Direct naar artikelinhoud

'Onze menselijkheid zelf staat op het spel'

TOPIC. 'De lopende band is mobiel gegaan, en zit nu gewoon in onze binnenzak.' Meer dan 170 pagina's heeft de Nederlandse filosoof en publicist Hans Schnitzler (46) niet nodig om een schrikwekkend beeld op te hangen van de technologische vooruitgang.

Een gevecht om de menselijke geest, zo noemt hij het. Klinkt dat in eerste instantie nogal gechargeerd, dan denk je daar na het lezen van Het digitale proletariaat toch iets genuanceerder over. Nooit eerder in de geschiedenis hadden we - met dank aan de technologische vooruitgang - zo veel vrije tijd. Nooit eerder ook bood diezelfde technologie ons zo veel mogelijkheden om ons geestelijk te ontplooien en te verrijken.

Maar tegelijk dreigen ons hele bewustzijn, onze aandacht, vriendschappen, ideeën en fantasieën stilaan tot pure koopwaar gereduceerd te worden. "De industrialisering van de fysieke arbeid heeft plaatsgemaakt voor de industrialisering van de geest, een nieuw digitaal proletariaat is het resultaat", waarschuwt Schnitzler. "Bedrijven als Google, Facebook of Apple schenken eigenlijk oude proletarische wijn in nieuwe zakken: ze hebben ons herleid tot welwillende systeemslaven, in dienst van het technologische grootkapitaal."

De aloude proletariërs hadden natuurlijk weinig keuze, er moest nu eenmaal brood op de plank komen. Ligt dat toch niet lichtjes anders voor wie er geheel vrijwillig voor kiest dagelijks enkele uren op Facebook door te brengen of zich nog maar eens de nieuwste iPhone aan te schaffen?

Hans Schnitzler: "De hamvraag daarbij is voor mij: hoe ver reikt die vrijwilligheid precies? Almaar meer mensen lijken nog amper de keuze te hebben om bijvoorbeeld al dan niet op Facebook te gaan. Ze worden er sociaal min of meer toe gedwongen, om contact te houden met anderen, om mee te zijn, noem maar op.

"Zoals de klassieke proletariërs in een productiesamenleving leefden en geacht werden daarin te produceren, moeten wij meedraaien in een communicatie- en informatiemaatschappij. Ik zie maar tot op heel beperkte hoogte ruimte om je daaraan te onttrekken. De systeemlogica is wat mij betreft haast net zo dwingend: het is een zachte tirannie waarvan het grote publiek niet doorheeft dat het een tirannie is."

Wil dat grote publiek niet gewoon graag bij het handje genomen worden? Kijk naar het tenenkrommend lage niveau van wat er in primetime zoal op de buis komt. Brood en spelen zijn toch van alle tijden?

"Daar heb je een punt, maar ik maak me toch grote zorgen, omdat het handje dat uitgestoken wordt veel subtieler en manipulatiever is dan pakweg de televisie. Je wordt ook geacht om interactief mee te wandelen aan dat handje, en dat vergt veel van onze aandacht en energie.

"Daarnaast kun je je afvragen in hoeverre de meeste mensen dit echt willen: zitten wij en masse te wachten op een soort van voorgeprogrammeerd leven? De producten en diensten die ons vanuit Silicon Valley bereiken, dompelen ons onder in een omgeving die volledig gericht is op onze persoonlijke verlangens en voorkeuren. Je vrienden op Facebook, de restaurants die je gesuggereerd worden in je gepersonaliseerde Google Maps, de boeken die Amazon je voorschotelt, noem maar op. Je beweegt je als het ware voort in een virtuele wereld waarin al je persoonlijke voorkeuren worden ingevuld. Heel subtiel, zonder het zelf te beseffen.

"Dat is gemakkelijk, de verleiding is dus groot om daarin mee te gaan. Maar zouden we ook in dat verhaal meegaan als de vraag ons direct, zwart op wit, zou worden gesteld? Silicon Valley is perfect in staat om onze wensen en verlangens te kennen alvorens we die zelf kennen."

