Islamisten storten Tunesië in crisis
In Tunesië verwerpt de islamistische partij Ennahda het voorstel van de eigen premier om een regering van nationale eenheid te vormen. Na de moord op oppositieleider Chokri Belaid trekken massa's van zijn aanhangers de straat op.
In de hoofdstad stak een menigte het hoofdkwartier van regeringspartij Ennahda in brand. Die keerde zich tegen het plan van de eigen premier Hamadi Jebali om een regering van nationale eenheid, bestaande uit technocraten, te vormen.
De moord op de belangrijkste oppositieleider van het land veroorzaakt grote spanningen. In het hele land werd spontaan gedemonstreerd. In de hoofdstad Tunis gingen meer dan 20.000 mensen de straat op. De weduwe van Belaid beschuldigde de regering ervan achter de aanslag te zitten. Belaid was een uitgesproken criticus van Ennahda.
Om de crisis te bezweren, kondigde premier Jebali daarom woensdag in een tv-toespraak aan de regering te willen ontbinden en een kabinet van nationale eenheid te vormen tot aan de nieuwe verkiezingen, iets wat al lange tijd een wens van de oppositie is.
Maar donderdag zei vicepremier Abdelhamid Jelassi van de Ennahda-partij het niet eens te zijn met het plan, waarvan zijn partij van te voren niet op de hoogte was gesteld. Jelassi stelt dat het land nu juist een politieke regering nodig heeft. De partij wil daarom doorgaan met onderhandelen over een coalitieregering.
Tunesië verkeert al maanden in een politieke crisis en tot nu toe liepen pogingen om de regering te versterken op niets uit. De oppositiepartijen verwelkomden daarom het 'dappere' besluit van de premier. De Ennahdapartij werd onder dictator Ben Ali lange tijd onderdrukt, maar na zijn val in januari 2011 won de goed-georganiseerde beweging de verkiezingen. Partijprominenten houden temidden van de onrusten vol dat ze hiermee legitimiteit hebben verkregen om te regeren, en dat ze die niet zullen afstaan.