Dé zomerhype: een potje padel
Voor de ene gaat het om tennis in een glazen hok, de ander spreekt van squash in de zon. Padel is nog maar net in town en is nu al dé sport van de zomer.
Vandaag is het de op een na meest beoefende sport in Spanje, maar de wortels van padel bevinden zich in het Mexico van de late jaren 60. Uitvinder is de rijke zakenman Enrique Corcuera, die vanwege plaatsgebrek in zijn tuin een tennisveld van slechts 10 op 20 meter liet bouwen. Daarop besliste hij met kleinere rackets te spelen en het terrein met muurtjes te omringen, die integraal deel uitmaakten van het spel. Aanvankelijk was de nieuwe sport een unicum onder Corcuera's jetset-vriendjes, tot een van hen padel introduceerde in Spanje. Met de steun van de Spaanse koning en voormalig Wimbledon-winnaar Manolo Santana groeide padel er uit tot de populairste sport na voetbal, goed voor wel 6 tot 10 miljoen spelers.
Olympisch?
Ook bij ons is de padelbal aan het rollen gegaan en niet meer uit het straatbeeld weg te slaan. Kernwaarden zijn laagdrempeligheid en sociale interactie, de juiste strategie is belangrijker dan fysieke kracht. "Het grote voordeel van padel is de toegankelijkheid", stelt Jan Lootens van club Padel On The Beach. "Een voorkennis van tennis is niet vereist, waardoor beginners er snel mee weg zijn. Zeker voor families is het de ideale recreatie." Toch moet de explosiviteit van het spel niet onderschat worden: doordat de bal buitenslaan onmogelijk is, gaat het meestal om lange rally's en een serieuze work-out.
Grote fan is alvast profvoetballer Tom De Sutter, die zowel in Brugge en Mechelen een padelclub opende. "Ik leerde padel kennen op vakantie in Mallorca", vertelt hij. "Ik speelde zelf een spelletje mee op een plaatselijk veldje, en was meteen verkocht. Erna ben ik gaan kijken in de eerste club te Gentbrugge, en dan ben ik zelf zo zot geweest een club te openen." Hoewel hij zijn tijd vooral op het voetbalveld doorbrengt, slaat hij nog regelmatig een balletje. "Het is enorm verslavend, en leuk om naar te kijken. Ik geloof er ongelooflijk hard in, misschien komt er zelfs een extra club. Ik hoop echt dat padel ooit een olympische sport wordt."
In Vlaanderen zag de eerste padelclub pas in 2012 het licht, maar ondertussen sloten al meer dan 15 clubs zich aan. Vooral de provincies West- en Oost- Vlaanderen zijn koploper: de club in Gentbrugge telt meer dan 300 leden, in Brugge zijn 250 mensen vaste klant. Toch werd de sport nog niet opgenomen op de officiële sporttakkenlijst, die subsidiëring mogelijk maakt. Dit leidt tot frustratie bij vzw Padel Vlaanderen: "Tennis Vlaanderen wil padel overnemen als broertje van tennis, nu zijn aantal leden daalt. Absurd, want padel is een autonome sporttak met een veel ruimere doelgroep", vertelt de coördinator. Dit wordt genuanceerd door De Sutter: "Tennis Vlaanderen toont inderdaad veel interesse in padel, maar wij hebben een goed contact met de organisatie. Al zouden er wel meer zuivere padelclubs mogen komen, om het makkelijker te maken toernooien te organiseren."