Direct naar artikelinhoud

Belgische economie 'uiterst zwaar geviseerd' door brexit

Een slechte brexit zou op de Belgische economie een 'verschrikkelijke impact' kunnen hebben. De werkgeversorganisaties vragen aan de vooravond van de politieke onderhandelingen over de uitstap van het Verenigd Koninkrijk uit de EU daarom zo weinig mogelijk nieuwe handelsbelemmeringen.

Het VK is voor de Belgische bedrijven de vierde afzetmarkt ter wereld. Het belang van vlotte handelsrelaties kan dan ook niet overdreven worden, zo benadrukte baron Paul Buysse samen met de werkgeversorganisaties op het kabinet van minister van Werk Kris Peeters (CD&V). Buysse zit de Brexit High Level Group voor, een werkgroep die de mogelijke economische gevolgen van de brexit voor ons land de afgelopen maanden onder de loep nam.

Alle Belgische bedrijven samen exporteren jaarlijks voor meer dan 30 miljard euro aan goederen en diensten over het Kanaal. Als onderhandelingen over een handelsakkoord na de uitstap van het VK uit de Europese Unie niets zouden opleveren, zou dat ons land meer dan 2,2 miljard euro taksen en heffingen per jaar kunnen kosten, aldus Peeters.

Peeters en Buysse benadrukken wel dat dit het worstcasescenario is. Op goederen die van over het Kanaal de EU worden ingevoerd, zouden dan invoerrechten betaald moeten worden. Ook omgekeerd zouden onze bedrijven heffingen moeten betalen bij binnenkomst in het Verenigd Koninkrijk. Voor de invoer uit het Verenigd Koninkrijk zou het gaan om 670 miljoen euro, voor de uitvoer naar de Britten om 1,6 miljard euro. Daarbovenop zouden nog eens extra administratieve lasten komen.

De risico's zijn dus reëel. "De vraag is dan ook niet meer of er een harde of een zachte brexit aan zit te komen, wel hoe hard of hoe zacht de landing zal zijn", zo vat Peeters het samen.

Ook de werkgeversorganisaties die deel uitmaken van de werkgroep, zoals het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO), zetten alles op alles om de brexit zo 'zacht' mogelijk te laten verlopen. Zij hopen dat er in de praktijk zo weinig mogelijk zal veranderen, en er geen extra handelsbelemmeringen opgeworpen worden. Pieter Timmermans, gedelegeerd bestuurder bij het VBO, pleit voor "een duurzaam, goed en ambitieus handelsakkoord".

Vlaanderen zwaarst getroffen

Vooral voor de Vlaamse economie kunnen de risico's groot zijn, benadrukt Hans Maertens, gedelegeerd bestuurder van VOKA. "85 procent van de export naar het Verenigd Koninkrijk is voor Vlaamse rekening." In het bijzonder de textiel-, voeding- en chemische nijverheid en de transportsector, met bijvoorbeeld de haven van Zeebrugge, kunnen gevolgen ondervinden. Zo was het Verenigd Koninkrijk de afgelopen jaren goed voor meer dan een kwart van de export van speciale weefsels en tapijten. Indirect is maar liefst een op de vier Belgische werknemers op een of andere manier betrokken bij handel met het Verenigd Koninkrijk.

De werkgroep hamert er daarom in haar aanbevelingen op om alle juridische onzekerheid tijdens de politieke onderhandelingen over de brexit weg te nemen en overgangsmaatregelen voor de handel te voorzien. De onderhandelingen zullen twee jaar duren, en daarna moeten de gesprekken over een nieuw handelsakkoord nog starten. Dat proces kan nóg eens jaren duren. "We moeten de juridische leegte vermijden", zegt Timmermans.

Ook mag Europa zich niet uit elkaar laten spelen door een handelsoorlog. "De fundamentele doelstelling blijft de instandhouding van de Europese constructie, de vrijwaring van de Europese integratie en de verdere ontwikkeling van de interne markt", aldus Buysse.

Het eindrapport van de werkgroep werd gisteren aan premier Charles Michel (MR) overhandigd. "Dit is geen finaal onderhandelingsdocument, maar wel een startpunt", zo benadrukte Buysse meermaals.