Direct naar artikelinhoud

Eerst eten, dan kopen

In de grote Europese steden zijn zaken waar je zowel voedsel kunt kopen als ter plekke opeten, tegenwoordig schering en inslag. Maar wij hebben nu ook een voedselwinkel, en wát voor een. Je moet er wel voor naar... Destelbergen!

Nieuw, nieuw, nieuw is het niet, een voedselwinkel waar je aan een toonbank ook een snelle hap kunt gebruiken. Vooral in chique warenhuizen als Galeries Lafayette of het Berlijnse KaDeWe bestaat het allang, afgekeken van zuiderse markten als La Boqueria in Barcelona. Maar de Eetwinkel die slager Vincent Cauwenberghe in Destelbergen heeft neergezet, is behoorlijk spectaculair.

Destelbergen, of all places. Gelegen aan de Dendermondstesteenweg, een lange straat die begint aan de Gentse Dampoort, als een klein Turkije, en gaandeweg leidt naar een residentiële randgemeente. Daar staat plots, in de KMO-zone Panhuis, een groot glazen gebouw dat een autoshowroom of een benzinestation zou kunnen zijn. Maar ga naderbij, en je ziet bloemkolen en kazen liggen, en zodra de glazen deur is opengegleden, een soort walhalla voor foodies.

Wij hebben niet gereserveerd en begeven ons dus maar recht naar het eiland waar je met een twintigtal gasten kunt aanschuiven voor de lunch. Er is een dagmenu, en een beperkt aantal gerechten à la carte. Er is ook een kleinere vistoog, een derde voor broodjes, waar je 's namiddags koffie, thee en zoetigheden kunt bestellen. In de zomer is er een saladbar, die in dit seizoen dienst doet als kaastoog. Dat alles tussen toonbanken met allerlei lekkers om in je boodschappentas te laden.

De barstoelen met ruitjesstructuur zitten makkelijk en op de toonbank liggen nette witte onderleggers en dito servetten. "Hé, ze hebben je op de plaats van je leeftijd gezet", zegt de fotograaf als hij ziet dat ik op nummer 18 zit. Je zou van minder welgezind aan de lunch beginnen.

We krijgen een viertal geplastificeerde bladen met het beperkte, maar creatieve aanbod. Er is carpaccio van kabeljauw, bouillabaisse, varkenswangen.Vier soorten Franse oesters kun je bestellen per stuk, maar wij kiezen een combinatie-bord van zes. Vervolgen doen we met vis, want hoewel het maandag is, hebben we het aanbod kraakvers zien liggen blinken in de toonbank.

Een vijftal open wijnen kun je drinken per glas, maar je kunt ook in de wijnwinkel een fles gaan kiezen en die voor je laten ontkurken. Naast me zitten twee zakenmannen - iPad en iPhone in aanslag - te genieten van de goed gevulde bouillabaisse (die je ook kant-en-klaar mee naar huis kunt nemen). Wij krijgen een mandje met drie soorten brood van eigen bakkerij, Echiré-boter, olijfolie, fleur de sel en grove peper.

De oesters worden geserveerd op ijs, netjes losgemaakt, met partjes limoen. Een belon, gillardeaus en fines de claires. Leuk om ze naast elkaar te proeven.

De foodfotograaf vervolgt met fish & chips, ik heb de rog in hazelnootboter gekozen. Ik was wel benieuwd naar de fish & chips, na mijn bezoek aan de Brusselse specialist Bia Mara (DMM 25/01) en zie onmiddellijk dat dit een trapje hoger staat. Dikke, balkvormige frieten, mooi gestapeld, naast sappige vis in een luchtige korst, plus tartaarsaus. Geproefd en goedgekeurd. Mijn rog is ontgraat en wordt geserveerd met aardappelpuree (die warmer had mogen zijn) twee toefjes groene coulis, en een lekkere botersaus met kappertjes en tomaat. Ondertussen zien we de kok vlijtig doorwerken, hij heeft de handen vol.

Natuurlijk kunnen we het daarna niet laten: elk een boodschappenmandje aan de arm en inladen: traditioneel brood van eigen bakkerij, sardines van La Belle Iloise, confituur van de eigen ecoboerderij Oosse in Mater, rillettes van Groix & Nature, zeezout met citroen van Ingrédients du Monde en cantuccini van Deseo. Een gevaarlijke winkel voor lekkerbekken, waar je best niet met grote honger naartoe gaat. Of, zoals wij, er eerst iets eten om niet te gulzig te shoppen.