OESO-landen besteedden in 2018 weer minder aan ontwikkelingshulp
Binnen de hele OESO is de ontwikkelingshulp in 2018 gedaald met 2,7 procent, met een afnemend aandeel van de hulp aan de minst ontwikkelde landen (-3 procent) en aan Afrikaanse landen (-4 procent). Ons land besteedde vorig jaar zo'n 2 miljard euro aan ontwikkelingshulp, goed voor 0,43 procent van het bbp. Dat is nog altijd ver onder de beloofde 0,7 procent. 11.11.11 klaagt aan dat er steeds minder geld is om problemen in de ontwikkelingslanden echt aan te pakken.
De daling van de ontwikkelingshulp met 2,7 procent is volgens de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) vooral te wijten aan het feit dat er minder geld wordt besteed om vluchtelingen op te vangen en aan strengere regels over welke middelen uit het budget van ontwikkelingshulp mogen komen.
Dit beeld van stagnerende hulp is bijzonder verontrustend
"Dit beeld van stagnerende hulp is bijzonder verontrustend, omdat ook het privé-ontwikkelingsgeld afneemt", zegt Angel Gurría, secretaris-generaal van de OESO. "Donorlanden beloofden in 2015 om ontwikkelingsfinanciering op te drijven, en deze daling is een slecht teken om in 2030 de Duurzame Ontwikkelingsdoelen te bereiken." In 1970 beloofden de lidstaten van de OESO om 0,7 procent van het bnp aan ontwikkelingsgeld te besteden.
Ook ons land blijft ver onder die norm van 0,7 procent. In 2010 werd 0,64 procent aan ontwikkelingshulp besteed, een eenmalig recordcijfer. Sindsdien is de officiële Belgische ontwikkelingssamenwerking volgens 11.11.11 met 33 procent gedaald, met dank aan de besparingspolitiek.
"Het is en blijft een politieke keuze", zegt Griet Ysewyn van 11.11.11. "Daarom hebben wij met de verkiezingen in het vooruitzicht een heel dringende boodschap aan de verschillende politieke partijen, namelijk dat ze een eind moeten maken aan de jarenlange besparingen en zo snel mogelijk een groeipad moeten uitstippelen, conform de internationale beloftes en conform onze eigen wetgeving."