Direct naar artikelinhoud

Werkvoetbal ruimt plaats voor FC Brujas

Tegen Oostende tekende Michel Preud'homme voor een primeur: nooit eerder kwam Club Brugge met vijf Latijns-Amerikanen aan de aftrap in de competitie. Een bewuste strategie sinds de komst van voorzitter Bart Verhaeghe en CEO Vincent Mannaert.

Zonder Carlos Bacca geen FC Brujas. Het succes van de Colombiaan, die in januari 2012 voor 2 miljoen euro naar blauw-zwart kwam, opende deuren in Zuid-Amerika. Het werd een handig visitekaartje tijdens onderhandelingen met clubs en leidde zelfs rechtstreeks tot een transfer. Zo legde José Izquierdo alle andere aanbiedingen van Europese clubs naast zich neer toen Bacca hem persoonlijk belde om Club aan te prijzen.

Sinds de komst van Vincent Mannaert en Bart Verhaeghe heeft Club altijd al zijn vizier op Zuid- en Midden-Amerika gericht, maar pas na Bacca heeft het er een netwerk kunnen uitbouwen. De fascinatie van het Brugse bestuur voor het continent is eenvoudig: betaalbare talenten op wie een grote meerwaarde gecreëerd kan worden.

Club richtte zich in eerste instantie niet op Brazilië of Argentinië, maar wel op kleinere markten als Uruguay, Colombia, Chili, Venezuela of Costa Rica. De komst van Pereira is een signaal dat de invloed van Club ondertussen echter ook in Brazilië groeit.

Om van FC Brujas een succesverhaal te maken, investeerden ze in Brugge niet alleen in scouting en rekrutering maar ook in begeleiding. Er werd een voltijdse tolk aangetrokken en bovendien loopt er in de kleedkamer altijd minstens één Spaanstalige leider rond, bijvoorbeeld Víctor Vázquez. Dat coach Michel Preud'homme vloeiend Portugees spreekt, maakt het plaatje van FC Brujas compleet.

Het bestuur houdt ook rekening met een gezond evenwicht in de kleedkamer. Het bewijs daarvoor is dat Club, ondanks de instroom van Spaanstaligen en Brazilianen, nog steeds een quasi volledig Belgisch elftal tussen de lijnen kan brengen. Feit is wel dat de aanwezigheid van een grote groep 'latino's' het imago van Club een andere tint geeft. Koos Verhaeghe bij zijn aankomst voor de slogan 'No sweat, no glory', dan bouwde hij op die leuze toch vooral een Club dat zijn beste voetbal brengt met een stel flegmatieke Latijns-Amerikanen.