Direct naar artikelinhoud

Kleinere iPad verrassend duur

Apple heeft gisteren de nieuwe iPad Mini voorgesteld, een kleinere versie van de succesvolle iPad. Het is de eerste belangrijke productvernieuwing sinds het overlijden van Steve Jobs een jaar geleden.

De nieuwe tablet is met een scherm van 7,9 inch (20 centimeter) ongeveer half zo groot als de huidige iPad en kan met één hand vastgehouden worden. "Zo dun als een potlood en hij weegt net zo weinig als een notitieblok," prees Apple-topman Phill Schiller het nieuwe toestel.

De iPad Mini kost 329 euro in de goedkoopste versie, met een opslagcapaciteit van 16 gigabyte. De versies met 32 en 64 gigabyte kosten respectievelijk 429 en 529 euro.

De kwaliteit van het scherm is iets minder in vergelijking met die van de laatste iPad. De iPad Mini is vanaf 2 november te koop.

Apple wil met de iPad Mini de concurrentie aangaan met bedrijven die al langer kleinere tablets hebben. Amazon kent veel succes met de Kindle, terwijl ook Samsung al langer kleinere en goedkopere tablets in het gamma heeft zitten. Van de Google Nexus 7 zijn er sinds de lancering in juni al een miljoen stuks verkocht.

De iPad Mini is alvast een pak duurder dan zijn concurrenten. Een Kindle kost bijvoorbeeld slechts 150 euro. Op voorhand werd verwacht dat de iPad Mini in die prijscategorie zou zitten. Nu is de duurste versie van de iPad Mini zelfs duurder dan de goedkoopste iPad. Met de iPad Mini druist Apple ook in tegen de visie van Steve Jobs, die nooit geloofde in de slaagkansen van kleinere tablets.

Overigens had Apple nog meer nieuwigheden in petto. Zo stelde het een vernieuwde MacBook en een nieuwe iMac voor. Beide toestellen zijn vooral een stuk dunner dan de vorige generaties.

Er komt eveneens een vernieuwde Mac mini op de markt, verkrijgbaar vanaf 649 euro. En wie helemaal mee wil zijn, moet de iPad van afgelopen voorjaar alweer verkopen: de nieuwe versie, met een krachtigere processor, is vanaf deze week een feit.