Vrouwen voelen zich op maandagochtend het minst goed in hun vel, zo leerde ik uit uw boek. Gehaaide onlinemarketeers spelen daar op in om hen uitgerekend dan te bestoken met allerlei producten die hun zelfbeeld moeten opkrikken. Niet zo fraai natuurlijk, maar de Flairs en Libelles van deze wereld doen al vijftig jaar hetzelfde.

"Er zijn zeker parallellen te trekken, maar ook hier: de subtiliteit en alomvattendheid van de onlineaanpak is echt niet te vergelijken met wat bijvoorbeeld die vrouwenbladen al vele jaren doen. Wat ons via alle mogelijke media, toestellen en platformen wordt aangereikt, is zo sluipend dat we niet eens meer in de gaten hebben dat het om reclame gaat, of dat we gemanipuleerd en gestuurd worden.

"En omdat die data en algoritmen zo onvoorstelbaar goed inspelen op iemands persoonlijkheid, belanden we stilaan in een stadium waarin de commercialisering ook het publieke domein gaat beheersen. In de VS, maar sinds kort ook in Nederland, zijn er verzekeringsmaatschappijen die je belonen als je bereid bent zoveel mogelijk data met hen te delen. Lees: een stevige korting op je ziekteverzekering in ruil voor medische data. Bij veel mensen zal de verleiding om daaraan toe te geven ongetwijfeld groot zijn. Dat is verontrustend: sommige mensen hebben de middelen om hun data niet te delen en vrolijk het leven te leiden dat ze willen, anderen zullen die data wel willen delen - uit financiële overwegingen - en zullen zich op termijn gedwongen zien het leven te leiden dat de verzekeringsmaatschappij van hen verwacht. Of zoals de data en algoritmen hen voorschrijven. Anders geen ziekteverzekering, hypotheek of levensverzekering meer."

Dat kan niet enkel bedrijven, maar wellicht ook de overheid, als muziek in de oren klinken?

"Dat klopt. Het maakt onze maatschappij bijzonder doelmatig en efficiënt, en laat dat net twee begrippen zijn die tegenwoordig bijzonder hoog scoren. Het geeft aan hoe bepaalde neoliberale, utilitaire waarden stilaan ook doorsijpelen in onze publieke voorzieningen."

Dat is ook min of meer de rode draad in uw boek: in zijn streven naar winstmaximalisatie is het kapitalisme min of meer op de grenzen van het eigen kunnen gestoten. En dus verleggen bedrijven hun focus naar de menselijke geest, in een poging meer en efficiënter te verkopen. Technologie fungeert daarbij als glijmiddel, maar heeft onze maatschappij natuurlijk ook veel bijgebracht.

"Technologie en innovatie zijn ontzettend belangrijk en hebben ons bestaan stukken comfortabeler en makkelijker gemaakt, laten we daarover vooral geen misverstand ontstaan. Ik wil dus niet worden weggezet als een vooruitgangspessimist.

"Ik maak me vooral zorgen over hoe technologie ingrijpt in onze alledaagse leefwereld, over de impact op de wijze waarop we ons door dit leven voortbewegen. Het menselijke handelen is wezenlijk onvoorspelbaar en onomkeerbaar. De nieuwe technologie probeert net die grillige onvoorspelbaarheid in zekere banen te leiden, en ze voorspelbaar te maken. De vraag die ik met dit boek opwerp, is: hoe mak, tam en voorspelbaar willen we ons leven eigenlijk hebben?

"Als een Peter Thiel (bekende durfinvesteerder uit Silicon Valley, FMI) letterlijk stelt dat hij 'de politiek te intens vindt en daarom ook een libertariër is', dan moet dat ons toch even aan het denken zetten. Zijn gedachtegoed wordt breed gedeeld door tal van dotcom-ondernemers: de werkelijkheid is te grillig, laat ons de technologie dus gebruiken om ze zo soepel en gladjes mogelijk te maken, zodat we ons daarin zonder al te veel frictie kunnen voortbewegen. Dat is zorgwekkend, ze willen de kleur uit ons leven halen."

U schrijft: de nieuwe genetwerkte wereld is vooral een theaterstuk dat vele illusies hooghoudt, en waarin ook de doorsnee hoogopgeleide met plezier en zonder al te veel kritische beschouwingen meedraait. Hoe verklaart u dat gebrek aan kritische zin?

