Direct naar artikelinhoud

Zatte groetjes vanop het zomerkamp

Voor een groep Waalse scouts zit het zomerkamp er voortijdig op omdat de leiders stomdronken waren. Volgens oud-leiders komt dat wel vaker voor. Moeten ouders het bivak vrezen?

"Er was die keer dat iedereen te zat was. Er waren meisjes van de chiro komen eten. Onze jongensscouts liet zich gaan in haantjesgedrag. Niemand was nuchter, we bleven op tot zeven uur 's ochtends. Een uur later stonden de kinderen op."

Voor een oud-leider die vijftien jaar lid was van een grote Antwerpse scoutsvereniging en anoniem wil blijven, kwam het artikel (DM 30/07) over de stomdronken scouts in Sankt Vith niet als een verrassing. "Dat had ook bij ons kunnen gebeuren", zegt hij.

Afgelopen weekend liep het fout in een kampement dichtbij het stadje in de Oostkantons. Vijf leiders van de scouts van Embourg (Luik) waren te dronken om verantwoordelijk leiding te geven aan dertien jonge padvinders tussen de acht en twaalf jaar oud. Het kamp werd stopgezet. Vier dagen vroeger dan voorzien. "De veiligheid en kwaliteit konden niet meer gegarandeerd worden", aldus de Waalse federatie.

Het is een extreem geval, maar dat er op kamp weleens wordt doorgedronken of joints worden gerookt, is voor veel oud-leden niet onherkenbaar. "Hoe streng onze leiders ook toezagen op alcohol en hoe hard we ons ook smeten voor de scoutsidealen, drank werd altijd wel meegesmokkeld. Elke scoutsvereniging heeft wel zijn zat verhaal", vertelt de oud-leider.

Dat in de gietijzeren gamel niet alleen spek en eieren, maar ook bier en schnaps belandt. Erg geruststellend is het niet voor ouders die hun kroost uitwuiven. Toch zijn er genoeg redenen om te geloven dat het verre van zo erg is als de indianenverhalen doen geloven.

"Er is geen enkele reden voor ouders tot grote ongerustheid.", zegt socioloog Hans Vermeersch (KATHO), co-auteur van het onderzoek Jeugdbewegingen in Vlaanderen. "De scouts is een goed draaiende sector, waarover zowel leden als leiding zeer tevreden zijn."

Feiten uitvergroot

Dat leiders weleens dronken zijn, kan Vermeersch zich voorstellen. "Maar dat had je vroeger ook. Alleen wordt zoiets vandaag uitvergroot. De meeste leiders zijn ernstig bezig met hun engagement. Ze krijgen intern pedagogische vormingen en een groot deel volgt die ook. Ook hebben veel leiders een attest van monitor in het jeugdwerk. Dit zijn geen pubers die aan hun lot worden overgelaten."

Bij Scouts en Gidsen Vlaanderen zijn ze nagegaan wanneer voor het laatst een kamp werd stopgezet na losbandig gedrag van leiders. "Ik heb het de voorbije tien jaar niet meegemaakt", zegt verbondsvoorzitter Simon Smagghe.

Het aantal controlemechanismen en regels oogt dan ook exhaustief. Leiders mogen niet in het zicht van leden drinken en de klok rond moeten er twee bobs zijn. Voor ze op kamp vertrekken, ondertekenen leiders bovendien een soort charter, waarin naast een noodplan bij ongeval of regen ook afspraken staan rond alcohol- en druggebruik. Daarnaast worden leiders het hele jaar door begeleid.

"We organiseren een twintigtal meerdaagse cursussen waar pedagogische vorming wordt gegeven. Onze visie op opvoeding is gematigd. Het gezond verstand van de leider primeert", zegt Smagghe.

Dat laatste zou ook een tip kunnen zijn voor ouders. Een kamp komt aan het einde van een scoutsjaar. Ouders hebben ettelijke zondagen de jongvolwassenen die tien dagen verantwoordelijk zijn voor hun kinderen aan het werk gezien. Ook dat helpt bij het afwegen of de leiding hun vertrouwen waard is.