te kunnen leven. Dat blijkt uit de jaarlijkse Barometer Energiearmoede van de Koning Boudewijnstichting.

Alleenstaanden worden veel harder getroffen dan gezinnen: in het algemeen kampt “slechts” 21,7 procent van de Belgen met energie-armoede. Dat cijfer blijft al jaren stabiel.

Bovenop de 26 procent singles die te veel moeten uitgeven aan energie, zijn er nog ruim 6 procent die hun energieverbruik helemaal terugschroeven omdat ze anders de factuur niet kunnen betalen. “Dat zijn dan mensen die kaarsen gebruiken voor verlichting of de verwarming meteen afdraaien als de kinderen naar school zijn”, zegt Caroline George, projectcoördinator bij de Koning Boudewijnstichting. Daarbij komen ook nog een groot deel alleenstaanden die van zichzelf aangeven dat ze moeite hebben om de facturen te betalen.

Aangezien het aandeel alleenstaanden en eenoudergezinnen nog zal toenemen, vreest de stichting dat ook energie-armoede een nog groter probleem zal worden. Wat kan de politiek daaraan doen? “Het beleid moet bijvoorbeeld zorgen voor een groter aanbod aan sociale woningen voor alleenstaanden en eenoudergezinnen”, zegt Pascale Taminiaux van de Stichting.