"We zijn technologische wezens, de mens kan niet zonder techniek. Technologie staat ons almaar beter toe aangeboren gebreken te maskeren. Eerst waren er machines die een gebrek aan spierkracht konden helpen oplossen, vandaag wordt ook onze denk- en verbeeldingskracht in handen gegeven van machines. Neem nu ons oriëntatievermogen: op zich is dat vrij erbarmelijk, maar een goede smartphone of tablet lost dat probleem vlotjes op. Het valt dus perfect te begrijpen dat de verleiding zo groot is om de bestaande wrijving zoveel mogelijk op te lossen met technologie."

Je kunt bedrijven amper kwalijk nemen dat ze daarop inspelen?

"Dat klopt, maar we zien wel wat de desastreuze gevolgen zijn van de nonchalante wijze waarop we de voorbije jaren met bijvoorbeeld ons leefmilieu zijn omgegaan. Wat nu gebeurt, zou ik als een vorm van mentale vervuiling omschrijven, en we zien bijvoorbeeld al hoeveel mensen last hebben van concentratiestoornissen of niet omkunnen met de overkill aan informatie en data die op hen afkomt. Elke tijd heeft zijn eigen pathologieën, misschien kan het geen kwaad om daar ditmaal iets proactiever op in te spelen."

Het is natuurlijk ook een contradictie: nooit eerder hadden we zo veel vrije tijd - met dank aan de moderne technologie - maar nooit eerder bleek het voor sommigen zo moeilijk om die vrije tijd relevant in te vullen. Waarbij we er gemakshalve van uitgaan dat twee uur doelloos op Facebook rondhangen niet echt veel meerwaarde schept.

"Dat is inderdaad de ironie van de situatie: wat doen we met al die vrije tijd die de techneuten ons geschonken hebben? We kleven nog meer en langer vast aan al die schermpjes en spelletjes, en lopen met beide voeten vooruit in de fuik die de industrie voor ons heeft uitgezet.

"Als filosoof beschouw ik het toch een beetje als mijn plicht om daarover na te denken en te waarschuwen voor de gevaren. Robotisering neemt ons gigantisch veel werk uit handen, maar willen we dat eigenlijk wel? Er heerst een soort van consensus dat vrije tijd ruimschoots boven werk te verkiezen valt, maar misschien is dat wel een misvatting? Of willen we een soort van nihilistische werkelijkheid scheppen van enkel maar spelende mensen? Mij lijkt dat een behoorlijk schrikwekkend beeld."

Hoe keren we het tij?

"Ik heb het gevoel dat de economische crisis misschien wel voor een kleine ommekeer aan het zorgen is. Her en der zie je bijvoorbeeld mensen die de handen in elkaar slaan om op een coöperatieve wijze samen opnieuw waarde te creëren. Geen waarde die vervolgens weer terugvloeit naar de markt, maar waarde die binnen de groep blijft en daar ook gekoesterd wordt.

"Ironisch genoeg was dat ooit ook de belofte van het internet: een open, sociale netwerkstructuur waarbinnen mensen met elkaar iets kunnen opbouwen en delen. Die structuur is er nog steeds, maar het zijn vooral de grote bedrijven die ze zich hebben toegeëigend."

Dat is misschien wel de meest zorgwekkende vaststelling die u maakt: tegenwoordig is het de industrie die de doelstellingen van het wetenschappelijk onderzoekt bepaalt. De macht en financiële draagkracht van de R&D-afdelingen van multinationals zijn oneindig veel groter dan wat overheden kunnen spenderen aan wetenschappelijk onderzoek?

"Ik noem dat het primaat van de technologie, en net daarom is het bijvoorbeeld belangrijk dat we jongeren leren programmeren. Bij wijze van boutade heb ooit geroepen: 'Leer programmeren of word geprogrammeerd.' Die stelling wint almaar meer aan belang, willen we niet volledig afhankelijk worden van de technologie en netwerken die grote bedrijven ons opdringen.

"Het lijkt me een gevaarlijke misvatting dat we er als mens ook moreel op vooruitgaan door meer of betere technologie. Het hele NSA-verhaal bijvoorbeeld is misschien nog maar een voorproefje van wat ons te wachten staat als we niet veel alerter worden en ons die technologie niet eigen proberen te maken. De internet-industrie is uitgegroeid tot een gigantisch machtige lobby, het is dus meer dan ooit nodig om tegengas te bieden. We staan op een keerpunt: worden we batterijen voor de machine, of behouden we onze waardigheid en autonomie?"

