Direct naar artikelinhoud

Tripoli geeft zijn gruwelen prijs

Een gruwelijke slachtpartij nabij een kazerne in Tripoli illustreert het wrede karakter van het vorige regime. Maar ook de nieuwe machthebbers gaan niet vrijuit: net als in maart in Benghazi zijn de voorbije dagen in Tripoli honderden zwarte Afrikanen gearresteerd die ervan verdacht worden huurlingen te zijn in dienst van Kadhafi.

Vier maanden lang leefde de zestigjarige Nour Massoud met het dagelijks geschreeuw van mensen die gefolterd werden aan de overkant van de straat. Massoud woont naast de kazerne van de beruchte Khamisbrigade, genoemd naar een van de zoons van Muammar Kadhafi, in de wijk Salahedeen in Tripoli. Maar sinds het begin van de NAVO-bombardementen was de kazerne geen veilige plek. De soldaten hadden daarom een loods voor landbouwproducten tegenover Massouds huis omgekat tot een gevangenis en folterplek.

Toen de buurtbewoners de voorbije dagen beetje bij beetje naar huis terugkeerden, deden ze daar een gruwelijke ontdekking. In het warenhuis lagen meer dan vijftig verkoolde lijken. Ze zijn vermoord door de mannen van de Khamisbrigade toen die zich dinsdag terugtrokken. Volgens overlevenden gooiden de soldaten handgranaten naar binnen en staken ze de loods in brand.

Toen Nour Massoud de volgende ochtend naar zijn huis terugkeerde, trof hij in een berghok van zijn huis drie doodsbange mensen aan. Er ligt nog overal bloed. Elders in het huis hadden zich nog vier mensen verborgen. "De soldaten waren toen nog niet vertrokken. Ik heb die mensen water gegeven en eerste hulp. Sommigen hadden gebroken enkels, anderen vertoonden kogelwonden. Ik heb ze via de achterdeur helpen ontsnappen. Of ze het overleefd hebben, weet ik niet."

Rottend lijk

Niet iedereen heeft het gehaald. In een ander huis ligt nog het rottende lijk van een man. Hij was kunnen ontsnappen maar is hier gestorven aan zijn verwondingen, weet een andere buurtbewoner.

De mensen uit de buurt wisten heel goed wat er in de loods aan de hand was. "De soldaten zijn ons komen zeggen dat we niet op de eerste verdieping van ons huis mochten komen omdat we vandaar in de loods konden kijken", zegt Massoud.

"Twintig dagen geleden heb ik twee mannen zien ontsnappen", zegt de 32-jarige Abdelmenem Faraj Labani. "Het waren jongens van 16 of 17 jaar. Ze waren naakt op een boxershort na. Ze hebben zich verstopt in een huis in aanbouw, maar de soldaten hebben ze gevonden en teruggebracht."

Op zondag, zegt Massoud, "hebben we nog twee mensen gevonden die zich in een kelder hadden verstopt. Ze waren zo bang dat ze niet naar buiten durfden te komen. Wie doet zoiets? Dit waren gewone Libische burgers. Het ergste wat ze hadden gedaan was dat ze niet van Kadhafi hielden."

Volgens de mensenrechtenorganisatie Amnesty International zaten in de loods zo'n 160 gevangenen, en vielen de meeste doden toen de mensen naar buiten kwamen nadat de soldaten hen hadden wijsgemaakt dat ze werden vrijgelaten. Zeker 24 mensen zijn kunnen ontsnappen.

"Ik stond bij de deur toen ik twee soldaten zag", vertelde Hussein Al Lafi (40) uit Zawiya aan Amnesty. "Ze openden onmiddellijk het vuur en ik zag dat een van hen een handgranaat vasthad. Seconden later hoorde ik een explosie, gevolgd door nog vier." Al-Lafi overleefde door zich onder de lijken te verstoppen. Toen het schieten ophield, zag hij dat zijn drie broers de slachtpartij niet hadden overleefd.

Het bloedbad in de wijk Sallaheddin is tot dusver de ergste gruwel die in Tripoli aan het licht is gekomen. Eerder werden een dertigtal lijken aangetroffen op een rotonde bij Bab al-Azaziya, Kadhafi's hoofdkwartier. In het Abu Slimziekenhuis lagen meer dan honderd lijken.

Het is goed mogelijk dat de bloedbaden in Abu Slim en op de rotonde het werk zijn geweest van rebellen die wraak hebben willen nemen. "De rebellen hebben zich in enkele gevallen schuldig gemaakt aan wraakneming. Een aantal van die incidenten kan omschreven worden als oorlogsmisdaden", zegt Diana Eltahawy van de mensenrechtenorganisatie Amnesty International in Tripoli. "Maar het gros van de mensenrechtenschendingen die wij hebben vastgesteld, is wel degelijk voor rekening van de Kadhafisoldaten."

Het voornaamste verwijt aan het adres van het anti-Kadhafikamp zijn de massale arrestaties van zwarte Afrikanen op verdenking dat het huurlingen zouden zijn in dienst van Kadhafi. Dat gebeurde in maart en april in Benghazi en het gebeurt nu opnieuw in Tripoli.

Zaterdag werden in de wijk Ain Zarra een dozijn zwarte Afrikanen op een open truck een gevangenis binnengereden. Op de binnenkoer stonden drie vrachtwagens van de oproerpolitie waar nog eens enkele tientallen gevangenen werden vastgehouden, de meeste ook zwarte Afrikanen.

Terwijl ze in de rij stonden, vertelden verschillende gevangenen dat ze helemaal geen huurlingen zijn. "We zaten allemaal samen verstopt in mijn huis toen ze ons kwamen arresteren", zei een man uit Niger, die al twee jaar in Libië werkt als lasser. "Wij hebben niets te maken met deze oorlog."

Maar tenminste een van de mannen, een Nigeriaan, had een persoonsbewijs dat hem identificeerde als een lid van een speciale brigade ter verdediging van Kadhafi, de "koning der Afrikanen".

Zwarte huurlingen

"We gaan een onderzoek voeren", zei Fathi Mohamed, een buurtbewoner die als vrijwilliger de politie heeft vervoegd. "We zullen hun ambassades contacteren om na te gaan wie ze zijn. Als ze onschuldig zijn mogen ze gaan, anders sturen we ze door naar de rechtbank."

Er zijn geen werkende rechtbanken in Tripoli en alle ambassades zijn gesloten.

"De nieuwe machthebbers zijn niet van slechte wil", zegt Eltahawy. "Zo hebben ze vorige week nog een sms gestuurd naar alle telefoons in Libië om de mensen te vragen vooral geen wraak te nemen. En van de honderden buitenlanders die destijds in Benghazi zijn gearresteerd, zijn er vandaag nog maar tien in hechtenis."

Maar ze gaan ook niet vrijuit, zegt Eltahawy. "Er is geen enkele coördinatie tussen de mensen die de arrestaties uitvoeren en de interim-regering. Er wordt geen enkele rekenschap gegeven."

De interim-regering heeft ook schuld aan het klimaat van vijandigheid dat is ontstaan ten aanzien van zwarte Afrikanen. "Ze heeft het latente racisme bij de Libiërs aangewakkerd door de beschuldigingen aan het adres van de zwarte huurlingen zwaar te overdrijven. Veel gastarbeiders hebben daarvoor een zware prijs betaald."