België bij EU-landen die het hardst besparen op ontwikkelingshulp

De Belgische ontwikkelingshulp is vorig jaar met 13,3 procent gedaald tot zo'n 2,13 miljard euro. Naast Oostenrijk schroefden enkel Griekenland en Spanje hun ontwikkelingssteun nog meer terug, zo blijkt uit nieuwe cijfers van de Oeso. De Belgische daling is wel deels te wijten aan de kwijtschelding van Congolese schulden in 2010, die onze inspanning dat jaar oppompte tot 0,64 procent van het bnp.

Onder druk van de crisis snoeiden heel wat industrielanden in hun ontwikkelingshulp. Globaal viel de steun met bijna drie procent terug, met uitschieters in Spanje (-32,7%) en Griekenland (-39,3). Toch stegen de budgetten in landen zoals Zweden (+10,5%) en Zwitserland (13,2%).

Met de daling komt er een eind aan de jaarlijkse stijging die in 1997 was ingezet. "De daling van de ontwikkelingshulp is erg zorgwekkend", reageert Oeso-topman Angel Gurria. "Ze komt op een moment dat ontwikkelingslanden al hard getroffen zijn door de crisis en de hulp net het meeste nodig hebben." Gurria roept de ontwikkelde landen op hun beloftes alsnog na te komen, "ondanks hun zware besparingsplannen".

Ook 11.11.11, de koepel van de Vlaamse Noord-Zuidbeweging, hekelt "het gebrek aan langetermijnvisie en de keuze voor de makkelijkste weg. De economische context en een regering in lopende zaken mogen geen excuus zijn om de engagementen op vlak van internationale solidariteit los te laten", aldus algemeen directeur Bogdan Vanden Berghe, die nog herinnert aan de belofte om tegen 2015 0,7 procent van het bnp aan ontwikkelingshulp te besteden.