Direct naar artikelinhoud

Mechelen en Gent halen historische waterlopen terug in de stad

Ambitieuze ingrepen moeten steden nieuwe impuls geven

Mechelen

Van onze medewerker

Frans Geys

Waterlopen in de binnenstad maken de stad een stuk leefbaarder en aantrekkelijker. Daarvan zijn ze in Mechelen en Gent overtuigd. Beide Vlaamse steden participeren in het Europees project 'Water in the historic city centres' en hebben plannen uitgetekend om gedempte waterlopen opnieuw open te maken en ze hun plaats in het stadsbeeld terug te geven.

Wie een kaart van Mechelen van zo'n duizend jaar oud bekijkt, ziet een terrein doorsneden met waterlopen, zijriviertjes van de Dijle en kanalen gegraven door mensenhanden. Dat hoeft niet te verbazen: het lagere deel van de stad heeft een moerassige bodem. De 'vlieten' waren van levensbelang voor de waterhuishouding. Ze hadden echter ook economisch een rol van betekenis. De goederen die in de Dijlehaven werden aangevoerd, werden overgeladen op kleine, platte schuiten en via de vlieten over de stad verspreid.

Ook alle afvalwater kwam terecht in de waterlopen die door de binnenstad stroomden. Om de steeds terugkerende overstromingen tegen te gaan, werden tussen 1893 en 1907 twee sluizen gebouwd op de Dijle en werd de 'Afleidingsdijle' gegraven, een bypass om het overtollige water snel te evacueren. De Dijle had nu geen getijdenwerking meer, de vlieten evenmin. Het gevolg: het brakke water, vervuild door fecaliën en ander afval, werd een bedreiging voor de volksgezondheid. Aan het begin van de twintigste eeuw werden de vlieten ingekokerd in betonnen buizen en verdwenen de schilderachtige waterlopen uit het stadsbeeld.

Dat verdwenen stadsbeeld wordt nu voor een heel klein stukje hersteld. De 'Melaan', een van de belangrijkste vlieten, wordt van de Persoonshoek tot aan het Jef Denijnplein opnieuw opengelegd. De waterloop wordt uitgegraven, de kademuren en de oude brug ter hoogte van de Minderbroedersgang gerestaureerd. Net zoals de meeste bruggen over andere vlieten zit het kunstwerk grotendeels ongeschonden onder het wegdek. Naast het water wordt een promenade aangelegd, de bestaande bomenrij kan behouden worden. Mechelen krijgt er in hartje stad een idyllisch plekje bij. In 2006 gaan de werken van start.

Breda, 's Hertogenbosch, het Engelse Chester en het Ierse Limerick hebben een voorstel ingediend en krijgen een subsidie. Ook Gent valt in de prijzen.

Het Gentse project is van een heel ander kaliber dan het Mechelse. Het stadsbeeld tussen Brabantdam en Dampoort ondergaat weldra een ware metamorfose. De Nederschelde wordt immers opnieuw opengelegd van Brabantdam tot Voorhoutkaai. De parking tussen Reep en Bisdomkaai verdwijnt. Een nieuwe brug zal beide straten met elkaar verbinden. Ook ter hoogte van de Keizer Karelstraat komt een brug. De waterloop wordt vervolgens doorgetrokken naar de Oude Beestenmarkt, waar een sluis wordt gebouwd. De Nederschelde mondt dan uit in de brede kom tussen Nieuwbrugkaai, Veerkaai, Rodetorenkaai en Voorhoutkaai. Daar komt een gloednieuwe jachthaven. Fietsers en voetgangers krijgen een bruggetje tussen Veerkaai en Nieuwbrugkaai. Om de 'Portus Ganda' te realiseren , wordt de Nieuwbrugkaai opengebroken over de lengte van de Nederscheldemonding.

De ooit voor de handel zo belangrijke Gentse binnenwateren werden aan het eind van de 19de eeuw voor een groot deel gedempt, vaak om parkeerterreinen aan te leggen. De Nederschelde, die in 1960 over een afstand van 500 meter werd dichtgegooid, wacht nu dus eerherstel.

Enkele ingrepen zullen de binnenstad wat opkrikken, precies het opzet van 'Water in the historic city centres'.