Direct naar artikelinhoud

Akkoord over financieel toezicht

Minister van Financiën, Didier Reynders (MR), kon na urenlange onderhandelingen een akkoord aankondigen over de nieuwe structuur voor financieel toezicht op de instellingen en markten in Europa. De Europese lidstaten, het Parlement en de Commissie bereikten daarover een volledig akkoord met een sterkere Europese coördinatie en een strenger toezicht.

Sterkere Europese coördinatie moet herhaling economische crisis onmogelijk maken

Anders dan in de VS, waar alle nieuwe reguleringen enkele weken geleden in één grote wet zijn gegoten, werkt Europa met deelpakketten.

De nieuwe structuur van het financieel toezicht moet Europa beter in staat stellen om problemen bij financiële instellingen of op de financiële markten sneller te detecteren en aan te pakken, en communicatiestoornissen tussen de nationale toezichthouders te vermijden.

Oud-IMF-directeur Jacques de Larosière tekende in opdracht van de Commissie na het uitbreken van de financiële crisis een nieuw model voor het toezicht op de financiële sector uit. De nieuwe structuur wordt op 1 januari van kracht. De drie nieuwe toezichthouders voor de banken, de verzekeringen en de financiële markt zullen vanaf dan moeten toezien op de implementatie van alle nieuwe wetgevingen. Er komt ook een orgaan dat zeepbellen moet opsporen.

Voorlopig gaat het om een principeakkoord. Er is maandenlang onderhandeld over hoeveel macht die Europese organen krijgen. Vooral de Britten stonden op de rem.

Zonder al te veel in te willen gaan op de details, verklapten de onderhandelaars al enkele elementen van het akkoord. Zo zullen nationale toezichthouders die de Europese wetgeving niet volgen gesanctioneerd kunnen worden.

Het nieuwe orgaan dat het risico op zeepbellen moet opsporen, wordt de Europese raad voor systeemrisico’s (ESRB) en zal de eerste vijf jaar geleid worden door de topman van de Europese Centrale Bank, Jean-Claude Trichet. Na die periode zal worden bekeken of beide instellingen een aparte voorzitter nodig hebben.

Het vermogen van de toezichthouders om eigenmachtig op te treden, boven de hoofden van de nationale toezichthouders, is beperkt. Wel kan de EU-toezichthouder de nationale regulator op de vingers tikken, als die de Europese financiële wetgeving, bijvoorbeeld over derivatenhandel of ratingbureaus, niet toepast. In een crisissituatie kan de marktautoriteit bepaalde producten verbieden, zoals het short sellen, of rechtstreeks ingrijpen bij een financiële instelling. De EU-autoriteit bemiddelt ook bij een discussie tussen nationale toezichthouders en krijgt het laatste woord bij blijvende onenigheid. Problemen zoals bij de opsplitsing van Fortis twee jaar geleden zouden met de nieuwe structuur niet meer mogen gebeuren.

Een ander punt is dat lidstaten een Europese beslissing die te veel impact heeft op hun nationale begroting kunnen opschorten. Op verzoek van het parlement werd wel een ‘antimisbruikclausule’ ingebouwd, die moet voorkomen dat een land systematisch de Europese regelgeving met de voeten treedt.

Over twee weken volgt een stap waarnaar uitgekeken wordt: regels voor afgeleide producten en short selling. De Commissie moet die handel duidelijke voorwaarden opleggen. Al enkele etappes verder zit de regelgeving in verband met hefboomfondsen en andere alternatieve beleggingsvormen. Voor de komende maanden staan voorstellen en akkoorden op het programma over bonussen voor bankiers en boekhoudnormen voor hun banken. De bestaande regels voor handel in financiële papieren, de zogenaamde Mifidrichtlijnen, worden verstrengd. En dan zijn er nog de bankentaksen.

Minister van Financiën Didier Reynders legt het akkoord dinsdag voor aan de ministers van Financiën van de EU. Als die akkoord gaan, rest enkel nog de stemming in het Europarlement. Die komt er in de week van 20 december in Straatsburg. De nieuwe autoriteiten kunnen dan op 1 januari van start.

Ook België werkt aan een verbeterd financieel toezicht en kiest voor een systeem van ‘twin peaks’. Naast de bestaande toezichthouder CBFA komt er ook een nieuw orgaan dat systeemrisico’s op de Belgische markt opspoort. Het toezicht op banken en verzekeraars moet het wel afstaan aan de Nationale Bank.