Direct naar artikelinhoud

Loonkloof op zijn kop gezet in VS

Jonge vrouwen in Amerikaanse grootsteden verdienen gemiddeld acht procent meer dan mannen in dezelfde leeftijdsgroep. Dat blijkt uit een uitgebreide analyse door het onderzoeksbureau Reach Advisors. De omgekeerde loonkloof lijkt daarmee een feit. Al zit er een addertje onder het gras: de trend geldt enkel voor ongetrouwde, kinderloze twintigers die dan ook nog eens in een grote stad wonen.

Jonge, Amerikaanse vrouwen in grootsteden verdienen tot 20 procent meer dan hun mannelijke evenknie

In steden zoals Atlanta en Memphis loopt het voordeel voor de vrouwen zelfs op tot 20 procent, zo stelt het onderzoek. In ons land is er een loonkloof van 24 procent. In het nadeel van de vrouwen, welteverstaan.

Voor het onderzoek werden gegevens uit 2.000 wijken in 147 Amerikaanse steden geanalyseerd. Uit de analyse blijkt dat vrouwen in (groot)steden gemiddeld meer verdienen dan hun mannelijke leeftijdsgenoten. Globaal bekeken gaat het om acht procent meer, maar er zijn uitschieters zoals Atlanta en Memphis (20 procent), New York (17 procent), San Diego (15 procent) of Charlotte (14 procent).

Er zijn echter enkele voorwaarden: de vrouwen moeten ongetrouwd én kinderloos zijn. Een vijfentwintigjarige moeder van twee is immers nog altijd het slachtoffer van de loonkloof, zo stelt de studie. Idem voor een achtentwintigjarige die weliswaar geen nageslacht heeft, maar wel getrouwd is. Ook de werkplaats speelt een rol. Zo scoren vrouwen goed qua loon in een stad met een heel hoog aantal immigranten, genre Miami. De verklaring ligt voor de hand. Bij hispanics of Afro-Amerikanen zijn het veel vaker de meisjes die verder studeren.

In ons land is een dergelijke vaststelling nog niet mogelijk, zo toont zowel het jaarlijkse loonkloofrapport van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen, als een studie van KU Leuven-decaan Luc Sels,die net voor de zomer afgerond werd. De totale loonkloof blijft standhouden op 24 procent. Na een correctie tussen fulltime- en parttimejobs blijft er een verschil van 14 procent. Volgens de meest recente cijfers uit 2007 wordt 41,25 procent van de werkdagen verricht door vrouwen. Ze krijgen daarvoor echter slechts 37,52 procent van de totale loonmassa.

“Het is wel zo dat ook hier de loonkloof bij de start van de carrière, bij de twintigers dus, het kleinst is”, stelt Sels. “Het eerste jaar na afstuderen doen mannen en vrouwen het even goed, maar vanaf het tweede jaar stellen we al een verschil vast en zodra ze aan een gezin beginnen, wordt het verschil alsmaar groter. De loonkloof neemt af, maar op een volledige kentering lijkt Vlaanderen alvast niet af te stevenen.” Onderzoeksleider James Chung van Reach Advisors ziet dat positiever in. “Ik denk dat vrouwen nu een dusdanige positie bereikt hebben dat het financieel profijt niet volledig teniet zal gedaan worden naarmate ze ouder worden.”

Volgens Chung is de opkomst van de vrouwen toe te schrijven aan één enkele factor: opleiding. Voor elke twee mannen die tegenwoordig een diploma hoger onderwijs halen in de VS zijn er drie vrouwen. Dat is een trend die ook in ons land merkbaar is. Het voorbije academiejaar was zowat 55 procent van de studenten hoger onderwijs vrouwelijk. Die hoger opgeleide vrouwen stellen een huwelijk en een gezin dan weer langer uit, wat hun helpt om een vlottere carrièrestart te bewerkstelligen. Al is dat een trend die weer lijkt te keren. “Ik hoor van gezinssociologen dat de leeftijd waarop een vrouw haar eerste kind krijgt opnieuw aan het dalen is”, zegt Sels.

De econoom meent overigens niet dat hoger onderwijs an sich vrouwen over de loonkloof heen zal helpen. “Natuurlijk speelt onderwijs een belangrijke rol”, zegt hij. “De kloof tussen iemand die geen diploma heeft en iemand die een universitair diploma heeft, is vele malen groter dan die tussen mannen en vrouwen, maar met uitzondering van geneeskunde en farmacie kiezen meisjes nog steeds voor studies die minder vaak naar goedbetaalde jobs leiden. Als je kijkt naar de tien studierichtingen die goedbetaalde jobs opleveren dan zijn er drie waarin een licht vrouwelijk overwicht is en zeven waarin mannen zwaar in de meerderheid zijn. En zelfs al studeren de vrouwen in een richting die financieel interessant is, dan nog komen ze binnen de sector vaak in de minder betaalde jobs terecht. Typisch voorbeeld zijn de ingenieurs in de baggerbedrijven. Dat zijn contracten in het buitenland waar heel veel mee te verdienen valt. Veel jonge afgestudeerde mannelijke ingenieurs nemen zo’n job aan, maar vrouwen kiezen daar zelden voor.”

Het is inderdaad een nuance die ook Chung niet kan negeren. De vaststellingen omtrent een hoger loon zijn in zijn studie sterk gerelateerd aan de heersende economische sector in een stad. Is dat bijvoorbeeld ICT (Sillicon Valley) dan lopen vrouwen nog altijd mijlenver achterop. Gaat het om een kenniseconomie (New York), dan is de voorsprong er wél.

Aan de andere kant is deze analyse niet het enige teken dat het tij keert. Een gelijkaardig maar kleiner onderzoek van de City University in New York leverde vergelijkbaar, zij het minder spectaculaire resultaten op en het Amerikaanse departement van arbeidsstatistieken kwam vorig jaar met gegevens die moeten aantonen dat vrouwen voor het eerst een - zij het nipte - meerderheid van hoge managementfuncties in handen hebben.