Federale regering verwacht inspanningen van gewesten
De federale regering zal bovenop de nodige besparingen een financiële buffer aanleggen. Maar ze verwacht ook een bijdrage van de deelstaten. Vlaams minister-president Kris Peeters (CD&V) voelt zich 'niet aangesproken'.
"Ik stel voor dat iedereen voor zijn eigen deur veegt." Vlaams regeringsleider Kris Peeters windt er geen doekjes om. Neen, de Vlaamse regering zal geen overschotten boeken. Ook niet wanneer het dit keer een partijgenoot is die erom vraagt. Vicepremier en minister van Financiën Steven Vanackere (CD&V) gaf voor de start van de kern zondagmiddag de collega's van de deelstaten namelijk een goede raad mee. "Ik moedig alle overheden aan om een behoorlijke buffer aan te leggen", klonk het.
Dat advies viel niet in goede aarde in Vlaanderen, dat ook met een budgettaire oefening bezig is. "Wij gaan bij onze vervroegde begrotingscontrole uit van een groei van 0,1 procent, net zoals het federale niveau. Blijkt dat ze dat nog bijstellen naar -0,1 procent, dan zullen wij ons daar bij onze controle van maart/april aan aanpassen", zegt Peeters. "Maar overschotten of provisies voorzien, die niet door een interne Vlaamse dynamiek tot stand gekomen zijn, daar is geen sprake van. Wij ambiëren zoals steeds een voorzichtig evenwicht." Peeters voelt zich dan ook niet aangesproken door de oproep van zijn partijgenoot, stelt hij.
"Ze zullen toch moeten", zegt een regeringsbron. "Als wij een buffer aanleggen voor de tegenvallende economische groei, moeten zij volgen." En de federale regering zal die buffer aanleggen, besliste ze zondagavond. Het monitoringcomité adviseert in zijn rapport van afgelopen vrijdag een veiligheidsmarge van 500 miljoen, boven op de broodnodige besparingen van net geen 1,5 miljard euro. 350 miljoen euro daarvan zal voorzien worden als 'conjuncturele veiligheidsmarge', en dient met andere woorden als stootkussen voor het geval de Belgische economie inderdaad zal krimpen.
Het resterende bedrag van de buffer moet deze week nog technisch uitgeklaard worden door het monitoringcomité. De regering vroeg de groep topambtenaren om tegen uiterlijk eind deze week die becijfering rond te hebben. Aan de hand daarvan zal de regering dan ook het definitieve te besparen bedrag bepalen.
Daarmee is de kous voor de gewesten en gemeenschappen nog niet af. Vrijdag vindt een interministeriële conferentie plaats, een vergadering tussen de regeringen van alle niveaus. Daar zal de federale regering de gewesten vragen om de factuur te betalen voor de zogenaamde fantoombevoegdheden. Dat zijn de zaken waar de deelstaten wel voor bevoegd zijn, maar waarvan het federale niveau de rekening betaalt.
"We hebben nu een lijst van de Inspectie van Financiën ontvangen. Daaruit blijkt dat het om 246 miljoen euro gaat", weet een minister. "De vraag aan de gewesten zal zijn om die over te nemen." Peeters zegt uit te kijken naar die lijst en zal op Vlaams niveau bekijken of daar geld voor uitgetrokken kan worden tijdens de begrotingscontrole van maart/april.
In de loop van de week staan er nog technische werkgroepen op het programma. Daarnaast houdt premier Elio Di Rupo (PS) bilaterale vergaderingen met zijn vicepremiers om de standpunten van de verschillende regeringspartijen in kaart te kunnen brengen. Minister van Begroting Olivier Chastel (MR) ontvangt om de beurt alle vakministers en staatssecretarissen om de inspanningen per departement te bespreken. Zaterdagmiddag zal dan het effectieve conclaaf van start gaan. Daarvoor worden minstens vier dagen uitgetrokken.