U beschrijft ook hoe we stilaan data-subjecten geworden zijn, in handen van de Amazons of - dichter bij huis - bol.coms van deze wereld. Gaat u dan niet ietwat vlotjes voorbij aan de vaststelling dat 90 procent van de Vlamingen of Nederlanders in de fysieke boekhandel ook amper verder raakt dan de afdeling kookboeken of thrillers?

"Kijk, Amazon heeft een patent aangevraagd voor een technologie die hen in staat moet stellen boeken aan huis te leveren die je als klant nog niet eens besteld hebt. Meer nog, ik twijfel er niet aan dat het ook precies de boeken zullen zijn waarin jij geïnteresseerd zal zijn. Handig wel, maar wat zijn dan nog de prikkels om naar iets anders of onbekends op zoek te gaan als je alles op een presenteerblaadje aangereikt krijgt?

"Pizzahut experimenteert dan weer met een zogenaamd 'subconscious menu', een digitaal menu uitgerust met een systeem dat je oogbewegingen volgt. Vanuit het idee dat vele klanten finaal toch altijd dezelfde, veilige keuzes maken, terwijl ze misschien wel iets anders lusten dan de zoveelste pizza margherita. Gedaan dus met de pizzakeuze-stress, en misschien kom je dan ook wel iets vaker afgezakt naar Pizzahut.

"Het gaat dus echt wel heel ver. Willen we dat wel? En beseffen we wel dat de valuta waarmee we al die gratis diensten en voordeeltjes betalen onze hoogstpersoonlijke gegevens zijn?"

1984 van Orwell lijkt peanuts in vergelijking met wat op ons afkomt?

"Absoluut, Brave New World van Aldous Huxley zat veel dichter bij die angstaanjagende werkelijkheid. We zouden dat boek gratis op de scholen moeten uitdelen. Het is geen hardvochtige wereld zoals in 1984, het is een vorm van zachtaardige tirannie, een zachtjes voortkabbelende wereld waarin alles netjes gladgestreken is. Voor heel wat mensen kan dat in eerste instantie bijzonder aanlokkelijk lijken, maar op termijn zou dat aardig kunnen tegenvallen."

Niets menselijks is ons vreemd natuurlijk: vaste routines, geen onaangename verrassingen...?

"Inderdaad, we zijn gewoontedieren en vinden niets prettiger dan elke dag in dezelfde routine verkeren en het noodlot zover mogelijk uit onze buurt houden. Maar de inzet lijkt me momenteel toch groot. Daar ligt wat mij betreft een zware verantwoordelijkheid voor de politiek, maar ook voor elke individuele burger. En we kunnen niet langer volhouden dat we het niet weten: Snowden heeft iedereen de ogen geopend. We hebben zelf de plicht én de kans om ervoor te zorgen dat we niet continu bespied worden.

"Noem het een soort van 'terug-disrupten', je verzetten tegen wat vanuit Silicon Valley op ons afkomt en er zo voor zorgen dat we niet helemaal vast komen te zitten in een digitale mal."

We betalen al de tol voor decennia lang aanmodderen op het ecologische vlak. Is de digitale revolutie op termijn even bedreigend?

"Dat lijkt me zelfs nog zacht uitgedrukt: onze menselijkheid zelf staat op het spel. We leveren een gevecht om de menselijke geest, om wat het betekent om mens te zijn. Anno 2015 is de innovatiekracht zo groot dat we heel binnenkort wellicht gewoon geen andere keuze meer zullen hebben dan ons aan te passen. De vraag die op tafel zou moeten liggen, is even eenvoudig als fundamenteel: willen we in de toekomst nog langer maatschappelijke eisen stellen aan onze technologie en bepaalde grenzen stellen?"

Hans Schnitzler, Het digitale proletariaat, De Bezige Bij, 170 p., 15,90 euro.

Op zaterdag 7 maart om 14.30 uur gaan Hans Schnitzler en Ben Caudron in gesprek over de digitale samenleving.