Direct naar artikelinhoud

Theater als marketing

Wat is het omgekeerde van theater met een ziel? Theater met een agenda. Een educatieve, politieke, economische of, zoals in dit geval, publicitaire agenda. In Handhaven is de grens tussen theater en bedrijfsmarketing finaal vervallen: een gevaarlijk teken aan de wand.

Over Handhaven zelf kunnen we kort zijn: het is een niet eens zo goed gecamoufleerde publiciteitscampagne voor het Antwerpse Havenbedrijf, onder de vorm van een geanimeerde busrit. De animatie bestaat uit een flinterdun verhaaltje over twee jonge kandidaat-havengidsen, die op hun sollicitatieproef door een bullebak worden gekoeioneerd. Om de job binnen te rijven moeten de jonge good guides (Pieter-Jan De Wyngaert en Sofie Joan Wouters) het publiek tijdens de rit overtuigen van hun kennis over de haven. De punch zit hem in het feit dat de bad guide (Joachim Gys) er alles aan doet om de vrouwelijke kandidaat te laten winnen. Tot de machtsverhoudingen keren, uiteraard. Het plotje levert repetitief gekibbel op, flauwe moppen en eenzijdige karaktertekeningen. Een bekertje limonade en een vrolijk volkslied aan het eind van de rit zijn de zoenoffers voor zoveel gebrek aan inspiratie.

Niet leuk

Tussen het onderlinge gekissebis door mogen de gidsen natuurlijk alledrie uitgebreid vertellen over de Antwerpse haven. Vooral over de omvang raken ze niet uitgejubeld: tien keer zo groot als de stad zelf, de 'supermarkt' van Europa, met de op één na grootste petrochemiecluster van de wereld. Antwerpen is qua stukgoed de belangrijkste haven ter wereld, haar sluizen zijn groter dan die van het Panamakanaal. Verder komen we iets te weten over haar duurzaamheid en veiligheid, en krijgt elk gezin 'als verrassing' - echt waar - een publizakje met promomateriaal van Port of Antwerp. Handhaven staat op de website van de Zomer onder 'theater en zo' - staat die 'en zo' misschien voor bedrijfscommunicatie? Dan is auteur Dimitri Leue alvast een uitstekende copywriter.

Heb ik de verkeerde bril op? Kan ik op een andere manier kijken naar deze Handhaven dan als een platte commerciële stunt? Het argument zal komen dat 'het publiek' het best leuk vond. Het argument zal komen dat kinderen op een speelse manier kennismaken met de wondere wereld van de haven. Het argument zal komen dat Handhaven onschuldig vermaak is. Willen we de lat werkelijk zo laag leggen? Is 'leuk' dan echt goed genoeg voor deze achtjarigen? En wie is 'het publiek'? Ik maakte deel uit van dat publiek. Ik vond Handhaven niet leuk.

Nog minder vind ik Handhaven onschuldig. Deze 'voorstelling' is het product van een verkoopsidee, niet van de inspiratie van een maker. Het is een bedrijfsevenement, geschreven op maat van een machtige onderneming. Toch plaatst de Zomer van Antwerpen het zonder met de ogen te knipperen naast de authentiek artistieke producten van Berlin, Compagnie Marius of de Roovers. Gedachteloos meedrijvend in de richting van een denkmodel waarin creatie louter een zaak is van degene die betaalt. In zo'n bestel ontstaat kunst niet langer op basis van de verbeelding en noodzaak van een maker, maar beantwoordt het aan een vraag. Het wordt gefabriceerd op vraag en naar wens van de gegarandeerde afnemer: een sponsor, of een te bereiken doelpubliek.

Is dat waar we naartoe willen? Het is onbegrijpelijk dat getalenteerde kunstenaars - een begenadigd theaterman als Dimitri Leue, een jong acteurscollectief als Nachtkrab, de Zomer, die toch moet staan voor een zekere artistieke kwaliteit - zich hiertoe lenen. Of is dit hun interpretatie van het door de overheid zo gewenste 'cultureel ondernemerschap'? Is het woord 'kunstenaar' ook voor hen al een vies woord geworden?