Direct naar artikelinhoud

EU-rapport: Turkije zwaar onder vuur

Het Europees Parlement bespreekt vandaag een erg kritisch rapport over de handel en wandel van de Turkse regering. Dat komt er op een moment dat Turkije van alle kanten onder vuur ligt.

De speciale rapporteur over Turkije, Nederlands Europarlementariër Kati Piri, noemt het "misschien wel het meest kritische rapport over het land in jaren". Ze presenteert het vandaag in de commissie Buitenlandse Zaken van het Europees Parlement.

Zo wordt het geen te beste week voor Turkije. In Syrië lopen de spanningen met Rusland verder op. Moskou bestempelde de Turkse beschietingen op Koerdische posities in Syrië gisteren als "provocaties, bedreigingen voor de vrede en onverhulde steun aan het internationale terrorisme". Ankara beschuldigde Rusland er dan weer van zich "als een terreurorganisatie te gedragen". Tegelijkertijd eisen de VS dat Turkije stopt met de bombardementen op Koerden in Syrië. De VS zijn via de internationale coalitie tegen IS verbonden aan Turkije, maar steunen ook de Koerden in hun strijd tegen de jihadisten in het noorden van Syrië.

En nu komt er ook nog kritiek van Europa. Het gaat niet goed met de hervormingen in Turkije, zo stelt Piri. Op een aantal belangrijke punten, zoals onafhankelijke rechtspraak, vrijheid van meningsuiting en persvrijheid, is de situatie zelfs slechter geworden. Er zijn steeds vaker berichten over de enorme druk op media: honderden journalisten zijn hun job kwijt en tientallen zitten in de gevangenis te wachten op een veroordeling.

Niet veilig

De Europese Commissie krijgt zelf forse kritiek omdat ze vorig jaar braaf luisterde naar een dringend verzoek van de Turkse president Erdogan. Een kritisch rapport verdween toen in de schuif tot na de verkiezingen van 1 november, die een overwinning voor de AK-partij van Erdogan opleverden. Dat besluit van Commissievoorzitter Jean-Claude Juncker wekte de indruk dat Europa bereid was om over allerlei gevoelige zaken te zwijgen, zolang Turkije maar meewerkte aan het oplossen van de vluchtelingencrisis.

Naast de kritiek is er ook lof voor de opendeurpolitiek die Turkije de afgelopen jaren heeft gevoerd en de manier waarop tot nu toe vluchtelingen zijn opgevangen.

Waar het rapport geen antwoord op geeft, is de vraag of Turkije wel een veilig land is, waar je volgens Europese plannen vluchtelingen naar kunt terugsturen. Volgens Piri is dat juridisch gezien nog niet het geval. "Zolang Turkije mensen niet de gelegenheid geeft om asiel aan te vragen in het land, kun je het juridisch gezien geen veilig derde land noemen. De Europese Commissie bepleit om zelfs zonder die mogelijkheid tot een asielaanvraag Turkije tot een veilig land te verklaren. Dat is een heel grote draai."

Militarisering

Piri uit ook diepe bezorgdheid over de militarisering en de steeds grimmiger situatie in het zuidoosten van Turkije. De regering heeft het recht om op te treden tegen terrorisme. Maar het instellen van de avondklok, de staat van beleg en het harde ingrijpen van de veiligheidstroepen in delen van het Koerdische gebied zijn volgens het rapport niet proportioneel.

► 4-5