Direct naar artikelinhoud

Ook op training is het koers

Verkenning of wedstrijd? Bij olympisch kampioen Greg Van Avermaet maakt dat nauwelijks verschil. Samen met zijn makkers van trainingsclub De Parelvissers bolde hij ruim tweehonderd kilometer op het parcours van de Ronde van Vlaanderen. En het ging stevig vooruit.

"Neen, ik ga het niet zeggen." Aandringen hielp niet: Van Avermaet (31) wilde echt niet vertellen hoeveel kilometer hij gisteren op de fiets zat. Waarom zo geheimzinnig? "Ik moet de anderen niet leren hoeveel ze moeten trainen", grijnsde hij alleen maar. Collega Oliver Naesen, trouw aan zijn zijde tijdens de verkenning, probeerde nog wat extra verwarring te schoppen. "Zeker 300 kilometer", zei hij vol overgave. Met een dikke 200 had hij dichter bij de waarheid gezeten. Hoe dan ook, er werd stevig getraind.

"Het was een goede dag", knikte Van Avermaet. "Ik ben thuis vertrokken, heb 'Oli' opgepikt en dan zijn we samen naar de Haaghoek gereden, waar we het parcours zijn opgedraaid. De Muur hebben we niet gedaan, want die ken ik ondertussen van buiten, maar alle andere hellingen hebben we gedaan: Leberg, Berendries, Pottelberg en ga zo maar door. Een beetje zoals ik vorig jaar gedaan heb."

Van Avermaet maakte de vergelijking niet zomaar. "Ik ben een beetje op zoek naar het gevoel van vorig jaar", zei hij. "Uiteraard is mijn moreel vandaag uitstekend, maar vorig jaar voelde ik me tot aan mijn valpartij ook super. Daarom probeer ik de dingen nu een beetje op dezelfde manier te doen. Ik ben in de conditie van mijn leven, dus het zal moeten lukken."

Zelfs op training kon Van Avermaet niet wegsteken dat hij goed is. De snelheid in zijn groepje lag een stuk hoger dan bij de mannen van Lotto-Soudal of Team Sky. De meeste hellingen knalde hij vol naar boven. "Sommige hebben we sneller opgereden dan we zondag in de koers gaan doen", zei Naesen. "Echt waar. Dat we nog fris zaten en dat we bij het opdraaien niet moesten remmen voor renners voor ons helpt natuurlijk. Maar pittig was het sowieso. Ja, we hebben ook gesprint. Op zo'n parcours kunnen wij niet traag rijden."

De wielertoeristen leken wel stil te staan toen het groepje hen voorbij vlamde op de Oude Kwaremont. "Ik vind dat dat nog altijd motivatie geeft", lachte Van Avermaet. Aan Naesen had hij een zwaardere kluif. Die kwam een paar keer als eerste boven, onder andere op de Koppenberg. En aan de finish in Oudenaarde was Jempi Drucker, de Luxemburgse sprinter van BMC, de snelste.

Laatste grote test

Niet dat het veel uitmaakte. Om te weten hoe hard het echt ging, hoefde je maar naar de gezichten van de trainingsmakkers van Van Avermaet te kijken. Stijn De Bock, renner van Cibel en een vaste waarde in de trainingsgroep van de olympische kampioen, maakte met de duim over de keel duidelijk hoe hij zich voelde. Ook gelegenheidscompagnon Jori Van Steenbergen, eliterenner zonder contract, was duidelijk diep moeten gaan.

En dan moest het gezelschap nog met de fiets terug naar Waas- en Denderstreek. "Zo'n tocht doet pijn, maar dat hoort zo", zei Naesen. "Als je het niet voelt, heb je niet getraind." Van Avermaet ging helemaal akkoord. Dit was zijn laatste zware inspanning voor zondag. Vandaag doet hij nog een kleinere verkenning met zijn ploegmaats en morgen rijdt hij nog een beetje los, maar hij weet wat hij wilde weten. "Dit had ik nog een keer nodig", zei hij. "De benen zijn goed. Alle tekenen zijn goed voor zondag. Als ik niet ziek word en de conditie blijft dezelfde, ga ik er zeker heel dicht bij zijn."